metropolis m

Josse Pyl, A Dyphthong in Long in the Tooth. Deze tekening is ook te zien in de kunstenaarsbijdrage van Josse Pyl in de huidige Metropolis M.

Het is een kring kiezen, een gebit dus en open mond of gat. Voor Josse Pyl staat het voor de poort waar denken vorm krijgt (of juist wordt ingeslikt). We praten met hem over zijn mystiek aandoende visueel-tactiele taalwerken uit zijn bijdrage aan Metropolis M Nr 3-2019 Brussel/Bruxelles en expo in de Brakke Grond.

Zoë Dankert

Op de laatste pagina van je kunstenaarsbijdrage aan Metropolis M Nr 3-2019 Brussel/Bruxelles is, in tegenstelling tot je meeste werk, een vrij figuratieve tekening te zien: hoeven die overgaan in billen die weer een tong vormen. Alle lijnen bestaan uit dicht op elkaar geschreven, en daardoor onleesbare letters en tekens. Kun je me meer vertellen over de tekeningen die je hebt uitgekozen voor je bijdrage?

Josse Pyl

Mijn tekeningen vertrekken vaak vanuit het verlangen een vorm te vinden die uitdrukking geeft aan bewuste en onderbewuste gedachten. De zwartwittekeningen in de bijdrage zijn de composities gemaakt voor de tentoonstelling in de Brakke Grond die ik vervolgens weer in de rechthoek van het tijdschrift onderbreng. Ze zijn gebaseerd op een fascinatie voor letters en symbolen en hoe deze een (zelf)portret kunnen zijn. De tekeningen zijn een reeks figuren die spelen met het idee van initialen—het benoemen van een gedachte of persoon door deze onder te brengen in een afkorting of letter. De initiaal duidt voor mij ook op de beginletter van een woord, zin of simpelweg de start van een tekst. Elke pagina die ik in het magazine toon, vormt het begin van een tekst die door de lezer of kijker verder ingevuld kan worden. In de werken zoek ik een manier om een fysieke vorm te geven aan een persoonlijke taal. Door symbolen en tekens los te zingen van hun betekenis ga ik op zoek naar een taal die bestaat als een eigen realiteit in plaats van een die ergens in dienst van staat. Al tekenend verken ik het idee dat we met zijn allen symbolen, letters en vormen construeren die we aan de hand van gemaakte afspraken hanteren—denk aan afkortingen, initialen of verkeersborden. Die afspraken updaten we steeds. De realiteit is daarmee een sociaal construct dat overgedragen wordt van individu op individu en van generatie op generatie. Door het vormen van die sociale afspraken proberen we grip te krijgen op de realiteit. Wat me ook boeit is de verstoring van de uren van de dagelijkse realiteit wanneer we ‘s nachts de droomwereld binnengaan om vervolgens in de ochtend weer moeizaam de zogenaamd echte wereld te betreden. Bepaalde dromen kunnen je perceptie gedurende de dag bepalen. De ochtend is daarom voor mij meestal het beste moment om te tekenen. Het is een tussenwereld waar de taal als sociaal construct en de taal als onderbewuste beleving samenkomen.

Zoë Dankert

Je werken vormen een hybride van allerlei teken- en referentiesystemen, sommige elementen zijn heel herkenbaar, andere wat obscuurder. Hoe kom je tot de uiteindelijke compositie van je werken?

Josse Pyl

De composities van de werken hebben vaak een relatie tot de ruimte waarin ze getoond worden. In de ruimte van de Brakke Grond raakte ik gefascineerd door de pilaar die in het midden van de ruimte staat. Het liet me nadenken over de algemeen aanvaarde cyclische structuur die onze realiteit vormgeeft. Voorbeelden daarvan zijn de kalender, het alfabet of de uren van de klok. Ze gaan van A naar Z, van 0 naar 12 en weer terug, en onderweg ontvouwen zich ideeën, narratieven en fragmenten. Gedachten hebben in essentie geen begin en geen einde. Het leek me mooi als de werken de kans kregen om letterlijk in een cirkel georganiseerd te worden dus heb ik zeven nieuwe pilaren gemaakt en toegevoegd aan de ruimte. Ik heb ze zo geordend dat ze onderdeel van het gebouw worden. De toeschouwer wordt gedwongen om de bedachte cirkel te maken doordat hij om de pilaar heen moet lopen. Hopelijk hebben het beeld en de gedachten die daarin besloten liggen zo geen begin en geen einde meer.

Al tekenend schep ik alternatieve orde. Ik hou ervan een aantal zaken binnen de rechthoek van een vel papier onder te brengen

Zaaloverzicht. Josse Pyl - Long in the Tooth, de Brakke Grond, 2019.

Zoë Dankert

In welke vorm bestonden de werken eerst: als fragiele wit op wit reliëftekeningen (zoals in de Brakke Grond) of als zwartwittekeningen zoals in je kunstenaarsbijdrage? En hoe werkt de vertaalslag van het ene medium naar het andere voor jou?

