metropolis m

Marina Pinsky(USA) en Jo-nathan Boutefeu

Er zijn in Brussel opvallend veel kunstenaarsinitiatieven met een sociale inslag. Van de lesbische bar (Mothers & Daughters) tot een speciaal op vluchtelingen en andere randgroepen gerichte huisbioscoop (Cinemaximiliaan). Komplot, een van de oudere Brusselse initiatieven, heeft in april de sociale residency Château Nour in een achterstandswijk geopend. Kunstenaars krijgen er de gelegenheid in de buurt aan de slag te gaan, met de buurtbewoners. Daarnaast stelde het de sociaalbewogen tentoonstelling Labour samen in het Musée Constantin Meunier Museum in Elsene. Sonia Dermience vertelt waarom.

Voor een initiatief dat zich op het sociale pad begeeft doet de beslissing een tentoonstelling samen te stellen in het wat oubollige Musée Constantin Meunier Museum eigenaardig aan. Sonia Dermience, kunstenaar en drijvende kracht achter het Brusselse kunstenaarsinitiatief Komplot, legt uit wat de beweegredenen zijn: ‘Het idee om hier een tentoonstelling te organiseren kwam bij me op toen ik het museum een jaar geleden voor het eerst bezocht. Ik nam contact op met het Koninklijke Museum voor Schone Kunsten [waar het museum onderdeel van is] om te vragen of we in het museum een project konden doen. Zij reageerden enthousiast maar vroegen ons wel om ons te richten op kunstenaars die zich bezighouden met het ter discussie stellen van beeldhouwkunst en sociale representatie. Voor ons was dat geen enkel bezwaar. Het sociale is niet alleen in lijn met het werk van Meunier zoals te zien in het museum, maar ook met wat Komplot altijd doet.’

We praten over de tentoonstelling Labour, die zich met werk van Kasper Bosmans, Aline Bouvy, Pauline Egmond en diverse andere Brusselse kunstenaars, opvallend onopvallend voegt in de vaste museumpresentatie met het werk van hun oud-stadsgenoot, de schilder, beeldhouwer en tekenaar Constantin Meunier (1831-1905). Meunier is met zijn sociaalrealistische kunst een typisch kind van de negentiende eeuw die, hoe graag hij dat ook anders had gezien, kind van de negentiende eeuw zou blijven en daarom nu als kunstenaar alweer bijna is vergeten. Geboren in Brussel ontwikkelde hij zich op latere leeftijd tot een succesvol schilder van fabriekstaferelen en grote sculpturen van arbeiders en boeren die doortrokken zijn van zijn socialistische sympathieën. De soms kwetsbare dan weer heroïsche portretten zitten vol arbeiderspijn, -lijden en -trots. Ze vielen vooral in de smaak bij een opkomende middenklasse. Dermience: ‘Meunier werd in de late negentiende eeuw gewaardeerd door een toenemend welvarende burgerij die kunst verwierf die hun geweten wist te sussen door de arbeider voor te stellen als de helden van het kapitaal.’ Van de winst kon hij een speciaal gebouwde atelierwoning in Elsene betrekken, waar nu het museum is gehuisvest.

Aline Bouvy

Meunier vertaalde de effecten van de industrialisatie in licht-dramatisch werk (type aardappeleters Van Gogh), zij het altijd geserreerd, bijna vergeestelijkt, zonder bloed, zweet en tranen. Vooral de sculpturen tonen de arbeiders zich machtige in zichzelf gekeerde types. ‘Het lijden wordt in de personages weergegeven als een soort trance die lichaam en ziel in beroering brengt’, zegt Dermience. Ze vervolgt: ‘We hebben in deze tentoonstelling het “realisme” van Meunier een actuele context willen geven door er werk bij te presenteren waarin deze transfiguratie ook het onderwerp is.’ Een verschil is dat niet de arbeiders centraal staan, maar de kunstenaars zelf en dan vooral het economisch systeem waarbinnen de kunstenaars gedwongen zijn te opereren. ‘De geselecteerde kunstenaars vertegenwoordigen zichzelf in wat ze projecteren, hetzij als een kritiek op het dagelijkse leven, hetzij als een gefantaseerde toekomst’, zegt Dermience. Ze heeft het over ‘het verwerken van overgedragen weergaves van macht’.

