metropolis m

Sandi Hilal and Alessandro Petti (DAAR), ‘Decolonial Assembly’, onderdeel van ‘Entity of Decolonization’ bij La Loge, Brussel. Foto: Pietro Onofri

​Vandaag verzorgen ze een programma in het kader van Rietveld Studium Generale Refuge, Sandi Hilal en Alessandro Petti van DAAR (Decolonising Architecture Art Residency – ‘Daar’ is ‘huis’ in het Arabisch). In La Loge in Brussel hebben ze in samenwerking met curator Matteo Lucchetti een expositie en een programma samengesteld, waarin ze koloniaal erfgoed niet vernietigen of restaureren, maar ‘ontheiligen’, om met de brokstukken van het voormalige Italiaanse fascistische regime te bouwen aan een dekoloniaal gemeengoed. Jasper Delva gaat met Hilal en Petti in gesprek.

In 2007 richtten de Israëlische Eyal Weizman en de Palestijnse Sandi Hilal en Italiaanse Alessandro Petti een architectuur- en kunstcollectief op in het Palestijnse Dheisheh vluchtelingenkamp nabij Bethlehem. Hun collectief Decolonising Architecture Art Residency laat zich afkorten tot DAAR, wat in het Arabisch ‘huis’ betekent. Met projecten als The Lawless Line (2010) en Common Assembly (2011) en publicaties als Architecture after Revolution (2013) en Refugee Heritage (2021) onderzoekt DAAR wat dekolonisatie betekent en hoe het verwezenlijkt kan worden in de context van de Israëlische kolonisatie van Palestina. In 2014 splittsen de wegen van het drietal. Weizman richt zich op zijn onderzoeksgroep Forensic Architecture. Hilal en Petti gaan verder onder Decolonizing Architecture Art Research en breiden hun ‘frontlinie’ uit van de Westelijke Jordaanoever naar andere (post-)koloniale gebieden.

Met Entity of Decolonization keren Hilal en Petti terug naar Italië, waar eerstgenoemde studeerde en doctoreerde en laatstgenoemde opgroeide. Vertrekpunt voor de tentoonstelling vormt hun meest recente project Ente di Decolonizzazione – Borgo Rizza* (2022), dat onderdeel is van het bredere onderzoek Afterlives of Fascist-Colonial Architecture (2014-heden) en zich richt op fascistisch-koloniaal erfgoed in Italië en zijn voormalige kolonies. Het project ontstond vanuit de noodzaak om de fascistische, koloniale en modernistische mythologieën die vandaag nog steeds in onze samenleving aanwezig zijn ter discussie te stellen, en Europa te confronteren met zijn onvermogen om in het reine te komen met zijn koloniaal verleden.

Sandi Hilal en Alessandro Petti (DAAR), 'Entity of Decolonization' bij La Loge in Brussel. Courtesy de kunstenaars en La Loge. Foto: Lola Pertsowsky

De titel van het project verwijst naar de naam van een entiteit of agentschap opgericht door het fascistische regime in 1940, Ente di Colonizzazione del Latifondo Siciliano [1]. Die kreeg de opdracht het ‘achtergestelde’, ‘onderontwikkelde’ en ‘lege’ Sicilië te moderniseren en bouwde daarom acht nederzettingen volgens de typisch rationalistische esthetische normen van het regime. Elke borgo (dorp) kreeg bovendien een naam die verwijst naar een fascistische martelaar. Bij het dorp in casu is dat Angelo Rizza*, een activist die stierf tijdens een fascistische betoging. Maar in 1945, na de val van het fascistische regime, liepen de nederzettingen leeg. De gebouwen bleven verlaten achter. Sindsdien gebruikt de lokale bevolking ze enkel sporadisch.

