metropolis m

Kate Cooper, We Need Sanctuary (2016)

Na haar show Rigged bij KW in Berlijn (2015) is het voor Kate Cooper vliegensvlug gegaan, misschien iets te snel. Afgelopen periode probeerde ze bij de Rijksakademie zichzelf de tijd te geven om nieuw werk te maken. Alix de Massiac gaat met haar in gesprek. (Dit weekend opent in Museum Kurhaus Kleve een tentoonstelling met haar werk en dat van Jenna Sutela en Juliette Bonneviot)

Alix de Massiac: Je hebt vrij lang een collectief gerund, Auto Italia. Van daaruit ben je uit het niets opeens opgedoken, zo lijkt het. Wat is je achtergrond?

Kate Cooper: ‘Ik heb een achtergrond in wat ze 4D noemen aan de Central Saint Martins in Londen met veel lessen in performance, film en theorie. Na mijn bachelor ben ik meteen begonnen in de filmindustrie, maar raakte daar snel gedesillusioneerd. Iedereen is een stuk ouder en niet bezig met wat jonge mensen te zeggen hebben, en ze zijn al helemaal niet geïnteresseerd in theorie. Hier en daar maakte ik wel wat interessants, maar het zette geen zoden aan de dijk. En als je tweeëntwintig, drieëntwintig bent, dan lijkt de kunstwereld zo ver weg. Als je geen platform hebt om kunst te maken, is het veel moeilijker om het te rechtvaardigen. Dus heb ik samen met twee vrienden een platform opgericht: Auto Italia.’

Was dat moeilijk, met het oog op de vastgoedmarkt in Londen?

‘Er werd ons een ruimte in de schoot geworpen, waar we gedurende enige tijd zeer kortlopende projecten deden, omdat we er op elk moment uit konden worden gegooid. Dat gebeurde ook. Toen heb ik een projectontwikkelaar benaderd, en met veel bellen en een beetje geluk een enorme casco-ruimte gekregen waarvan wij de beheerders werden. Dat was in 2008. De wereld was net vergaan en niemand had het geld of de moed om deze vervallen gebouwen te ontwikkelen. Gedurende drie jaar waren we volledig vrij. Alleen wisten we dat toen nog niet, dus bleven we maar kortlopende projecten doen. In feite was het iedere keer de vraag hoe we in godsnaam dat enorme oppervlak konden vullen met kunst. Het accent lag met name op samenwerkingen tussen mensen die we interessant vonden en werk dat wij zelf wilden zien.’

Kun je me een voorbeeld geven van het type project dat jullie programmeerden?

‘Op onze website kun je het hele archief van alle projecten vinden. Het is best vreemd om dat terug te zien, ik doe het dan ook zo min mogelijk. In die tijd deed bijvoorbeeld DIS mee, maar zij hebben elk spoor hiervan op het internet verwijderd. Ik denk omdat ze zich ervoor schamen [lacht]. Zonder echt als een curator te denken, wilden wij onderdeel zijn van de discussie over wat het betekent om een kunstenaar in Londen te zijn, om deel te zijn van een gemeenschap. Daarnaast wilden we samen projecten uitvoeren die we zelf de moeite van het bezoeken waard vonden en die laagdrempelig waren. Inmiddels heb ik een stap terug genomen en me meer op mijn eigen werk gericht.’

Denk je als kunstenaar anders dan als curator van Auto Italia?

‘Hoe meer ik doe en erover nadenk, hoe meer ik zie dat ik er domweg van houd om tentoonstellingen te maken, bijvoorbeeld in de vorm van installaties. Hoe monumentaler, hoe beter. Ik heb van jongs af aan een fascinatie gehad voor tentoonstellingen, maar ook voor manieren om dingen te presenteren, zoals spullen in winkels. En dan vooral de manier waarop een merk ervoor kiest om haar identiteit weer te geven met de emoties die dat teweeg kan brengen. Tentoonstellingen doen dat ook; ze zijn een manier om ideeën direct te ervaren. Voor een tentoonstelling in Duitsland had ik in SketchUp [een computerprogramma waarmee in 3D kan worden getekend, red.] alles van tevoren laten tekenen. Toen ik daar een dag voor de opening kwam, was het ongelofelijk om mijn digitale droom in het echt te zien. Alles wat je je kunt voorstellen, kan tot leven komen. En dat is ontzettend interessant. Het is mijn streven om het format van een tentoonstelling, wat redelijk uitgekauwd is, een beetje breder op te vatten, ook al denk ik dat de kunstwereld dermate vasthoudt aan zijn eigen dogma’s dat je dat niet al te vaak kunt doen.’

