metropolis m

Berend Strik en Aziz Bekkaoui

Na maanden van voorbereiding in een winkel midden in Hoog Catharijne, gaat de opera Everyman van Berend Strik en Aziz Bekkaoui volgende week in première. Een gesprek met Strik over het winkelcentrum als de genadeloze spiegel van ons bestaan.

Als we terugblikken naar de (recente) kunstgeschiedenis, dan komt de opera als medium steeds vaker voor. Denk aan kunstenaars als Christoph Schlingensief, William Kentridge of Jan Fabre. In het kader van Public Works werkt Berend Strik in samenwerking met modeontwerper Aziz Bekkaoui aan een opera getiteld Everyman. Op 18 augustus opende de wethouder cultuur te Utrecht de Working-Shop, een winkel annex openbaar atelier, waar Strik en Bekkaoui sindsdien werken aan de voorbereidingen voor hun opera, midden in het hart van Hoog Catharijne. Ik tref Berend Strik in zijn tijdelijke atelier voor een gesprek over dit ambitieuze project.

Debbie Broekers: Hoe is het project tot stand gekomen?

Berend Strik: ‘Public Works benaderde mij om deel te nemen. Ze wilden een aantal kunstwerken in de openbare ruimte ontwikkelen in het winkel- en stationsgebied op Utrecht Centraal en dat moesten geen permanente werken worden, maar tijdelijke werken. Daarnaast wilden ze de kunstenaars de gelegenheid geven om eens iets anders te doen dan letterlijk een werk in de openbare ruimte. Ik begon met rond te lopen op Hoog Catharijne, en al snel wist ik dat ik iets met de grote stroom aan mensen wilde doen, daar wilde ik mee in verbinding komen. Daarnaast wilde ik iets ondernemen wat parallel zou lopen aan een groter onderzoek waar ik al langere tijd mee bezig ben rond de kunstenaars-studio.

Ik ben ik al langer geïnteresseerd in het maken van een muziektheater of opera, maar voor zo’n soort project moet je echt de gelegenheid en middelen krijgen. De uitnodiging van Public Works was voor mij een uitgelezen moment om al deze verschillende interesses samen te laten komen, bij elkaar te persen, in het project dat Everyman is geworden.’

DB Zou je me iets meer willen vertellen over je achtergrond in het muziektheater?

BS ‘Ik heb een paar keer eerder soortgelijke projecten gedaan. Eigenlijk is de interesse er altijd geweest, maar de mogelijkheden moeten er zijn. Om de vijf à zes jaar lukt dit. Het eerste wat ik op dit gebied heb ondernomen was voor de Rijksakademie, ter ere van hun verhuizing van de Stadhouderskade naar de Sarphatistraat. Ik heb toen een project gedaan met vijf actrices. Ik heb ook een keer een opera gepresenteerd bij Festival aan de Werf. Daar had ik Parsifal van Wagner teruggebracht tot negen klassieke musici, vier drummers, een scratcher, een danseres en een zanger. Het origineel was helemaal omver gespit en ik had er een eigen project van gemaakt: Ne Pas Parsifal. De opera werd destijds goed ontvangen. Het laatste project dat ik een paar jaar geleden heb gedaan, was de regie voor een opera van Calliope Tsoupaki.  

Berend Strik, overzicht atelier in Hoog Catharijne

DB Voor het project besloot je om je hele atelier voor de duur van Public Works naar Hoog Catharijne te verhuizen. Hoe kwam je tot dit idee?

BS ‘Het idee om de studio geheel publiek te maken is eigenlijk het resultaat of de logische conclusie geweest van een langer onderzoek naar studio’s en naar het kunstwerk zelf. Tegenwoordig is het beoordelen van kunst lastiger omdat het kader zoveel groter is geworden, door internet et cetera. Eerst had je Europa en Amerika en daar is de hele wereld bijgekomen. Alles is binnen bereik en de betekenis is hierdoor gecompliceerder geworden. Daarnaast krijgt een werk opeens een andere (markt)waarde wanneer het de studio verlaat en bij een galerie of museum te zien is. Al deze zaken heb je nog niet in het atelier zelf.