Het project ontstond vanuit de noodzaak om de fascistische, koloniale en modernistische mythologieën die vandaag nog steeds in onze samenleving aanwezig zijn ter discussie te stellen

Sandi Hilal en Alessandro Petti (DAAR), 'Entity of Decolonization' bij La Loge in Brussel. Courtesy de kunstenaars en La Loge. Foto: Lola Pertsowsky

Zowel in de titel van als in de publicaties rond het werk wordt de naam Rizza* consequent en doelbewust doorstreept. Petti legt uit: ‘We willen de naam niet simpelweg wissen uit de geschiedenis. Maar een signaal is nodig. Met het doorstrepen blijft het verleden aanwezig, tegelijk creëert het een ongemakkelijkheid.’ De kracht van deze actie ligt in zijn symbolische dubbelzinnigheid. Enerzijds voorkomt het dat het martelaarschap van Rizza simpelweg herdacht wordt, anderzijds behoudt het de herinnering aan datgene waarvoor hij wordt herdacht. Het is een actieve én kritische herinnering.

Met de actie onderstrepen Hilal en Petti bovendien dat het proces van ‘defascistisering’ in Italië verre van compleet is. Petti: ‘Fascistisch erfgoed vind je in Italië nog steeds overal. De sporen van het fascisme waren rond in treinstations, postkantoren, stadhuizen, pleinen, parken. Het blijft onderdeel van de publieke ruimte en de samenleving, behoort niet echt tot het verleden. De aanwezigheid is zelfs genormaliseerd. Mensen kijken er niet van op. Ik was onlangs in een school waar studenten binnenlopen door een poort met daarboven leuzen van het regime. Wat betekent dat voor die leerlingen? Hoe beïnvloedt dat hen?’

Maar wat doe je met die gebouwen? En hoe ga je om met de boodschap die de achtergelaten restanten van het regime blijven verderzetten? Het zijn vragen die voor het duo ook persoonlijk van belang zijn. Hilal: ‘Ik voel me vandaag nog steeds niet Italiaans, ook al spreek ik het, heb ik een Italiaans paspoort en ben ik getrouwd met een Italiaan (Petti, red.). Het is en blijft een “worden”, want het fascisme legde de basis voor een systeem dat mensen als mij ook vandaag nog uitsluit. De materiële restanten houden de fascistische geest in leven. We moeten daarom de fascistische façade, die pretendeert dat je welkom en gelijk bent, doorbreken.’

Sandi Hilal en Alessandro Petti (DAAR), 'Entity of Decolonization' bij La Loge in Brussel. Courtesy de kunstenaars en La Loge. Foto: Lola Pertsowsky

Hilal en Petti kijken niet alleen naar de esthetische of historische waarde van erfgoed. Veeleer vragen ze zich af hoe sporen van het verleden doorwerken, hoe ze ook vandaag nog een bepaald soort burger en lichaam positioneren en legitimeren, een plek geven in onze samenleving of nét uitsluiten. Het veelal onkritische debat rond de omgang met fascistische en koloniale architectuur maakt dat Hilal en Petti de urgentie voelen zich erin te mengen, zeker nu in Italië neofascistische lokale overheden dit erfgoed restaureren als viering van het verleden. In 2020 begint DAAR na te denken over een dekoloniserende invulling van de gebouwen in Borgo Rizza, in samenspraak met de lokale bevolking en het lokale bestuur.

Hilal: ‘Ik voel me vandaag nog steeds niet Italiaans, ook al spreek ik het, heb ik een Italiaans paspoort en ben ik getrouwd met een Italiaan. Het fascisme legde de basis voor een systeem dat mensen als mij ook vandaag nog uitsluit’

Sandi Hilal en Alessandro Petti (DAAR), 'Entity of Decolonization' bij La Loge in Brussel. Courtesy de kunstenaars en La Loge. Foto: Lola Pertsowsky

De jubelende, haast sacrale manier waarop fascistisch erfgoed nogal eens wordt benaderd, confronteren Hilal en Petti met strategieën als ‘demoderniseren’, ‘subverteren’, ‘omkeren’ en ‘toe-eigenen’. Al die strategieën brengen ze samen onder de termen ‘profaneren’ en ‘ontheiligen’, die ze ontlenen aan de Italiaanse filosoof Giorgio Agamben. In tegenstelling tot het vernietigen, verwijderen of simpelweg restaureren van erfgoed, zetten Hilal en Petti een nieuw en gemeenschappelijk hergebruik van het erfgoed voorop. Door de sporen van het verleden zichtbaar te houden en bovendien te koppelen aan een nieuwe gebruiksvorm, willen ze een andere blik op het verleden werpen. Dat moet dan weer de weg openen naar een meer inclusieve samenleving.

