metropolis m

Heather Barnett, Being Slime Mold

Nog nooit was de wereld zo maakbaar als nu, bewijst de tentoonstelling Biodesign in Het Nieuwe Instituut.

We leven in het ‘Antropocene tijdperk’, zo schreef Nobelprijswinnaar Paul Crutzen in 2003. Nog nooit heeft de mens zoveel invloed kunnen uitoefenen op haar omgeving: nooit is onze omgeving zo maakbaar geweest. Het Nieuwe Instituut stelt zichzelf graag ten doel te onderzoeken op welke manier onze toekomst er dan uit kan gaan zien, en hoe de wetenschap en de culturele industrie daar een rol in spelen.

De Amerikaanse architectuur- en designhistoricus William Myer schreef vorig jaar het boek Biodesign. In dit boek laat hij ontwerp- en onderzoeksprojecten zien die zich op het snijvlak tussen biologie en ontwerp bevinden, en waarbij levende organismen niet alleen als ‘inspiratie’ worden gebruikt, maar daadwerkelijk worden ingezet in architectuur, materiaal, interieur maar ook voor grafische ontwerpen.

Biodesign is een opmerkelijk snel tot stand gekomen tentoonstelling. In slechts zes maanden werd het boek getransformeerd tot expositie. ‘Myer schrok wel even’, vertelt directeur Guus Beumer, ‘bij een instituut als MoMA zou Myer minstens een jaar de tijd hebben gekregen om een tentoonstelling in elkaar te zetten.’ Maar die snelheid komt dit interdisciplinaire gebied alleen maar ten goede; voor je het weet loopt zo’n tentoonstelling hopeloos achter.

Ook voor ontwerpcollectief La Bolleur uit Eindhoven was het aanpoten. De expositie is georganiseerd op schaal; het vangt aan met een wereldkaart en architectonische toepassingen en eindigt op gen-niveau. Veel van de projecten gebruiken biologische organismen direct als materiaal; paddenstoelen als verpakkingsmateriaal (overigens het enige project dat momenteel op de markt is), algen die tot leven komen in beschadigd beton – om zo de structuur te sealen, of gekleurd slakkenpoep waarvan tegels gemaakt kunnen worden.

Een aantal van projecten zijn voor het Nederlandse publiek al vrij bekend, zoals de RayFish Footwear, of Palm Leather van Tjeerd Veenhoven. Toch komt de Half Life lamp van Joris Laarman Lab hier veel beter tot zijn recht dan tijdens New Energy in Design and Art in Boijmans (15 oktober 2011 – 26 februari 2012), waar het object naast de andere esthetische hoogstandjes een andere betekenis kreeg. Maar in deze gestileerde stolp, gevuld met een groeimedium, zitten hamstercellen die samen met het DNA van vuurvliegjes een levende lamp opleveren.

Volgens Myer zijn we geneigd en geconditioneerd om bang te zijn voor biologie, bacteriën en algen, met name als die onzichtbaar zijn. Het is pas sinds kort dat we een beetje beginnen te begrijpen hoe micro-organismen en ziektekiemen werken en het zal nog wel even duren voordat we ons daar comfortabel bij voelen.

Toch wil Myer niet alleen de positieve uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek laten zien. In Post Natural History zien we een serie gemanipuleerde foto’s van Vincent Fournier. Deze foto’s brengen een klinisch en koud beeld van nieuwe, gekruiste en gemodificeerde dieren van de toekomst.

Één van de op het oog minst onopvallende projecten blijkt misschien wel het meest revolutionaire te zijn: Being Slime Mould van Heather Barnett. De ‘slijmzwam’ is een simpel micro-organisme. De wijze waarop dit organisme zich vermeerdert en een netwerk vormt, is super-efficiënt en leerzaam voor mensen. De slijmzwam wordt in laboratoria onderzocht om zo als voorbeeld te dienen voor bijvoorbeeld urban planning of besluitvormingsprocessen.

De expositie is reactief op de bezoekers. Myers legt uit dat elke bezoeker z’n eigen ziektekiemen, cellen, warmte en vocht zal ‘bijdragen’ aan de tentoonstelling; zo zal de expositie voortdurend veranderen. Bovendien zullen er verschillende workshops plaatsvinden waarbij je samples van je eigen lichaam kunt afnemen, of je eigen urine kunt testen.

Biodesign
Het Nieuwe Instituut
Rotterdam
te zien tot en met zondag 5 januari 2014

Rosa te Velde

volgt de Master Design Cultures, Vrije Universiteit, Amsterdam

Recente artikelen