Ik heb de laatste zes jaar ongeveer 44 studio’s bezocht. Te beginnen de studio van Marcel Duchamp in New York. Dat bleek gewoon een kantoorruimte te zijn, die gerund werd door twee mannen. Het kantoor was gericht op vrouwen die een stap in hun carrière wilden maken. Het heette: Consults in career planning, of iets dergelijks. Dat vond ik ontzettend grappig. Er hing een affiche op de muur van twee vrouwen in tenniskleding van begin twintigste eeuw, met tennisrackets en daar stond de titel bij You’ve come a long way, Honey. Dat rare kantoor was wel de studio waar Duchamp Étant donnés had bedacht. Ik stond op een legendarische plek die nu gewoon een kantoor voor carrièrevrouwen was.

Ik ben steeds meer studio’s gaan bezoeken en begon ik na te denken over welke aspecten van dat kunstwerk bij mij terugkwamen, hoe ik mijn eigen positie kon bezien. Eind november opent hierover een tentoonstelling bij Fons Welters.’

DB Hoe functioneert de Working-Shop in dit alles?

BS ‘De Working-Shop, in feite de voorruimte, is er om in verbinding te komen met de 1,4 miljoen mensen die wekelijks Hoog Catharijne doorkruisen. Het heeft de vorm van een winkel, die mensen naar binnen lot. Hij sluit aan op de beweging in het winkelcentrum, maar is tegelijkertijd anders. Eenmaal binnen in de Working-Shop, kunnen mensen door middel van twee kleine raampjes een blik in het achterliggende atelier werpen. Die twee ruitjes zijn een knipoog naar Étant donnés van Marcel Duchamp, daar zitten twee gaatjes in de deuren. De Working-Shop biedt een andere ervaring: vanuit een jachtige shopping-mood kom je hier en ervaar je een studiomoment, een rustmoment en tijd voor bezinning en die twee zijn onverenigbaar met elkaar, want de houding is compleet anders. In tegenstelling tot consumeren zijn we in de studio druk met het produceren van ideeën en gedachtes. Er zijn gastvrouwen weggelopen na een bepaalde tijd, en een zei: alles wat ik hier doe verdampt. Dat was prachtig! Mooier had ze het niet kunnen formuleren. Dat is echt het verschil. Als je consumeert, verdampt je portemonnee, maar niet het product. Maar als je hier komt, dan verdampt je portemonnee niet, maar je ideeën; je verzint van alles, maar er zitten maar weinig echt goede ideeën bij.’

Berend Strik, Opening atelier annex Working-Shop bij Hoog Catharijne

DB Jullie zitten nu ongeveer anderhalve maand in Hoog Catharijne, hoe bevalt het werken hier?

BS ‘Ik heb best veel residenties gedaan, onder andere drie maanden in Indonesië, drie maanden in China, en New York, waar ik 2,5 jaar ben blijven hangen, in India en Afrika. Het gekke is dat ik deze in Hoog Catharijne het allerzwaarst vindt!’

DB Haha, wat maakt het zo zwaar?

BS ‘Volgens mij komt het omdat je hier echt een spiegeling krijgt van je eigen identiteit. Het is niet zij, het zijn wij. Je ziet dingen die je liever niet wil zien. Bijvoorbeeld de verbouwing van Hoog Catharijne, het wordt twee keer zo groot. Dat is gewoon de herhaling van een idee, vierkante meters plakken. Niets vernieuwends. Het gaat meer om het doorgaan, meer, meer. Dat doordraaien van slechte ideeën is confronterend en heftig als je daar elke dag mee geconfronteerd wordt.

Daarnaast kun je je wanneer je in India, China, of Indonesia bent altijd verschuilen achter iets; je spreekt de taal niet, je kent niemand. Als je dan al iets voor elkaar krijgt, ben je ontzettend blij. En als er daar lawaai is, dan maakt het niets uit, want je hebt het nog nooit gehoord en alles is prachtig. Maar hier in Hoog Catharijne heb je muzak en dat is verschrikkelijk. Alles is verschrikkelijk hier. Het is een gebied waar je normaal snel doorheen loopt en nu zit ik hier al ruim anderhalve maand. Aan het einde van het project, heb ik hier ruim 2,5 maand gezeten. Ik kan niet wachten tot ik naar huis mag. Het is mij veel te druk.