Josse Pyl

De meeste van mijn werken vertrekken vanuit zwartwittekeningen. Al tekenend schep ik alternatieve orde. Ik hou ervan een aantal zaken binnen de rechthoek van een vel papier onder te brengen. De tekeningen zijn eerder een onderzoek naar het denken dan een onderzoek naar observatie. Voordat de lijnen op papier staan bestaan de tekeningen enkel als een gedachte. Tijdens het tekenen analyseer ik hoe de lijnen een vorm aannemen op het papier om zo te onderzoeken hoe de gedachten die we uitbeelden deels visueel en deels linguïstisch zijn. Daarna maak ik mallen en afgietsels van mijn gedachten die zo vervormen tot een eigen alfabet van reliëfs. De reliëfs zijn een kopie van het originele werk, een kopie van de mal en beelden zo een ander moment af dan het moment waarop ze bekeken worden. Op deze manier sluipt de cyclus van de tijd terug in de werken. De werken zijn een soort karakters of symbolen die onderdeel vormen van een verhaal dat zich geleidelijk aan ontvouwt in de tentoonstellingsruimte. Je kan ze opvatten als een fysieke grammatica die een eigen ruimte vormt waarin de lezer of kijker zich bevindt. De ruimte verandert in een mentaal projectiescherm. De delicate oppervlakten nodigen uit tot aanraking en de gedachten worden deel van de architecturale ruimte waarbij ik de nadruk wil leggen op zowel de tastbare als de visuele ervaring. Op deze manier begin je niet enkel mijn gedachten maar de gehele ruimte inclusief de lege muur, de vloer en de verlichting te lezen. 

Zoë Dankert

Helemaal achterin je tentoonstelling bij de Brakke Grond is werk te zien dat dezelfde naam draagt als de tentoonstelling: Long in the Tooth. Het is een cirkelvorm bestaande uit een dertigtal witte kiezen die de cijfers van een klok lijken na te bootsen. Het is het enige werk dat geluid voortbrengt: een vrij indringend gebonk. Hoe belangrijk was dat bonzen voor je?

Josse Pyl

Het werk vertrekt vanuit het idee dat het denken plaatsvindt in de mond en verwijst naar het gebit als een gat—een cirkel in ons hoofd—dat als een portaal tussen de buiten- en binnenwereld fungeert. Het is een soort persoonlijk toetsenbord voor interpersoonlijke communicatie en de productie van geluiden. De cirkelvormige opstelling van de tanden kan gezien worden als een open mond waar gedachten gevormd en soms weer ingeslikt worden. De fysieke opstelling van de 32 tanden kun je ook zien als een klok met een eigen tijdsysteem. Om beurten bewegen de tanden, een kloppend geluid dat de ruimte vult en je zo bewust maakt van de andere tijd waarin je je als toeschouwer bevindt. In de tentoonstelling is er ook een metalen werk waarin het alfabet de tanden vormt en dat, net als de wijzers van de klok, telkens een kleine slag draait. Het toont hoe de vorm van onze taal door de tijd heen veranderd. Ook verwijst het naar het idee dat de taal onze mond vormt en dus ook onze gedachten.

Het gebit is een soort persoonlijk toetsenbord voor interpersoonlijke communicatie en de productie van geluiden

Josse Pyl, Long in the Tooth, 2019.

Zoë Dankert

Staat dit werk in relatie tot werk dat ik eerder van je zag tijdens RijksOPEN2017 waarin, als ik het me goed herinner, tikkende tanden als de toetsen van een typewriter fungeerden?

Josse Pyl

Het idee van de tikkende tanden komt inderdaad ook terug in een serie schrijfmachines die ik maak (en die tentoongesteld waren tijdens RijksOPEN2017, ZD.). Deze schrijfmachines functioneren als het werkelijke ding waarmee je teksten kunt produceren, maar je kan ze ook opvatten als verwijzingen naar de betekenissen en associaties (letters, het geluid van typen, schrijffouten, de abstractie van taal, het alsmaar weer opnieuw beginnen) die hierin te lezen zijn. Deze sculpturen zijn een soort van ruimtelijke gedichten. Samen vormen ze een discussie over taal en communicatie. Bestaat de taal uit afbeeldingen? Denken we in beelden, woorden of cijfers? Hoe verhoudt de handeling van het schrijven zich tot het denken? Kun je een vorm uitspreken of schrijven? Hoe genereert een vorm betekenis?

Zoë Dankert

Daarover gesproken, ik vroeg me af hoe leesbaar je werk uiteindelijk moet zijn. En voor wie? Voor jezelf of voor het publiek?

Josse Pyl

Lezen sluit nauw aan bij kijken. Ik vind het mooi als het lezen belemmerd wordt. Daardoor wordt de toeschouwer zich bewuster van het feit dat taal een gegeven of construct is. De werken zijn daarom niet bedoeld als een tekst maar als iets dat op een tekst lijkt. Ze bevinden zich ergens tussen betekenis en vorm, tussen kijken en lezen in. Ik ga in de werken vaak op zoek naar een eigen logica die ervoor zorgt dat de vertrouwde vormen van communicatie zowel voelbaar als vervreemdend worden. Letters en tekens verdwalen tussen verschillende ideeën, symbolen en letters. Beeldtaal en alfabetisch schrift komen samen, worden over elkaar heen gelegd en leiden zo naar een wereld ergens tussen realiteit en verbeelding.

LEES EN BEKIJK DE KUNSTENAARSBIJDRAGE VAN JOSSE PYL IN Metropolis M Nr 3-2019 Brussel/Bruxelles. NU IN DE WINKEL. METROPOLIS M KRIJGT GEEN SUBSIDIE, STEUN METROPOLIS M. STEUN METROPOLIS M, NEEM EEN ABONNEMENT. ALS JE NU EEN JAARABONNEMENT AFSLUIT, STUREN WE JE HET NIEUWSTE NUMMER GRATIS OP. MAIL JE NAAM EN ADRES NAAR [email protected]

Foto’s: Nick Chesnaye

Josse Pyl – Long in the Tooth, de Brakke Grond, Amsterdam, te zien t/m 7.7.2019

Zoë Dankert

schrijft

Recente artikelen