metropolis m

Expositie Kim David Bots (2017), courtesy Kunstfort Vijhuizen

In gesprek met twee jonge curatoren die leiding geven aan twee kleine kunstinstellingen: Zippora Elders van Kunstfort Vijfhuizen en Heske ten Cate van Nest in Den Haag. Over de toestand van de kunst in Nederland en hoe daar als tentoonstellingsmaker op in te spelen.

Een dubbelgesprek met Zippora Elders en Heske ten Cate ligt niet direct voor de hand. Hoewel beiden sinds kort een leidinggevende functie hebben bij een Nederlandse kunstinstelling (Elders is sinds juli 2016 artistiek-directeur bij Kunstfort bij Vijfhuizen en Ten Cate leidt sinds 2017 Nest in Den Haag), houden daar de raakvlakken eigenlijk wel op. De twee instituten lijken niet erg op elkaar en ook de manier waarop Elders en Ten Cate er zijn beland kent weinig overeenkomsten (zie kadertekst). Toch delen ze een belangrijke zorg: de toenemende invloed van de markt op de kunstwereld en de verstrekkende gevolgen daarvan in het karakter van zowel de kunst, de tentoonstellingen als de kunstkritiek.

Heske ten Cate ‘Ik merk dat de verscheidenheid binnen de beeldende kunstsector soms als bedreiging wordt opgevat, omdat zij wordt gezien als een versnippering binnen het veld. Dit komt mede door het kunsthistorisch kader dat binnen de kunsten nog altijd domineert. In mijn eigen werkwijze, waarbij de dialoog met de kunstenaar altijd leidend is, kom ik er telkens weer achter dat er ontzettend veel verschillende kaders zijn waaruit je kunt putten, zoals sociologische, filosofische en biografische, en dat deze meerduidigheid kunst juist interessant maakt. Zo vertrekt de recente tentoonstelling On Speaking Terms in Nest vanuit de architectuur, waarbij ontwerpers Lorien Beijaert en Arna Mačkić van Studio L A kunstwerken tonen die het denken in wij-zij en ik-versus-de-ander in de samenleving ter discussie stellen (zie ook het interview elders in dit nummer). Architectuur wordt hierbij ingezet als een volwaardige gesprekspartner. Dat is een nieuwe manier om een tentoonstelling te benaderen en dat vind ik best spannend.’

Zippora Elders ‘Bij Kunstfort bij Vijfhuizen zijn de architectuur en geschiedenis van de plek juist leidende elementen. Het fort is werelderfgoed en één van de eerste betonnen gebouwen in Nederland. Het is een kunstinstelling met een afwijkend uiterlijk. De specifieke plek en de kunstmatigheid van de omgeving staan centraal binnen de programmering, die gewijd is aan het overkoepelende thema sciencefiction, en meer specifiek aan onderwerpen als klimaat en landschap, grenspolitiek en verdedigingsmodellen, technologie en ritueel, dystopie en apocalyps. Het Kunstfort opereert in de marge, wat enorm verschilt van de museale omgeving midden in de stad, die ik bij Foam of het Stedelijk Museum gewend was. Deze nieuwe positie heb ik omarmd en ik het voelt heel vertrouwd.’

HtC ‘Nest is onderdeel van een broedplaats en functioneert binnen een breder veld van kunstinstellingen in Den Haag. Bij Nest domineert de kunstenaarsgeest, dus besluit je gemakkelijker dat een muur gesloopt kan worden of de kunstenaar de tegels voor het gebouw mag weghalen voor een kunstwerk. Dit geeft een zekere vorm van vrijheid, maar er staat tegenover dat je geen dure bruiklenen kunt krijgen aangezien het gebouw niet voldoet aan een aantal museale eisen. Voor mij staan het maakproces en het experiment voorop. In dat opzicht werken wij ook in de marge. De rol van een instelling als Nest is in mijn ogen dan ook het faciliteren van een zo direct mogelijke dialoog tussen de kunstenaar en het publiek. Als artistiek-directeur probeer ik dit te bewerkstelligen door een goede randprogrammering te ontwikkelen en educatie aan te bieden. En soms ga je daarin op je bek, maar dat is het risico van kunst en dat moet kunnen. Ik vind dat er in de kunst vaak te braaf met dergelijke risico’s wordt omgegaan.’

ZE ‘In Nederland ligt dat gebrek aan lef, en in het verlengde daarvan het gebrek aan cohesie, onder andere aan een ongezonde focus op ondernemerschap in puur neoliberale termen. Die staat haaks op het idee dat binnen de beeldende kunst sprake is van een onderscheidende signatuur. Iedereen moet van alle markten thuis zijn, terwijl we ons ook een veld kunnen inbeelden waarbij de specifieke talenten en interesses van instellingen in relatie tot elkaar optimaal benut worden, zonder elkaar de krenten uit de pap te halen. De nieuwe netwerken die op dit moment in Nederland ontstaan, richten zich te veel op overeenstemmende agenda’s, terwijl de verschillen de instellingen juist zouden kunnen versterken. Hiervoor is een collectieve solidariteit nodig. Dat leidt tot meer smoel over de hele breedte van het kunstenveld.’