Ook ben ik erachter gekomen dat het heel moeilijk is om een mooi evenwicht te krijgen tussen de shopper en de producerende persoon. Ik had zelf in mijn hoofd dat bezoekers door de gaatjes konden kijken als we hier aan het repeteren zijn. Maar het is constant veel te druk. Er is ontzettend veel herrie, geroezemoes dat door de winkel heen komt.’

Berend Strik, 'The Working Shop'

DB Dat is misschien ook een beetje onvermijdelijk met een werk in de openbare ruimte…

BS ‘Ja dat klopt, het hoort er ook bij. Want de Working-Shop werkt dus eigenlijk heel goed! Het is ook een razend interessante plek hoor! Je kunt hier zoveel onderzoeken en meemaken. Ik heb bijvoorbeeld ook de tekst van Rem Koolhaas over de shopping mall, hier herlezen. Hier krijgt die pas echt betekenis.’

DB Laten we het over de komende opera hebben. Waar komt de naam Everyman vandaan?

BS ‘Tijdens de voorbereidingen voor dit project moest ik denken aan Everyman, het boek van Philip Roth. Dat is een leuk verhaal over een man die een diamantenwinkel heeft. Het is geïnspireerd door de Middeleeuwse moraliteit Elckerlyc. In de opera maken we een parallel naar het verhaal van Roth, met in plaats van een diamantwinkel een telefoonwinkel.

Ik wilde in de specifieke context van Hoog Catharijne namelijk ingaan op het proces van het vermarkten van onze omgeving. Dat proces waar producten gekoppeld worden aan onze verlangens in werk of de liefde. Neem bijvoorbeeld de diamant. Grote diamanten werden verdeeld in kleinere diamantjes, die in ringen werden gezet. Vervolgens zien we in Hollywood films amoureuze huwelijksaanzoeken met een diamanten ring. Gaandeweg is die ring ‘vermarkt’ in ons brein en synoniem geworden aan de liefde. Edward Bernays heeft daar veel over geschreven, o.a. zijn essay The Engineering of Consent (1947, red). Dat gaat over het manipuleren van de vrije wil. Mensen laten denken dat ze nutteloze dingen nodig hebben door op onderbewuste verlangens in te werken, in te spelen op liefde of het najagen van plezier.

Het vermarkten van dingen is natuurlijk onlosmakelijk verbonden met deze locatie, dit winkelcentrum. Dat idee is overal in geplanteerd en het heeft zich nu door ontwikkeld naar de smartphone. Alles wat wij opzoeken aan informatie wordt vervolgens vermarkt en naar ons gefeedbacked en daarmee schrijven we eigenlijk onze eigen toekomst. Heel veel in ons leven is “vermarkt”; het werkt door in alles.’

DB Kun je me iets vertellen over de vorm van de opera? Wie werken eraan mee? En hoe bevalt de samenwerking?

BS ‘Ik leg een soort basis, of een centraal idee, maar ik zet het open zodat iemand het kan begrijpen en zelf invulling kan geven vanuit zijn expertise. Ik vind het belangrijk dat iedereen echt in zijn eigen kracht gaat zitten en dat in samenwerking mooie dingen tot stand kunnen komen. Ik dacht bijvoorbeeld aan een scène waar verdriet een grote rol speelt en ik dacht het uit te beelden met een grote theedoek als zakdoek, omdat wegwerpzakdoekjes gewoonweg niet genoeg zouden zijn. Het moest namelijk echt de vergrotende trap van het verdriet aangeven. En toen zei Aziz, dan moet je gewoon de hele jurk nemen, dat was ‘m. Toen hebben we de jurk zo groot gemaakt als de hele vloer. Dan ben je samen echt aan het stapelen.

