metropolis m

Bourgognestraat 32, locatie van B32 tussen 2001 en 2017. (c) B32

​Komende dagen staat Maastricht centraal op deze website. Linda Köke spreekt met kunstenaars, directeuren en curatoren over het kunstleven in de zuidelijke cultuurstad. Vandaag gaat het over de kunstenaarsinitiatieven. Linda laat zich rondleiden door Joep Vossebeld, gaat in gesprek met Erik de Jong en bezoekt het energieke Landbouwbelang.

Op een druilerige woensdagochtend maken Maastrichtse curator Joep Vossebeld en ik een wandeling door Maastricht. We wandelen door de Bourgognestraat, waar het door Vossebeld geleide kunstinitiatief B32 tot 2017 gevestigd was. Vossebeld zit vol anekdotes over kunstenaars als Ger van Dijck en Rod Summers, en hoe zij op hun eigen manier de Maastrichtse kunstscene kleur gaven. We drinken een kop koffie bij de Brandweerkantine, een plek waar veel kleinere culturele instellingen gevestigd zijn. Vossebeld vertelt me over de Maastrichtse Museumnacht en over de optredens van Maastrichtse kunstband LosDQ, opgericht in 1989. Vervolgens lopen we de ‘Coenen-route’, langs en over plekken ontworpen door de Maastrichtse architect Jo Coenen.

Wil je Maastricht écht goed leren kennen, is een bezoek alleen niet genoeg. Je moet in gesprek gaan met de mensen die er wonen en werken, en die de stad dagelijks ervaren. Mensen als Erik de Jong: sinds 1991 docent aan verschillende opleidingen binnen de Maastrichtse kunstacademie en bij uitstek iemand die Maastricht van binnen en buiten kent. Hij vertelt over de periode tussen omstreeks 1985 en 1995 en de kunstenaarsinitiatieven die toen opkwamen, zoals Perron Actuele Kunst, Hedah en KODA: ‘De kunstinitiatieven zijn ontstaan in de tijd dat vooral BKR-kunstenaars aandacht kregen, als een tegengeluid op deze ontwikkeling. Dat resulteerde in een netwerk dat op het hoogtepunt wel uit negen of tien verschillende kunstenaarsinitiatieven bestond.’ De Jong, die afstudeerde in 1983, vertelt dat deze rijkdom aan lokale mogelijkheden hem enorm heeft gestimuleerd in zijn ontwikkeling als jonge kunstenaar: ‘Voor mij was het vrij logisch om na mijn afstuderen niet per se te zoeken naar een galerie. Ik vond het interessanter om die initiatieven op te zoeken, omdat binnen dat netwerk veel internationale uitwisselingen plaatsvonden met kunstenaars die zich net als ik wat meer in dat alternatieve circuit bevonden. Door die dynamiek ben ik echt gevormd.’

[blockquote]Aan cultuur in brede zin geen gebrek in de stad, met de vele musea en theaters. En toch mist er een belangrijke pion op het schaakbord van het Maastrichtse kunstveld: de kunstenaarsinitiatieven

Kunstruimte Hedah in Maastricht. Foto door Niek Hendrix via Lost Painters.

Aan cultuur in brede zin geen gebrek in de stad. Maastricht heeft een prachtig theater, een goede toneelacademie en een rijke keramiekgeschiedenis. Er is natuurlijk het Bonnefanten, kunsthuis Marres, post-academie Jan van Eyck en Bureau Europa, de aan architectuur en design gewijde presentatieplek in het recent vernieuwde Sphinxkwartier, nabij de binnenstad. En toch mist er een belangrijke pion op het schaakbord van het Maastrichtse kunstveld: de kunstenaarsinitiatieven die alleen nog lijken voort te leven in de verhalen van Vossebeld en de Jong. ‘Er was zoveel meer reuring in de stad tijdens mijn studieperiode’,  vertelt Vossebeld, die in 2011 afstudeerde. ‘Het is jammer dat daar een groot deel van verdwenen is.’ Van de eerder genoemde zelfgeïnitieerde kunstenaarsplatforms is alleen B32 nog over, waar Vossebeld sinds 2014 aan verbonden is; Hedah gaf er als laatste in 2015 de brui aan.

