metropolis m

Als James Welling (°1951) op een koele maar zonnige zondagochtend een artist talk geeft, zit het auditorium van het SMAK barstensvol. De Amerikaanse kunstenaar mag dan minder gekend zijn dan generatiegenoten als John Baldessari, Andreas Gursky of Allan Sekula, binnen de hedendaagse fotografie geldt hij toch als een innovatieve stem. Het SMAK wijdt een uitgebreide retrospectieve aan zijn oeuvre, en presenteert ook met trots zijn gloednieuwe werk, Seascape.

Welling beschrijft zichzelf weleens als buikspreker. Hij laat hiermee uitschijnen dat zijn eigen artistieke stem een gevolg en vertaling is van de stemmen die hem beïnvloeden. Uiteenlopende kunstenaars als Andrew Wyeth, Mark Rothko, Philip Johnson, Man Ray, Walker Evans en Richard Serra hebben hem tot leidraad gediend. Bij het begin van de artist talk benadrukt Welling meteen het belang van zijn opleiding in de kunsten. Hij volgde een jaar moderne dans aan de universiteit van Pittsburgh, maar schakelde als snel over naar een studie aan de vooraanstaande California Institute of the Arts. Hij kreeg er les van John Baldessari, wiens ‘anarchistische’ klas een blijvende invloed heeft gehad.

Flirten met media

Metamorphosis is een zeer gepaste titel voor deze retrospectieve: James Wellings oeuvre heeft door de jaren heen heel wat metamorfosen ondergaan. Af en toe lijkt het zelfs alsof hij besluiteloos van het ene medium naar het andere en van de ene artistieke identiteit in de andere overvloeit. In het begin van zijn carrière houdt Welling zich bezig met ijzeren sculpturen van gebogen kleerhangers. Al snel schakelt hij over naar de fotografie, maar ook binnen zijn primaire medium (hij waagt zich ook wel aan schilder- en videokunst) is diversiteit troef.

Vanuit chronologisch perspectief lijkt elke rode draad in het oeuvre van James Welling te ontbreken. Thematisch zijn er echter wel logische raakpunten. Regelmatig refereert de kunstenaar terug naar eigen werk, of naar de kunstgeschiedenis. De titel Metamorphosis slaat bovendien eerder op de manier waarop Welling de grenzen tussen media laat vervagen. Zo flirt hij in de reeks Hands (1974-75) met performance, in Choreograph (2014-17) met dans en in Glass House (2006-14) met architectuur. Die laatste reeks is een mooi voorbeeld van hoe James Welling zich door andere kunstenaars laat inspireren. Acht jaar lang maakte hij foto’s van het beroemde modernistische gebouw van architect Philip Johnson in Connecticut, gebruik makend van een aantal kleurenfilters die een spel aangaan met de strakke architecturale lijnen. Vooral de atmosferische kwaliteiten van deze reeks zijn erg sterk. Met zijn doorschijnende kleurvlakken slaagt Welling er in de beelden een gevoel van temperatuur mee te geven.

Familiegeschiedenis

Behalve door andere kunstenaars laat James Welling zich ook graag inspireren door zijn eigen roots. Een van zijn vroegste fotografische reeksen, Diary/Landscapes (1977-86) draait om de dagboeken van de betovergrootouders van zijn vader. Enerzijds zijn er de beelden van de boeken zelf, waarin Welling heel dicht op het blad blijft en de fragiele gedroogde bloemen prachtige details vormen. Hoewel de afdrukken zwart-wit zijn, zijn de verkleuringen van de negentiende-eeuwse inkt merkbaar. Wellings bedoeling is niet de pagina’s leesbaar weer te geven, maar een poëtische reflectie over te brengen van iemand die aansluiting zoekt bij zijn verleden en oorsprong. Anderzijds maakte de kunstenaar ook beelden in de omgeving van zijn ouderlijk huis in Connecticut. Ook deze foto’s zijn technisch perfect. Welling weet het schoolvoorbeeld van een goede foto te schieten, maar soms – bijvoorbeeld in deze reeks – gaat dat ten koste van een sterke inhoud. De lege eetkamer met perfecte lichtinval, de zon die door de bomen schijnt, dennenbomen in een sneeuwlandschap – de beelden zijn zo oerdegelijk gestileerd dat er maar weinig artistieke persoonlijkheid uit blijkt.

