metropolis m

In het Stedelijk Museum werd op initiatief van het museum gedebatteerd over het nieuwe SMBA. Het museum hoopt op een open gesprek met de stad over hoe de opvolger van het oude SMBA eruit moet zien, maar de vraag is of zo’n gesprek überhaupt wel mogelijk is.

Beatrix Ruf

Afgelopen donderdag besloot Sanneke Huisman het verslag op deze site van het door Kunstlicht georganiseerde debat omtrent de sluiting van SMBA met de opmerking dat het levendige debat misschien wel een instelling past die zoekt naar een andere maatschappelijke positionering. Hoe het Stedelijk zelf aan het debat wil bijdragen zou de insteek zijn van de bijeenkomst op 19 juni. Niets bleek minder waar. Ofschoon Beatrix Ruf een poging heeft gedaan de schijn van inclusiviteit op te houden was dit vooral een moment om de drie wegbereiders te introduceren middels een theatraal opstaan-en-klap moment en enkele herkenbare gezichten van de Amsterdamse kunstscene hun zegje te laten doen. Met gemengde resultaten.

Het Stedelijk heeft de journalist en debatleider Lars Anderson aangetrokken om als externe partij met frisse moed de sprekers door hun bezwaren en adviezen heen te loodsen. Hij laat hen dan ook hun stokpaardjes niet al te lang berijden, op Ruf na die als gastvrouw antwoord mag geven op de, voor de gelegenheid in een neutraal jasje gestoken, vragen die door het publiek zijn gesteld tijdens het debat een paar dagen daarvoor in SMBA. De vraag ‘waarom wordt het huidige SMBA gesloten terwijl er geen alternatief wordt gepresenteerd’, wordt beantwoord in toegedekte, politieke termen: het Stedelijk wenst zich te concentreren op de toekomst en kan niet flexibel denken en opereren als het huidige instituut blijft bestaan.

In het eerste panel met medewerkers van verschillende culturele instellingen uit Amsterdam poneert Bas Hendrikx (P////AKT) de stelling dat het niet per se de verantwoordelijkheid van het Stedelijk is om zich bezig te houden met de hervorming van SMBA, dat de kleinere instellingen deze verantwoordelijkheid eveneens kunnen dragen. Dit wordt later in het gesprek beaamd door Theo Tegelaers van TAAK, die het instituut graag zou zien als een plek met een spilfunctie die de reeds bestaande instituten versterkt. In welke mate dit eigenbelang is wordt niet verder uitgediept, wat kenmerkend is voor het weinig samenhangende gesprek dat aan de sprekers overwegend de gelegenheid biedt om hun eigen instelling over het voetlicht te brengen. Dit veelheid aan zeer specifieke visies die daaruit volgen zijn niet per se complementair. Daarnaast komen er wat meer algemene stellingen aan bod waar vrijwel niemand het mee oneens kan zijn. Met name de ontbinding van het wankele middenveld is problematisch benadrukt Josien Pieterse van FramerFramed, nu onbegrip en wantrouwen jegens grote instellingen als een rode draad door de hele samenleving lopen. Het verdwijnen van middelgrote instituten zorgt letterlijk voor een kloof tussen groot en klein, vooral als het om het representatie vraagstuk gaat.

Panel 1

Een grote vraag is in welke mate het profiel dat Jelle Bouwhuis de laatste jaren aan het SMBA heeft gegeven wordt voortgezet. Ook is het in algemene zin relevant om het Stedelijk met klem te vragen of het nog wel van deze tijd is om dit profiel (met oog voor de niet veel gehoorde stemmen in het culturele veld) buiten de fysieke deur van het Stedelijk zelf te houden. Martijn van Nieuwenhuyzen (Stedelijk Museum) sputtert tegen bij dit vraagstuk. Er wordt gesteld dat het Stedelijk in de toekomst een tweesporenbeleid zal hanteren waarbij de programmering van het museum zowel als het nieuwe SMBA aanvullend als overlappend zal zijn. Wanneer zullen de ezels de wortel van de hengel af kunnen happen? Deze bijeenkomst is door Ruf aangeduid als het startschot voor het openbare denken over het nieuwe SMBA. Toch vangt elke uiting van kritiek gelijk bot met een opmerking die de stafleden als een bezwering blijven herhalen: hier denken en spreken wij al intern over, maakt u zich geen zorgen.