Landbouwbelang, Maastricht, foto uit het boek: Architecture of Appropriation. On Squatting as Spatial Practice, 2017, Het Nieuwe Instituut. foto van Johannes Schwartz

Maar niet alles is verdwenen. Ik stuit op twee langdurige initiatieven die zich staande hebben weten te houden. Aan de westelijke Maasoever ligt Landbouwbelang, een van de laatste vrijhavens voor kunst in Maastricht. Op de website lees ik dat het voormalig fabrieksgebouw in 2002 is gekraakt door een groep ‘idealisten’. Sindsdien biedt de culturele vrijplaats onderdak aan onder andere een voedselbank, een nachtopvang, atelierruimtes, podium ’t Keldertje en expositieruimte Transport Artspace. Alle ruimtes zijn zowel voor kunstenaars als commerciële partijen te huur, wat zorgt voor een eclectische mix van activiteiten in het oude fabrieksgebouw. Door de Covid-maatregelen staan de danszalen en de expositieruimte tijdelijk leeg, maar de grote fabriekshal biedt nog steeds veel mogelijkheden. ‘We hebben hier laatst een markt voor tweedehands kleding gehad’, vertelt secretaris Harold van Ingen. ‘Door de grootte en de opbouw van het pand hoeven verschillende publieksstromen elkaar nooit te kruisen en kunnen we tijdens de Coronaperiode nog steeds veel laten plaatsvinden.’

Hoewel er vanwege de lockdown geen feesten en exposities kunnen plaatsvinden in Landbouwbelang, is de plek tijdens mijn bezoek alsnog vol leven. ‘De sociale functies kunnen gelukkig door blijven gaan’, vertelt Van Ingen wanneer hij mij de Doorgeefwinkel laat zien, waar iedereen spullen naar toe kan brengen of uit mee kan nemen. Een initiatief voor mensen met een kleine portemonnee, maar nog belangrijker dan de spullen zijn de onderlinge ontmoetingen die het mogelijk maakt. Het is druk in de Doorgeefwinkel, zo net voor de feestdagen. Wat zou het zonde zijn als deze plek verdwijnt, mijmer ik terwijl mijn blik wegdrijft over een van de mooiste uitzichten van Maastricht. ‘Ik sta hier louter en alleen met mensen die ook vinden dat deze plek moet blijven’, zegt Van Ingen. ‘We hopen dat de nieuwe verkiezingen tevens een nieuwe schwung met zich meebrengen, en dat er vernieuwende samenwerkingen tot stand komen. Anders gaat het niet lukken in deze stad.’

Taqwa Ali

Landbouwbelang is een plek die bestaat dankzij de personen die zich eraan verbinden. Ik spreek drie kunstenaars op hun atelierverdieping. We zitten gezellig met een kop koffie rondom een kachel, nadat ze mij uitvoerig hun werk hebben laten zien. Marielle Yogi, die zich na een periode van reizen weer gevestigd heeft in haar geboorteregio, vertelt over wat de kunstenaars bij Landbouwbelang verbindt: ‘We zijn allemaal heel bewust bezig met onze persoonlijke innerlijke processen ten opzichte van de maatschappij en de rol die we er innemen, zonder te blijven hangen in negativiteit.’ De groep, die zichzelf de 2nd Floor Art Collective noemt, heeft er net een gezamenlijke expositie op zitten in BOA in Aken, met de titel Concrete Garden / Odd Emotions. Yogi: ‘Ik werd gevraagd voor een solo-expositie, maar ik heb er meteen voor gekozen om er een paar ateliergenoten bij te betrekken.’ En dat spreekt boekdelen voor de hele sfeer die in Landbouwbelang hangt: successen en mogelijkheden worden er gedeeld, vanuit een doorpakkersmentaliteit die nuchter en bescheiden is – net zoals de Limburgers zelf.