[blockquote]Zippora: Er staat nu een nieuwe generatie bemiddelaars en recensenten op die de kunst lijkt te benaderen als een consumptiegoed, via blogs en vlogs, vanuit een verheerlijking die eerder is gericht op zichzelf als persoon dan op de kunst

Expositie Jacob Dwyer, Kunstfort Vijfhuizen, 2017

On Speaking Terms, Nest, Den Haag, 2017

HtC ‘We zullen nooit grote slagen maken wanneer iedereen zijn kaarten voor de borst houdt. Meerdere partijen jagen op hetzelfde, steeds slinkende aanbod van publieke middelen en publieke aandacht. Als we echt grote bewegingen willen maken, moeten we gul durven zijn en op de hoogte blijven van de stokpaardjes die elke afzonderlijke instelling heeft. Als je naast elkaar kunt bestaan, kun je elkaar ook verrijken door in elkaars verlengde te programmeren. Cohesie zorgt voor bestendigheid. Op dit moment zijn te veel partijen bezig zichzelf te schikken naar dezelfde kwantitatieve doelen.’

ZE ‘Belangrijk daarbij is ook de bemiddeling van die initiatieven in de media. Er staat nu een nieuwe generatie bemiddelaars en recensenten op die de kunst lijkt te benaderen als een consumptiegoed, via blogs en vlogs, vanuit een verheerlijking die eerder is gericht op zichzelf als persoon dan op de kunst, vanuit een taal van online influencers die steeds nadrukkelijker zichtbaar zijn binnen het aanbod van de bemiddeling van kunst. Is het lekker of niet? Wat doet dit met de onafhankelijkheid van de kunstrecensent en wat betekent dit voor de inhoud van het gesprek dat we in Nederland over kunst voeren en de generositeit binnen de kunstwereld waar jij het over hebt? Er is denk ik te veel positieve kritiek aan het ontstaan, op de rand van (zelf-)promotie. Ik denk dat degelijk onderzoek, kwalitatief schrijven en een kritische blik uiteindelijk de basis moeten vormen van een gesprek dat vervolgens de breedte durft op te zoeken. Hierin ligt de uitdaging voor een initiatief als de Prijs voor de Jonge Kunstkritiek.’

Zippora: Ik kijk ernaar uit dat curatoren zich weer meer in gebieden begeven waarmee ze niet bekend zijn en waarin ze ook actief kwetsbaar durven te zijn

HtC ‘De meest belangrijke kunstkritiek waar Nederland de afgelopen tijd mee geconfronteerd werd, is die van Halbe Zijlstra. Dat heeft het gesprek misschien ook verzwakt. Ik kreeg het idee dat alleen de succesverhalen van de kunst beschreven mochten worden, om zo een tegenbeweging te bieden aan het destructieve geweld binnen de kunstkritiek. Ik begrijp de impuls waardoor mensen het idee hebben dat ze positief moeten zijn over de kunst, maar dit kan een kant opgaan waarbij de scherpe rand uit het zicht verloren gaat. Kunstkritiek moet een beetje onprettig zijn. Het kader waarin mensen denken is gewoon vaak te nauw en te weinig divers.’

ZE ‘Maar dat kun je misschien ook zeggen over curatoren. Ik kijk ernaar uit dat curatoren zich weer meer in gebieden begeven waarmee ze niet bekend zijn en waarin ze ook actief kwetsbaar durven te zijn. Kun je nog buiten de instituten denken en andere manieren van schrijven, denken en programmeren omarmen? Misschien zoek je juist zo het risico op en wellicht geeft dat juist antwoorden op huidige vraagstukken rondom meerstemmigheid en diversiteit.’

DIT ARTIKEL IS GEPUBLICEERD IN METROPOLIS M Nr 6-2017 DOORBRAAK & NIEUWE COLLECTIE 2017. ALS JE NU EEN JAARABONNEMENT AFSLUIT STUREN WE JE HET NUMMER EN DE BIJLAGE GRATIS OP. MAIL JE NAAM EN ADRES NAAR [email protected]

De kunsthistoricus en de kunstenaar

Zippora Elders studeerde kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit, doorliep het conservatortrainingsprogramma bij het Stedelijk Museum en werkte onder meer als curator bij Foam. Ten Cate studeerde af als kunstenaar en docent aan ArtEZ in Arnhem, gaf daar lange tijd les en wist als hoofdredacteur het tijdschrift mister Motley in een nieuwe, meer toekomstbestendige vorm te gieten.

Kunstfort bij Vijfhuizen, gelegen in de polder van de Haarlemmermeer, maakt deel uit van de Stelling van Amsterdam, een grootschalig negentiende-eeuws verdedigingsplan dat in 1996 werd uitgeroepen tot UNESCO Werelderfgoed. Sinds 2005 kent het forteiland een herbestemmingsplan waarbij het historisch erfgoed de context vormt voor de presentatie van het werk van hedendaagse kunstenaars. Nest is als platform voor hedendaagse beeldende kunst gehuisvest in de culturele broedplaats DCR in Den Haag, waar meer dan 35 kunstenaars en ontwerpers werken en drie culturele organisaties opereren. Ten Cate is de opvolger van Eelco van der Lingen, die er afgelopen jaren directeur was.

Guus van Engelshoven is schrijver, redacteur en curator bij De Appel, Amsterdam

Guus van Engelshoven

is schrijver en redacteur

Recente artikelen