metropolis m

Cover World Art Studies, Amsterdam 2008
Cover World Art Studies, Amsterdam 2008

Sinds 26 juni ligt het boek World Art Studies in de winkel. In het boek, onder redactie van Prof.dr. Kitty Zijlmans en Dr. Wilfried van Damme (beide van de Universiteit Leiden), presenteert een keur aan internationale wetenschappers uit een veelheid aan academische disciplines nieuwe gezichtspunten op de wereld-kunstgeschiedenis. Metropolis M interviewde Prof.dr. Kitty Zijlmans over de noodzaak van en toekomstperspectieven voor de nieuwe invalshoeken die World Art Studies voorstaat.

Erik van Tuijn

Hoe is World Art Studies ontstaan?

Erik van Tuijn

[answer Kitty Zijlmans]We zijn vertrokken vanuit het standpunt dat de mens één enkele ‘soort’ is en dat de behoefte zich artistiek of creatief uit te drukken een panmenselijk fenomeen is. Een andere belangrijke impuls is onze behoefte ons te verhouden tot de wereldwijde ontwikkelingen. Demografisch verandert er veel, in de kunst verandert er veel, wij moeten ons in de 21e eeuw als vakgebied [kunstgeschiedenis, red] verhouden tot deze al deze ontwikkelingen. Alle auteurs in het boek hielden zich al met deze problematiek bezig. Het woord history hebben we willen ontwijken, vandaar de naam World Art Studies.

Het is een neutrale term, die wat ons betreft niets anders wil voorstaan dan dat er kunstvoorwerpen en artefacten op aarde zijn die bestudeerd kunnen worden en dat zoiets niet tot een bepaald geografisch terrein afgebakend hoeft te worden.

Het idee voor de titel werd geopperd door emeritus professor John Onians (University of East Anglia, Norwich), die de School of World Art Studies and Museology heeft gevestigd. Hij heeft contact met een grote groep mensen die bezig zijn met de antropologie van de kunst, world esthetics en vraagstukken die te maken hebben met het ontstaan van de kunst. Ikzelf cover het discours in de kunstgeschiedenis van nu. We hebben onze uitgangspunten verbonden en toen is het boek gaan groeien. We hebben een aantal workshops en gesprekken georganiseerd en drie hoofdthema’s aangewezen, die het conceptuele kader aangeven. Ten eerste het ontstaan van kunst vanuit het idee van shared humanity, ten tweede het vergelijken van culturen en cultuuruitingen en ten derde interculturalisatie of cultuuruitwisselingen.

John Onians: ‘Stel je voor dat je vanaf een andere planeet naar de aarde kijkt, waarom wordt er dan maar zo’n klein segment van de aardse kunst bestudeerd?’

Om deze thema’s aan te kunnen snijden staan er in het boek dus niet alleen bijdragen van kunsthistorici, maar ook van antropologen, archeologen, geografen, evolutionair biologen en neuro-wetenschappers. Ondanks deze brede opzet lijkt het lijstje me nog niet compleet. Welke invalshoek had je eigenlijk nog willen toevoegen aan het boek?

Kitty Zijlmans

Eigenlijk was het boek nog veel dikker bedoeld en we pretenderen ook niet dat we alles afgedekt hebben. Er is bijvoorbeeld nog een baaierd aan ander invalshoeken denkbaar: geschiedenis, politiek, sociologie… Ik zou graag de visie van wetenschappers uit India en Afrika willen weten over hoe een discipline als kunstgeschiedenis zich verder moet ontwikkelen. Hoe we nader tot elkaar kunnen komen, want linksom of rechtsom: de Westerse traditie heeft wel veel invloed gehad, maar heeft niet het monopolie op benaderingswijzen.

Erik van Tuijn

Het viel mij inderdaad op dat de overgrote meerderheid van de aan het boek deelnemende wetenschappers geworteld zijn in de Westerse traditie, waardoor het boek toch weer een poging tot