Ik heb van jongs af aan een fascinatie gehad voor tentoonstellingen, maar ook voor manieren om dingen te presenteren, zoals spullen in winkels

Een drang om te experimenteren dus?

‘In feite ligt mijn interesse, voor zowel Auto Italia als mijn eigen werk, bij de politiek die erbij komt kijken als je iets, het maakt niet uit wat, wilt doen of laten doen en hoe je jezelf daar toestemming voor moet durven geven, met name als vrouw. Ik heb pas sinds een jaar of twee het lef om te experimenteren en om te kijken naar wat er gebeurt als ik mijzelf laat gaan. Met het maken van een film is het niet mogelijk om jezelf te laten gaan. Tussen het filmen en het monteren zit altijd wel wat tijd, wat afstand schept. Bij het maken van animaties is dat heel anders. Ik zit dan letterlijk met mijn handen in het werk: ik film, animeer en monteer tegelijkertijd, wat het erg rommelig maakt en daardoor misschien wel op schilderen doet lijken. Een puur lichamelijke ervaring. Het eindresultaat is totaal niet rommelig, maar het maken is heel speels.’

Wat bedoel je met jezelf toestemming geven?

‘Er is een discussie gaande in Londen die een hele generatie omspant, en misschien wel de hele westerse wereld. Mijn ouders zijn late babyboomers en hebben vrijwel alles gratis gekregen; opleiding, huisvesting, gezondheidszorg. Ze hadden enorm veel mogelijkheden om te werken. Het cliché was dat op de kunstacademies in Engeland leden van het koningshuis met de economische onderklasse in één klas zaten – wat ook het geval was. Tegenwoordig moet je gefortuneerd zijn om enkel ergens stagiair te kunnen zijn. Als curator zijn er maar een klein aantal wegen dat je kunt nemen: je moet of naar Bards of naar het Royal College of Art. Het is een monocultuur geworden. En op zich is er niets mis met die scholen, maar het is heel erg moeilijk geworden om op bepaalde plekken of posities te komen als je dat niet hebt gedaan. Ik heb bijvoorbeeld alleen een bachelor en dat is in sommige kringen best problematisch. Daarnaast is alles op financieel gebied precair geworden. Bijna niemand heeft een vast onderkomen of inkomen en dan wordt het heel moeilijk om nog risico’s te nemen, te willen experimenteren en plezier te hebben in je werk. Je wordt gedwongen een constante afweging te maken tussen het risico en de eventuele uitkomst.’

Hoe dan te overleven? Hoe de taken te verdelen tussen man en vrouw, ervan uitgaand dat het merendeel uit heterostellen bestaat?

‘Vrouwen hebben natuurlijk de dubbele werkdruk, maar meer dan dat ben ik geïnteresseerd in vrouwelijke arbeid in de vorm van het verzorgen van de emotionele behoeftes van de ander. Dat moet niet alleen worden erkend, maar ook worden gestroomlijnd binnen de hedendaagse manier van werken. Hoe je een ziek kind of ouder verzorgt en dat dat verdergaat dan de fysieke handelingen. Dit soort ideeën probeer ik uit te werken met beelden van perfecte vrouwen. Het is pure fictie die de lading van de verhalen die we dagelijks voorgeschoteld krijgen wellicht wat onschadelijker maakt. En ook de verschillende vormen van aanraking en van empathie. Daar probeer ik mee te spelen door wat gebarentaal te tonen, door de lichamen elkaar aan te laten raken en te onderzoeken wat het kan betekenen voor de personages. En natuurlijk, wat betekent het om ziek te zijn, om een drop-out te zijn en alles te laten vallen waar je mee bezig bent?’

Je vertelde me een tijdje geleden dat je het niet begrijpt als mensen zeggen dat je werk apolitiek is en een reproductie van inherent gewelddadige beelden.