Sowieso lijkt het Stedelijk in een vreemde spagaat te verkeren, tussen een nerveuze poging het publiek te behagen en de aanname het recht te hebben te formuleren wat het publiek nog niet weet te willen. In de tussentijd spreekt het panel vooral over wat zij niet willen in de context van hun eigen instelling. En hoe kan het ook anders? Datgene wat zij in het kader van een middelgroot instituut kunnen doen, gebeurt al. En wat zij voor ogen hebben, gaan ze niet gratis aan het Stedelijk aanbieden.

Panel 2

Na een oproep van de moderator om het gesprek minder tam te houden komt de tweede lichting aan bod. Ad de Jong (mede-oprichter W139) sluit hierin aan op wat Bart Stuart (bestuurslid W139) eerder aangaf: er moet sprake zijn van een artistieke noodzaak om een instelling te openen. Wat voorop moet staan is niet de wens een instituut te openen, maar welke weg de programmering wil plaveien. Daarnaast hekelt De Jong de mentaliteit waarbinnen alles zichtbaar moet zijn en verafschuwt hij de samenwerkingen tussen allerhande instituten die met name de gemeente graag ziet gebeuren. Het is van belang een plek te creëren die op zichzelf staat en uniek is in haar aanbod. Het kunstenaarsduo Sander Breure en Witte van Hulzen heeft hier wel oren naar. Zij zien SMBA het liefste als een interdisciplinair productiehuis voor jonge kunstenaars. Een plek die als de keuken bij een huisfeest aanvoelt: een ruimte voor reuring en goede gesprekken.

Door geen voer voor discussie te geven is onduidelijk waarover precies gediscussieerd moet worden, en lijkt de vraag om je eigen dromen te projecteren op een instituut waarvan totaal onbekend is wat de vorm is op z’n best naïef

Dat het Stedelijk zelf alles doet om reuring te voorkomen blijkt uit de twee vragen die Vincent van Velsen (kunstcriticus en curator) stelt. Het Stedelijk heeft blijkbaar twee locaties op het oog, gefocust op respectievelijk hedendaagse kunst en vormgeving wat duidt op veel specifiekere ambitie dan wat het algemene publiek wordt voorgeschoteld. En de aanstelling van deze drie onderzoekers zegt eveneens iets (wat?) over de ambitie, alleen wordt deze nooit expliciet uitgesproken, buiten de onvermijdelijke opsomming van curriculum vitae van de adviseurs en alle gerelateerde activiteiten. Bij beide vragen wordt gerefereerd aan eerder genoemde ondoorgrondelijke interne discussies.

Wat ontbreekt is een precieze, scherpe analyse van de tekortkomingen van SMBA die verder gaat dan prietpraat over te weinig flexibiliteit en de laissez-faire-houding van het Stedelijk zelf tegenover zijn binnenstedelijke dependance. Alleen op die manier is het voor het publiek inzichtelijk wat volgens het Stedelijk de zwakke punten waren en alleen op die manier kan het beginnen met het transparant formuleren van een doorstart. Door geen voer voor discussie te geven is onduidelijk waarover precies gediscussieerd moet worden en lijkt de vraag om je eigen dromen te projecteren op een instituut waarvan totaal onbekend is wat de vorm is op z’n best naïef.

Ofschoon Margriet Schavemaker (Stedelijk Museum) het vastgoed issue ongeduldig terzijde probeerde te schuiven is inhoudelijk dromen over luchtkastelen zo eenvoudig nog niet. Daarmee doet het denken aan het tumult rondom het te componeren koningslied ten tijde van de kroning in 2013. Alle Nederlanders werden van harte uitgenodigd om mee te schrijven aan deze ‘sing-a-long’ (de officiële term, niet mijn interpretatie). Het resulteerde uiteindelijk in een grammaticaal incorrect lied dat na aanvankelijke terugtrekking, en een onderzoek van het CBS, toch populair genoeg werd geacht om gebruikt te worden. De grap is dat het is geschreven door professionele, ervaren tekstschrijvers die zich lieten inspireren door de tekstuele bijdrages van het volk. Laten we hopen dat de geboden inspiratie in het geval van SMBA geen Hydra van Amsterdam zal worden.

  • de titel is een veel bediscussieerde frase uit het Koningslied

SMBA and beyond
Stedelijk Museum Amsterdam
19.6.2016

Beeld courtesy Stedelijk Museum Amsterdam, fotograaf Ernst van Deursen

LUISTER HIER NAAR HET HELE DEBAT

OF LEES HIER DE SPEECH VAN BEATRIX RUF

EN HIER IS HET VERSLAG VAN HET EERSTE DEBAT OVER DE SLUITING VAN SMBA

Alix de Massiac

is redacteur bij Metropolis M en maakt podcasts

Recente artikelen