metropolis m

David Bade, ‘Curaçao Mutadi Mutandis’, 2012. Foto: Mike Bink
David Bade, ‘Curaçao Mutadi Mutandis’, 2012. Foto: Mike Bink

Dit artikel komt uit Metropolis M nr. 3 – 2012

Van Barbados tot Costa Rica, en van Trinidad tot Cuba. Dat is zo ongeveer het gebied dat Kunsthal KAdE deze zomer in kaart brengt. KAdE vroeg kunsthistoricus Nancy Hoffmann een tentoonstelling samen te stellen met kunst uit het Caribische gebied. Hoffmann was in 2006 mede-oprichter van het Instituto Buena Bista op Curaçao, een kunstcentrum voor jong talent uit de regio en een residency voor internationale kunstenaars. Ze deed uitgebreid onderzoek in het Caribische gebied naar soortgelijke instituten, die inspringen op de behoefte aan gedegen kunstonderwijs (of de voorbereiding daarop), en ontmoette veel kunstenaars. Afgezien van de banden met de, vaak voormalige, ‘moederlanden’, zijn hun mogelijkheden om internationaal te exposeren beperkt.

Toch waren er recent een aantal ‘Caribische tentoonstellingen’ in het Westen, zoals het grootschalige Infinite Island: Contemporary Caribbean Art in het Brooklyn Museum in 2007, en Kréol Factory in Parijs in 2009. Met name die laatste tentoonstelling vormde aanleiding tot een tegengeluid, volgens Hoffmann. ‘De titel alleen al was dramatisch. Veel kunstenaars waren daar verbolgen over, en trokken zich terug. Zonder omhaal liet de curator een zeer koloniaal plaatje zien.’

‘Wat ik in ieder geval anders wilde doen in KAdE’, zegt Hoffmann, ‘is niet die kunst tonen die iconisch is voor een bepaalde kunstenaar of voor Caribische kunst. Alle deelnemende kunstenaars tonen hun meest recente of zelfs nieuw werk. Verder wil ik, als inhoudelijke lijn, het verhaal over het Caribische gebied zelf vertellen. Ik leg niet zozeer de nadruk op de afkomst van de kunstenaars, maar wil de clichébeelden die er over het Caribische gebied bestaan bijstellen. De landen worden toch vaak gezien als paradijselijke toeristenbestemmingen of corrupte bananenrepublieken.’

Het ‘verhaal’ wordt verteld door zo’n veertig kunstenaars. Het is een mix van jonge en gevestigde kunstenaars, en van kunstenaars die in het gebied wonen en zij die geëmigreerd zijn. Daarbij hanteert Hoffmann een brede definitie van het Caribische gebied: niet alleen de eilanden, maar ook Panama, Costa Rica, Colombia, Suriname en Guyana zijn vertegenwoordigd in de tentoonstelling. Wat die samenlevingen gemeen hebben, is volgens Hoffmann een hoge mate van ‘weirdness’, een vervreemdende manier van communiceren. ‘Uit de werken spreekt een welhaast sciencefictionachtige realiteit’, aldus de curator. ‘Het is allemaal zeer geconstrueerd: in woord, in beeld, in communicatie.’

Een opvallende naam in de deelnemerslijst is Ana Mendieta, de van oorspong Cubaanse kunstenaar die in 1985 op jonge leeftijd stierf in de Verenigde Staten, het land waar ze toen al jaren woonde. ‘Ook de keuze voor Mendieta heeft te maken met het sci-fi-aspect,’ zegt Hoffmann. ‘Haar werk sluit inhoudelijk aan op wat ik tegenwoordig in het gebied vind.’ Daarbij geniet Mendieta volgens Hoffmann tegenwoordig een heldenstatus onder jonge kunstenaars in Cuba en omstreken. In KAdE wordt een werk uit haar beroemde <em>Silueta Series</em> getoond. Misschien heeft Hoffmann daarmee toch nog een Caribisch icoon in huis gehaald. 

Who More Sci-Fi Than Us, hedendaagse kunst uit de Cariben
Kunsthal KAdE, Amersfoort
t/m 26 augustus
www.kunsthalkade.nl

Saskia van der Kroef

Recente artikelen