‘Ik vind het moeilijk te geloven dat mensen mijn werk als glossy en kritiekloos zien. Met Auto Italia hebben we een tijd geleden een symposium georganiseerd waar vrij veel pers op afkwam. Naderhand werd er gezegd dat het er te schoon was en te goed georganiseerd om daadwerkelijk een politiek statement te kunnen zijn. Alsof elke vorm van politiek een bepaalde esthetiek heeft, alsof een politiek geëngageerd werk zich altijd van dezelfde esthetische technieken moet bedienen. Mijn glossy beelden worden soms als zeer kwetsend ervaren. Ze werken goed binnen een bepaalde setting, maar daarbuiten verliezen ze soms hun kritische lading of wordt het moeilijker om de verschillende lagen leesbaar te houden.’

Geloof je niet dat het werk problematisch is door wat het afbeeldt?

‘Uiteraard. Maar ik denk dat er ook een generatieprobleem is. Ik heb het idee dat een oudere generatie sommige dingen gewoon weigert te accepteren. Volgens mij hoef je fictieve beelden van vrouwen niet als ultiem gewelddadig te zien, in de trant van “Vogue is gewelddadig”. Ik heb dat niet. Een blad als de Amerikaanse Teen Vogue is juist interessant in de manier waarop ze dat platform gebruiken om een stem te geven aan de politiek en om te uiten hoe Trump “het kwaad” vertegenwoordigt. Het is duidelijk dat de jongere generatie meer lef moet hebben om idealen om te zetten in werkelijkheid. Het gaat erom hoe je met je eigen macht omgaat. Iemand als Kim Kardashian vind ik in dat opzicht mateloos fascinerend. Eigenlijk populaire cultuur in het algemeen.’

Waarom?

‘Ik denk dat als je populaire esthetiek in je praktijk verwerkt, het een manier is om de toeschouwer direct aan te spreken. Tegelijkertijd wil je je werk verder laten gaan dan die directe boodschap. Waar ik vandaan kom, zijn er overal reclameborden. Er is geen enkele manier om je omgeving anders te ervaren dan door die monsterlijk grote borden. En dat geeft ze ontzettend veel macht.’

Macht is wel een sleutelwoord voor jou, lijkt het.

‘Ik wil weten wat voor potentie dingen hebben. En het gaat me ook om het grotere geheel, om wat het is om een kunstenaar te zijn, maar ook hoe kunst binnen een grotere infrastructuur opereert. Hoe kun je in de praktijk met het systeem omgaan? Hoe kun je mensen samenbrengen en je eigen systeem op poten zetten of in ieder geval verschillende groepen en organisaties samenbrengen? Ik ben daar nog niet, maar probeer te begrijpen wat het voor mij kan betekenen. En om op Kim Kardashian terug te komen: zij heeft ontzettend veel macht en zet deze ook actief in middels het gebruik van beelden.’

Uiteraard is er sprake van beeldpolitiek, maar deze zit veel meer in de rol die zij heeft als ondernemer, echtgenote, moeder en familielid. Het is precies omdat ze geen expliciete politiek bedrijft dat ze zich staande kan houden.

‘Ik vraag me af of het echt zou veranderen, als ze dat wel zou doen. Ik bedoel, is Madonna meer politiek dan Kim? Misschien oefent ze haar macht niet direct uit, maar deze is er wel. Haar potentie is ongeëvenaard.’

Ik denk dat ik een beetje jaloers ben op de outsiders, de drop-outs die een extern universum hebben gecreëerd, een alternatieve werkelijkheid bewonen. Maar uiteindelijk geloof ik toch meer in de mainstream

Denk je dat het moeilijk is om die claim of potentie waar te maken?

‘Alles wat niet snel groot wordt, wordt gedwongen om ondergronds en precair te opereren. Bijna nergens kun je meer gewoon maar zijn. Ik denk dat ik een beetje jaloers ben op de outsiders, de drop-outs die een extern universum hebben gecreëerd, een alternatieve werkelijkheid bewonen. Maar uiteindelijk geloof ik toch meer in de mainstream, omdat elk radicaal alternatief per definitie elitair wordt en ik heilig geloof in de waarde van laagdrempeligheid.’

Het werk van Kate Cooper is op dit moment te zien in de groepstentoonstelling Safe to drink bij Kurhaus Kleve, samen met werk van Juliette Bonneviot en Jenna Sutela. Safe to drink wordt gecureerd door Dorothee Mosters & Marie Stel en loopt van 10.11.2017 t/m 14.01.2017 

Alix de Massiac

is redacteur bij Metropolis M en maakt podcasts

Recente artikelen