Sandi Hilal en Alessandro Petti (DAAR), 'Entity of Decolonization' bij La Loge in Brussel. Courtesy de kunstenaars en La Loge. Foto: Lola Pertsowsky

Concreet deconstrueren en ontleden Hilal en Petti het hoofdgebouw van Ente di Colonizzazione del Latifondo Siciliano in Borgo Rizza* in vijftien modulaire zachtroze en -rode blokken op schaal. Centraal in de opstelling ligt de maquette van de gevel, met daaromheen diverse blokken in een rechthoek die aan de ingang van de tempel van La Loge open is. Bovendien halen ze de gevel van het hoofdgebouw neer en leggen hem horizontaal, waardoor alle blokken op dezelfde hoogte komen te liggen. Hilal en Petti doen zo een ontmoetingsplek ontstaan waar mensen kunnen samenkomen en in discussie treden. Petti: ‘Onze praktijk gaat steeds over inhabitation, bewoning. Dat komt vanuit ons verleden in Palestina, waar we vaak werkten rond verlaten militaire gebouwen van het Israëlische leger; moeilijk of amper bewoonbare plekken. Onze projecten gaan in tegen de oorspronkelijk koloniserende functie van die gebouwen.’ Tijdens de decolonial assembly, die Petti en Hilal samen met La Loge organiseerden tijdens het openingsweekend van de tentoonstelling, en daarna, nemen bezoekers plaats op de blokken. De gevel doet dienst als salontafeltje voor koppen thee, fruit en koekjes. Dit past bovendien in de bredere ontheiligingsstrategie van DAAR; ook de white cube, die een eigen uitsluitende geschiedenis in zich draagt, eigenen ze zich toe en vormen ze om tot een publiek, dekoloniaal forum.

Ook de white cube, die een eigen uitsluitende geschiedenis in zich draagt, eigenen de kunstenaars zich toe en vormen ze om tot een publiek, dekoloniaal forum

Sandi Hilal and Alessandro Petti (DAAR), 'Decolonial Assembly', onderdeel van 'Entity of Decolonization' bij La Loge, Brussel. Foto: Pietro Onofri

Omdat DAAR dekolonisatie begrijpt als een proces dat van start kan gaan ‘door een particulier lichaam met een particuliere geschiedenis en particuliere ervaringen te plaatsen in een particuliere plek’, reizen de blokken langs meerdere tentoonstellingslocaties waar ze bijhorende decolonial assemblies activeren. Eerder passeerden Napels en Berlijn de revue. In de eerste stad nam de installatie de Mostra d’Oltremare in, dat in 1937 werd opgericht om de politieke expansie en de economie van het fascistische regime in de kolonies te vieren. In de tweede verzetten Hilal en Petti zich met de installatie tegen de geest van het modernisme. De blokken namen daar tijdens de 12de Biënnale van Berlijn de Akademie der Künste in Hansaviertel in, dat in 1957 gebouwd werd voor de Internationale Bauaustellung (Interbau). Hilal en Petti zoeken deze plekken bewust op. Petti: ‘De tentoonstellingsruimte en de installatie staan altijd in spanning met de buitenwereld. Elke plek heeft een specifieke geest uit het verleden die we confronteren en die zo nieuwe vragen rond dekolonisatie opwerpt en eerdere vragen uitbreidt of in een ander licht stelt.’