In de wijk Caberg ligt als bastion van weleer B32, dat samen met Landbouwbelang een van de laatste kunstenaarsinitiatieven in Maastricht is. De plek is sinds de oprichting in 2002 aan de Bourgognestraat, waar Vossebeld mij eerder langs leidde, enkele keren verhuisd. Vossebeld is sinds 2014 vrijwillig verbonden aan B32, ‘omdat ik vond en nog steeds vind dat ik wat moet doen aan de scene in de stad waarin ik woon.’

‘Levende Frikadel Speciaal’, performance van Anouk Scheepens 2016. (c) B32

Tentoonstelling ‘Salute’ over Fred Houben (in memoriam), B32 Maastricht, 2019. (c) B32

Het team bestaat naast Vossebeld uit Marie Claire Krell, Lonneke Lemlijn en Nika Dings –alle vier zijn ze vrijwillig aan de plek verbonden. Vossebeld: ‘Ik vind het zó belangrijk dat kunstenaars ook verbonden blijven aan dit soort initiatieven. Ze brengen een eigen visie mee die essentieel is voor het kunstenveld.’ De activiteiten op locatie zijn vanwege lockdowns en gebrek aan structurele ondersteuning teruggebracht: de laatste fysieke presentatie vond plaats in oktober 2020. Toch blijven ze op andere manieren wel bezig: door deel te nemen aan kunstbeurs Apples and Oranges in CIAP Genk in oktober 2021, bijvoorbeeld. ‘B32 is een toegankelijke plek waar veel mogelijk is en waar je als kunstenaar nog echt de vrijheid hebt’, zegt kunstenaar Simone Schuffelen. En dat laat nogmaals zien hoe een kunstenaarsinitiatief behalve een fysieke plek ook een mentaliteit is: een van verbinden, van optimisme en van experiment.

'De Onzichtbaar Stad' was van 18 september - 31 oktober 1999 onderdeel van de openingstentoonstelling van Marres. Het was een inventarisatie van een aantal onafhankelijke kunstenaarspraktijken in de periode 1960-1980

Het roept verwondering op dat in een stad waar twee kunstacademies gevestigd zijn, op dit moment zo weinig kunstenaarsinitiatieven ontstaan. Mij wordt verteld dat enkele door de gemeente zijn wegbezuinigd. Andere hebben er zelf de brui aan gegeven. De afwezigheid van zulke initiatieven versnelt de uitstroom van net afgestudeerde kunststudenten, die na de school weinig hebben wat hen nog aan de stad bindt. Ze vertrekken naar de Randstad of verhuizen naar Brussel.

Vossebeld blijft hoopvol. Aan het einde van onze wandeling drukt hij me op het hart: ‘Het is tijd voor een nieuwe generatie die de kar trekt. Ik vind het belangrijk dat de kunstenaars dat zelf gaan doen.’ Hij heeft er zelf alle vertrouwen in. Er is zeker een grote rol voor de kunstenaars weggelegd in deze nodige ontwikkeling. Of zij nu als actieve initiatiefnemers voor nieuwe platforms of als signaalgevers aan de beleidsmakers optreden; er is hoe dan ook behoefte aan nieuw optimisme en een frisse wind die de kunstinitiatieven in Maastricht weer leven inblaast.

DIT IS HET EERSTE DEEL VAN EEN DOOR LINDA KÖKE SAMENGESTELDE SERIE OVER HET KUNSTLEVEN IN MAASTRICHT. DE ANDERE DELEN VOLGEN KOMENDE DAGEN OP DEZE WEBSITE. REGELMATIG STAAN WE OP DEZE WEBSITE STIL BIJ HET LOKALE KUNSTLEVEN IN EEN STAD. EERDERE EDITIES WAREN GEWIJD AAN TILBURG, NIJMEGEN EN DEVENTER.

Linda Köke

is kunstcriticus en curator bij kunstruimte Willem Twee

Recente artikelen