Bij de tentoonstelling dient het liedje New Day New Money van Nicki Minaj ter inspiratie. Het gaat over het hedendaags precariaat dat lijdt onder de onzekerheid van het bestaan en moet werken zonder gegarandeerd inkomen. Kritisch klinkt het dat iedereen gevangen zit in dit systeem dat verzonnen lijkt om elke verandering onmogelijk te maken.

Constantin Meunier

Pauline Emond

Sociaal activisme is niet het eerste wat in je opkomt bij het zien van het werk. Het kost de nodige moeite die laag bloot te leggen. Kasper Bosmans bijvoorbeeld exposeert onder de titel Lenape-Penn Treaty drie zilveren ballen en een schildpadhuis. Het is een stijlvol symbolisch geladen beeld, dat onder andere verwijst naar de Lenape, een Amerikaans-indiaans volk dat de schildpad als symbool voert. Een paar ballen van het merk Penn zijn bedoeld als verwijzing naar de Penn Treaty, een vroeg handelsakkoord dat William Penn afsloot met de indianen die uit Manhattan naar Pennsylvania werden verdreven. Aline Bouvy presenteert haar eigen kleinood: een zwart afgietsel van een hamburger, dat dient als een banaal symbool van alledaags globalisme, de hedendaagse voedselindustrie en de laagbetaalden die er dag in dag uit werken. Ze plaatste het werk op de schouw van Meunier naast een van diens bustes.

Het valt op hoezeer de werken, anders dan Meunier, het onderwerp niet heel letterlijk aankaarten, maar beschouwen als onderdeel van een meer uitgebreide complexe economie waaraan niet te ontsnappen valt. Markus van Platen bijvoorbeeld exposeert met zijn werk Harvesters een reliëf dat door hemzelf wordt omschreven als een ‘post-object’, gezien de onzekere materiële status ervan. In de letterlijk gelaagde voorstelling wordt een connectie gesuggereerd tussen de Californische goudkoorts uit 1849 en de hedendaagse cryptovaluta. Die behoefte uit te zoomen is boeiend, maar maakt het ook tot een meer intellectuele dan sociaal-politieke reflectie. Het maakt ook dat de tentoonstelling lastig te doorgronden is, maar ze is als update van het gedachtengoed van Meunier zeker de moeite waard. Blijft natuurlijk wel de vraag in hoeverre hier niet, net als bij Meunier, vooral enkele gewetens zijn gesust of dat er daadwerkelijk aan verbetering van de economische positie van laagbetaalden wordt gewerkt.

Aline Bouvy

Zaaloverzicht, rechts Aline Bouvy

Cléo Totti

Kasper Bosmans

Cléo Totti

Markus vond Platen

Kasper Bosmans, rechts

Kasper Bosmans

Gaillard & Claude

Cléo Totti

Marina Pinsky(USA) en Jo-nathan Boutefeu

Marina Pinsky(USA) en Jo-nathan Boutefeu

Marina Pinsky(USA) en Jo-nathan Boutefeu

Marina Pinsky(USA) en Jo-nathan Boutefeu

Marina Pinsky(USA) en Jo-nathan Boutefeu

Jerome Gardening

DIT ARTIKEL IS GEPUBLICEERD IN METROPOLIS M NR  3-2019 BRUSSEL/BRUXELLES. STEUN METROPOLIS M, NEEM EEN ABONNEMENT. ALS JE NU EEN JAARABONNEMENT NEEMT STUREN WE JE DIT NUMMER GRATIS TOE. MAIL JE NAAM EN ADRES NAAR [email protected]

Alle beelden courtesy Komplot, Brussel

Labeur, Musée Meunier Museum, Brussel, t/m 13.7.2019

Domeniek Ruyters

is hoofdredacteur van Metropolis M

Recente artikelen