metropolis m

Al die bezuinigingen op kunst en cultuur? De kunstwereld heeft het deels over zichzelf afgeroepen, stelt Volkskrantrecensent Sacha Bronwasser in de inleiding van Zo werken wij, haar nieuwe publicatie. Ze volgde tien succesvolle Nederlandse kunstenaars gedurende enkele jaren en vroeg niet naar het ‘waarom’, maar naar het ‘hoe’ van hun werkwijze.

Bronwasser constateert een probleem: vooral kunsthistorici, filosofen, schrijvers, curatoren en critici hebben zich de laatste drie decennia gebogen over de context van de kunstproductie, de filosofische basis en de sociaal-maatschappelijke rol die zij vervullen. De kunstenaars zelf kwamen weinig aan het woord. Hoewel ik me afvraag of de door Bronwasser gevolgde kunstenaars veel problemen hebben ondervonden van deze theoretische aandacht, stelt Bronwasser dat deze ontwikkeling heeft geleid tot een kloof tussen de kunstwereld en ‘de gewone burger’. Zij telt daar nog eens de ontwikkeling van de discursive turn bij op, waardoor kunst de naam kreeg ingewikkeld en hermetisch te zijn, en de uitgedunde of verdwenen kunstredacties van de kranten, die een belangrijke schakel vormden tussen kunst en publiek.

Bronwasser heeft zodoende in Zo werken wij een missie: de afstand verkleinen tussen de kunstenaar en degenen die in de kunstwereld het woord voeren. Geen ingewikkelde kunsttheorie, maar terug naar de basis. Met de ‘zonder kunstenaars geen kunstwereld’-gedachte van Willem Sandberg op zak stelde ze aan onder andere Guido van der Werve, Iris van Dongen, Aernout Mik, Germaine Kruip en Tjebbe Beekman de vraag: hoe heb je dat gedaan?

In tien portretten wordt, zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van het werk, een einde gemaakt aan het ‘onmenselijke’ van de kunstenaar, de geheimzinnigheid rondom kunstenaar en zijn/haar werk. Het ontnuchtert te lezen hoe Germaine Kruip zichzelf typeert als een nine-to-five kunstenaar en haar werkdag vooral indeelt rondom de maaltijden die ze tussentijds nuttigt, hoe Tjebbe Beekman meestal werkt met de arbeidsvitamine van Amy Winehouse en David Bowie op de achtergrond en zijn meest gebruikte zin ‘daar word ik zo vrolijk van’ is. En hoe combineert Iris van Dongen eigenlijk haar gezinsleven met het kunstenaarschap?

Bronwasser typeert in Zo werken wij niet alleen de totstandkoming van een creatief proces en de gedrevenheid daarbij, maar legt ook de vinger op de eigenaardige karaktertrekken van de kunstenaars in kwestie, of juist op hoe doodgewoon ze zijn. Soms leest het daardoor iets té gezellig weg, maar Bronwasser geeft in ieder geval de boodschap mee: kunstenaars, het zijn net mensen.

Sacha Bronwasser / Zo werken wij / ISBN 978-90-5662-801-7 / € 22,50 / verschijnt 30 maart 2011 / Paperback / 216 p. / 17 x 24 cm / NAi Uitgevers / met portretfoto’s door Joost van den Broek

Jolien Verlaek

Recente artikelen