Dat dekolonisatie begint met een specifieke (post-)koloniale plek verklaart ook de keuze voor het Brusselse La Loge; een voormalige vrijmetselaarstempel die sterk verbonden is met het kolonialisme. Zo waren koning Leopold II en andere kolonisatoren er lid van. De plek, zo legt Petti uit, speelde ‘als ontmoetingsplaats voor kolonisatoren een belangrijke rol in het moderniseringsproces van Congo’. Met de tentoonstelling nemen Hilal en Petti deze plek over en vormen het om tot een dekoloniale plek. Het tweetal gaat zelfs een stap verder en maakt van de ruimte de dekoloniale tegenhanger van de koloniale entiteit van het fascistische regime. Dat doen ze door een gouden plakkaat met daarop ‘Entity of Decolonization’ aan de inkom van La Loge te hangen. Die kleine ingreep, die de tentoonstelling haast de allure geeft van een officieel agentschap, heeft bovendien een bijkomend effect. Het maakt dekolonisatie tot onderdeel van de nog steeds veelal koloniale publieke ruimte in Brussel. Het is een strategie die DAAR regelmatig toepast en zelf omschrijft als spillovers.

Het spillover-effect is ook zichtbaar in de kennisopbouw doorheen de verschillende projecten in de tentoonstelling. Hilal en Petti verzamelen al de ervaringen, vragen en twijfels die tijdens hun onderzoek en de assemblies naar bovendrijven. Dat doen ze in video’s, verslagen, publicaties en foto’s. In La Loge kan je bijvoorbeeld publicaties raadplegen of kijken naar het video-essay Difficult Heritage Summer School [2] (2021) in Borgo Rizza*. Deze video toont hoe de deelnemers zich samen met de lokale bewoners buigen over vragen hoe het fascistische gedachtegoed voortleeft en hoe het vandaag ervaren wordt door zij die er mee in aanraking komen. Er is ook het video-essay Ente di Decolonizzazione – Borgo Rizza* (2022) [3], dat niet alleen de geschiedenis van Borgo Rizza vertelt, maar ook de decolonial assembly in Napels toont. Al dat opgebouwde materiaal zorgt er niet alleen ervoor dat opgedane vragen en lessen niet verloren gaan, maar ook kunnen overlopen en worden verdergezet in andere (post-)koloniale contexten. Hilal en Petti brengen kennis samen vanuit particuliere plekken en lichamen met eigen ervaringen en bouwen, zo benadrukt Hilal verschillende keren, aan een ‘nieuw dekoloniaal collectief bewustzijn dat je in je draagt en kan uitdragen in de samenleving’.

Dekolonisatie krijgt bij DAAR steeds een concrete vorm. Niet alleen als gedeelde plek voor samenkomst en discussie, maar ook als raadpleegbaar gemeenschapsarchief dat een tegenwicht biedt voor de eenduidige, problematische omgang met fascistisch-koloniaal erfgoed. Petti: ‘Het werk wil een plek, die niet bestond, realiseren, materialiseren. We willen de installatie en alle verhalen die ze verzamelt laten terugkeren naar Borgo Rizza* en daar een permanente thuis geven. Het ultieme doel is dat het zo moeilijker wordt om het werk dat we gedaan hebben te “ontdoen”. Maar er moet ook steeds exces zijn, een effect buiten de plek. Erfgoed zit ook in de hoofden van mensen. We hopen dat er andere geesten kunnen rondwaren dan alleen de fascistische, koloniale spoken.’

Sandi Hilal en Alessandro Petti (DAAR), Detail ('Architectural Doubles') van 'Entity of Decolonization' bij La Loge in Brussel. Courtesy de kunstenaars en La Loge. Foto: Lola Pertsowsky

Petti raakt een interessante kwestie aan. Hoe behoud je de urgentie en het intense momentum van een tijdelijke tentoonstelling of assembly? Wat blijft er achter? Hoe kan je sporen achterlaten die mensen kunnen oppikken, om zo het werk voort te kunnen zetten? Dat doen Hilal en Petti vooral door de bezoeker aan het denken te zetten, zonder daarbij al te belerend een eenduidige boodschap te prediken. Zo loopt in de kleine spreivormige ruimte op de tweede verdieping de video Architectectural Doubles (2014-2023) met beelden van de gebouwen die het fascistische regime in Libië optrok tijdens de jaren 1930 en die als blauwdruk diende voor nederzettingen als Borgo Rizza*. De video dwingt de bezoeker met zijn rug tegen een venster dat zicht geeft op de installatie in de tempel. De vraag aan de bezoeker is duidelijk: blijf je kijken naar het de koloniale architectuur of neem je deel aan zijn dekoloniale tegenhanger?