De opera is als volgt tot stand gekomen, ik heb eerst een basis gelegd tussen Everyman (Roth), de Elckerlyc en Hoog Catharijne, wat ik samen met de dramaturg steeds meer ben gaan verdichten tot een soort verhaal. Daarna is het in overleg met componist Raphael Vanoli vertaald naar echt theater. We hebben een actrice (Cheryl Moenen) die de materiële wereld acteert en een zangeres (Nora Fischer, sopraan) die de immaterialiteit verzingt. Het geheel wordt gedragen door een muzikale basis die is gecomponeerd door Rafael Vanoli en er is een noise pop band die speciaal voor Everyman nummers heeft geschreven.’

DB Hoe verhoudt Everyman zich tot Hoog Catharijne? Willen jullie een alternatief bieden, commentaar leveren?

BS ‘Hoog Catharijne wordt nu verbouwd en het wordt twee keer zo groot. Ik snap dat niet: dat eindeloze vermarkten van het bestaande en niet werken aan genereuze nieuwe duurzame of innovatieve ideeën, zoals kleding uit schimmel van paddenstoelen of schoenen van plastic uit de oceaan. Alternatieven moeten veel meer ruimte krijgen. Dat stippen we hier met dit project wel aan, dat zit er zeker in verwerkt, maar ik sta niet te gillen bovenaan de barricade. Dat werkt hier niet. Iedereen gaat nog mee met de frikandel voor 1 euro. Met Everyman gaan we met een knipoog in op al deze vragen en informatie.’

Qua verhaal, ik kan alvast vertellen dat er in het begin van de voorstelling iemand sterft, vier keer. Je gaat niet een keer dood, nee, vier keer

DB Is Everyman in die zin een spiegel voor het publiek van Hoog Catharijne?

BS ‘Ja, het is een soort spiegel, maar het is ook een samenvatting van wat ik allemaal ben tegen gekomen tijdens deze periode in Hoog Catharijne. Het heeft ook echt met de Nederlandse identiteit te maken. Waarom doen we dit? Het is niet dat ik de mensen die hier graag komen wil bekritiseren, ik stel alleen vast dat hier wordt ingespeeld op de mens in zijn zwakste moment. De behoefte om erbij te horen, om te shoppen, ik zie dat als een horizontale beweging. Zo heb ik het stuk ook opgebouwd, als een horizontale beweging van A naar B, met het shoppen o.a. Met de studio, heb ik daar een verticaal moment bij aangebracht. Een stilstaand moment. Want doorgaans zijn we gewend om veel na te denken en een evenwicht te hebben tussen het materiële en het immateriële. Maar hier in Hoog Catharijne is dat evenwicht helemaal weg. Het gaat alleen maar over producten, producten, producten, meer, meer.’

DB Zijn jullie al helemaal klaar voor de première? En kun je al een tipje van de sluier oplichten over de inhoud?

BS ‘We zijn nu druk met de repetities en we gaan de studioruimte nog helemaal veranderen tot een theater, want het stuk wordt ook opgevoerd, hier in Hoog Catharijne. Er komen twee tribunes die naar elkaar kijken, met een groot speelvlak in het midden. Op deze manier is het publiek altijd onderdeel van het beeld, omdat je scenes ziet met een publiek erachter wat ernaar kijkt, dit vind ik zelf altijd een mooi gegeven.

Qua verhaal, ik kan alvast vertellen dat er in het begin van de voorstelling iemand sterft, vier keer. Je gaat niet een keer dood, nee, vier keer. Omdat er iemand sterft, word je als beschouwer gedwongen om op over dingen na te denken. Je wordt geconfronteerd met je eigen plek en kwetsbaarheid. Maar, verklap ik maar direct: het stuk heeft ook een happy end.’

Meer info: publicworksutrecht.nl

Alle foto’s Aafke Holwerda, courtesy PublicWorks

De opera is te bezoeken op 28, 29, 30 oktober en 4, 5, 6 november

 

Debbie Broekers

is kunstcriticus en kunsthistoricus

Recente artikelen