Verreweg het meest relevante en representatieve werk in de tentoonstelling is ook het nieuwste – ironisch, aangezien het om een retrospectieve gaat. Seascape (2017) is een relatief korte video met repetitieve beelden van de zee die tegen bruine rotsen klotst, waarin Welling een schilderij van zijn grootvader tot leven brengt. In een foto uit de reeks Diary/Landscapes is te zien hoe het schilderij van William C. Welling boven de schouw prijkt. Ter inspiratie had grootvader Welling het zeezicht gefilmd. Die analoge zwart-witte beelden heeft zijn kleinzoon nu digitaal ingekleurd op basis van het schilderij. Inhoudelijk heeft dit werk het sterkste verhaal. In één beweging traceert Welling de sporen van zijn voorouder, behandelt hij een stukje kunstgeschiedenis en gaat hij mee met de nieuwste digitale technieken. Bovendien speelt hij ook hier met een ‘metamorfose’ van media: dit ene zeezicht legde, in een periode van bijna een eeuw, een weg af van zwart-wit film naar schilderij, naar foto, naar kleurenfilm.

Installatieopnames S.M.A.K. Gent

Bronnen van licht

Wellings oeuvre is een amalgaam van media, technieken, onderwerpen en stijlen. De hoofdrol in zijn werken, fotografische en andere, is meestal weggelegd voor licht. Net als een prisma het licht breekt, functioneren Wellings gekleurde filters in bijvoorbeeld Glass House en Geometric Abstractions (2008-12) als schakelaar voor licht, kleur en warmte. In de reeks Degradés (1986-2006) voert hij zijn kleurrijke abstractie tot het uiterste. De fotogrammen verwijzen onomwonden naar de typische kleurschakeringen van Mark Rothko. Welling wil hiermee vooral een sfeer scheppen en emotie uitdrukken. De zachte maar intense kleuren hebben een zinderend effect die grenst aan het sublieme. Diezelfde sublieme poëzie zoekt hij op in Glass House en de bijhorende video Sun Pavilion (2010), waarin, ditmaal in bewegend beeld, zijn gekleurde filters nogmaals terugkomen.

Ook in reeksen als Fluid Dynamics (2009-12) en Chemical (2010-16) experimenteert Welling met licht, kleur en de processen in de donkere kamer. In zijn langst lopende reeks, Light Sources (1977-2005), verzamelt de kunstenaar beelden van lichtbronnen over de hele wereld. Ironisch genoeg doet hij dat in zwart-wit foto’s.  Etymologisch betekent ‘fotografie’ letterlijk ‘schrijven met licht’ en dat idee lijkt Welling als leidraad te nemen. Niet alleen wijst hij in deze reeks natuurlijke en artificiële lichtbronnen aan waar ze anders misschien achteloos in het decor zouden verdwijnen; als de lichtpunten in deze zwart-witte foto’s er niet zouden zijn, was er enkel zwart te zien. Dit is fotografie in haar puurste vorm.

Voor het esthetisch oog is Metamorphosis erg bevredigend. James Welling positioneert zich als een technische uiterst begaafde kunstenaar. Hij kent zijn vak door en door en maakt zich technologische en digitale vernieuwingen met verve eigen. Dit heeft als gevolg dat zijn oeuvre een heel didactisch verhaal vertelt, maar inhoudelijk niet altijd even sterk of verrassend uit de hoek komt. Welling probeert echter simpelweg, net als zovele kunstenaars voor en ongetwijfeld na hem, met zijn eigen ideeën en overtuigingen, technieken en experimenten, het licht te vangen.  

James Welling: Metamorphosis, nog tot 16 april 2017 in het SMAK in Gent

Tamara Beheydt

schrijft over kunst, o.a. voor Glean

Recente artikelen