Dekolonisatie krijgt bij DAAR steeds een concrete vorm: ook als raadpleegbaar gemeenschapsarchief dat een tegenwicht biedt voor de eenduidige, problematische omgang met fascistisch-koloniaal erfgoed

Sandi Hilal en Alessandro Petti (DAAR), Detail (Refugee Heritage) van 'Entity of Decolonization' bij La Loge in Brussel. Courtesy de kunstenaars en La Loge. Foto: Lola Pertsowsky

Nergens laten Hilal en Petti je los. In een andere ruimte op de tweede verdieping kan je in een haast huiselijke setting met tapijten en kussens de video Refugee Heritage (2015-2021) [3] bekijken. Deze video werpt een aantal vragen op over vluchtelingenkampen, die toch vooral opgetrokken worden om zo snel mogelijk weer tot het verleden te behoren. Hebben die tijdelijke kampen dan (g)een geschiedenis? Hoe zit dat met het Palestijnse Dheisheh bijvoorbeeld, dat al in 1949 ontstond en nog steeds bestaat? DAAR diende een aanvraag in om het kamp te laten erkennen als UNESCO werelderfgoed, waarmee ze het idee van internationale erfgoedbescherming ondermijnen en vraagtekens plaatsen bij de zogenaamde ‘tijdelijkelijkheid’ van dit kamp.

Ondanks de wat verborgen plek in La Loge, speelt dit werk een belangrijke rol om de tentoonstelling, alsook de praktijk van DAAR, te begrijpen. Het illustreert hoe het duo vanuit veldwerk leert van de koloniale, postkoloniale en dekoloniale geschiedenis. Tegelijk maken Hilal en Petti duidelijk hoe dezelfde koloniale structuren blijven doorwerken op verschillende plekken en waarom het belangrijk is de opgedane lessen mee te nemen naar andere (post-)koloniale contexten. Maar vooral wijzen ze erop dat, indien we ze niet aanpakken, diezelfde koloniale structuren blijven voortleven in de hoofden van de bewoners van die plekken.

De praktijk van DAAR gaat de strijd aan met een visie op erfgoed die er vooral op gericht is het verleden te bewaren of zelfs te vieren. Zonder dat erfgoed kritisch te onderzoeken en te ‘ontheiligen’ van zijn oorspronkelijke, uitsluitende doelen, worden koloniale en fascistische structuren volgens het duo opnieuw en opnieuw gereproduceerd. Het verleden blijft ons dan als een spook achtervolgen en kwellen. Met hun architecturale en pedagogische ingrepen proberen Hilal en Petti het koloniale en fascistische erfgoed op geheel eigen wijze om te bouwen tot een verbindend en dekoloniaal gemeengoed.

* De naam Rizza wordt door DAAR consequent doorgestreept, wat op deze website helaas niet kan worden overgenomen

 

Entity of Decolonization van DAAR (Decolonizing Architecture Art Research – Sandi Hilal & Alessandro Petti) ism. curator Matteo Lucchetti is nog t/m 2 april 2023 te bezoeken in La Loge, Brussel: https://la-loge.be/en#program

 

[1] Wie meer wilt weten over de geschiedenis van Borgo Rizza*, de beweegreden achter het project en de evolutie ervan, een video-essay, dat ook deel uitmaakt van de tentoonstelling, is beschikbaar op Youtube: zie https://www.youtube.com/watch?v=GF1ej8WWQa0
[2] Het video-essay is te zien op Youtube: https://www.youtube.com/watch?v=x0jY9q1VR3E&t=6s&ab_channel=DAAS
[3] Deze video is te zien op Youtube: https://www.youtube.com/watch?v=pU6veHTTrig&ab_channel=AlessandroPetti

Jasper Delva

is socioloog en schrijft over kunst en cultuur

Recente artikelen