metropolis m

De tentoonstelling In the Black Fantastic in Kunsthal Rotterdam brengt werk samen van elf kunstenaars die elk op hun eigen manier geschiedenis, collectief geheugen en culturele vrijheid centraal stellen in hun werk. Francesca Rechere spreekt met curator Ekow Eshun over zijn ambities met deze expositie. GO TO THE ENGLISH VERSION

Als je de tentoonstelling In the Black Fantastic in de Londense Hayward Gallery (19.6 t/m 18.9.22) binnenloopt, word je meteen geconfronteerd met het imposante werk Chain Reaction (2022) van kunstenaar Nick Cave, dat speciaal voor deze tentoonstelling is gemaakt. Levensgrote in zwart hars gegoten onderarmen trekken elkaar krachtig tot de vloer naar beneden en hijsen elkaar tegelijkertijd weer omhoog naar het plafond. Het werk is een visuele belichaming van slavenarbeid en roept direct herinneringen op aan de koloniale erfenis van het Westen en de kapitalistische vercommercialisering van het Zwarte lichaam. Maar als je nog eens kijkt zie je ook hoe stevig de handen elkaar bij de vingertoppen vastgrijpen. Hoe ze daarmee ook verbondenheid, collectief verzet en gemeenschapszin belichamen – een indrukwekkend en krachtig gebaar van de aanhoudende kracht van Zwarte mensen en een overtuigende erkenning van Zwart verzet.

Zaaloverzicht 'In the Black Fantastic' bij Kunsthal Rotterdam. Foto: Fred Ernst

Cave is een van de elf hedendaagse kunstenaars uit de Afrikaanse diaspora die in de tentoonstelling zijn opgenomen. Puttend uit folklore, mythologie, spirituele tradities en sciencefiction geven deze kunstenaars met omgekeerde analogieën, alternatieve realiteiten en opnieuw geïnterpreteerde geschiedenissen inhoud aan de enorme breedte van wat de Zwarte ervaring wordt genoemd. Deze collectieve beweging tussen verleden, heden en toekomst vormt een effectief tegengif voor onze hedendaagse sociale constructen, die niet alleen lange tijd gedicteerd zijn door de Eurocentrische westerse theorie en filosofie, maar ook hebben geresulteerd in zowel de afwezigheid van de tot slaaf gemaakten als het vervolgens weglaten van Zwarte geschiedenissen in de archieven van ons culturele geheugen. Door de heersende westerse culturele epistemologieën en codes zowel letterlijk als figuurlijk uit te dagen, onderzoeken deze kunstenaars de mogelijkheden en potenties die voorbij deze beperkingen kunnen bestaan.

Het gaat erom een verschuiving teweeg te brengen in de positie en perceptie van alle toeschouwers, weg van het kijken naar Zwarte mensen en hun strijd, richting het kijken met hen

Sociale constructen

In Londen ga ik met de curator van de tentoonstelling, Ekow Eshun, om de tafel voor een interview. Eshun legt hij uit dat de kunstenaars in de tentoonstelling allemaal het idee uitdragen dat ‘ras’ weliswaar een sociaal construct is zonder wetenschappelijke basis, het niettemin een overweldigende invloed blijft uitoefenen op hoe wij leven. Eshun, inmiddels gerenommeerd curator, studeerde politiek en geschiedenis aan de London School of Economics voordat hij directeur werd van het ICA in Londen. Hij is nu voorzitter van de Fourth Plinth Commissioning Group, een panel van deskundigen die de burgemeester van Londen adviseren over kunst in de openbare ruimte. Eshun vertelt verder over de tentoonstelling: ‘Alle kunstenaars van In the Black Fantastic houden zich op de een of andere manier in hun werk met bezig met de relatie tussen ras als sociaal construct en het daarop gerichte leven van alledag. Ze geven vorm aan hun eigen fictieve realiteiten en ideeën over identiteit, geschiedenis en belonging, als een manier om voorbij de raciale norm te reiken. Fictie wordt daarbij gebruikt om af te rekenen met ficties, ze omarmen speculatieve verhalen en mythes als een manier om creatieve, fantasierijke en culturele vrijheid uit te drukken.’

Als ik verder de tentoonstelling in loop, zie ik dat Cave’s Chain Reaction wordt omringd door vier van zijn zogenaamde ‘Soundsuits’. Deze sierlijke, manshoge en draagbare sculpturen zijn losjes geïnspireerd op de kostuums van de West-Afrikaanse culturen van Yorùbáland en versierd met een heel scala aan gevonden materialen, variërend van nephaar, -bont, -veren en -bloemen, tot glinsterende pailletten, belletjes en knopen. Ze zijn schitterend en kleurrijk, en lijken pure vreugde uit te stralen. Maar de Soundsuits hebben een minder feestelijke oorsprong dan dat ze in de eerste instantie doen vermoeden. Eshun legt uit dat Cave zijn eerste Soundsuit maakte in 1992, als reactie op televisiebeelden van Rodney King die door politieagenten in elkaar werd geslagen in Los Angeles. De laatste van de vier getoonde Soundsuits, Soundsuit 9:29, maakte Cave dertig jaar later in 2020, toen hij de moord op George Floyd zag op televisie.

Hoewel de Soundsuits zijn gemaakt op basis van Cave’s persoonlijke reactie op publieke gebeurtenissen, weerspiegelen ze ook sentimenten die worden gedeeld door de gehele Zwarte en gemarginaliseerde gemeenschap. Eshun licht toe: ‘Wat Cave probeert te doen met de Soundsuits, is raciaal bewustzijn en de zichtbaarheid ervan vergroten. De pakken bedekken je volledig, waardoor je niet gedefinieerd kan worden door huidskleur, geslacht of sekse. Toch gaan de pakken niet over het zich terugtrekken uit de wereld, maar juist over de aandrang om gezien te worden op je eigen voorwaarden. Ze dwingen zichtbaarheid af. De Soundsuits zijn Cave’s manier om af te rekenen met sociale constructen, ze gaan over het opnieuw vormgeven van verhoudingen. Daarom zijn ze zo imposant en spectaculair.’

Zaaloverzicht 'In the Black Fantastic' bij Kunsthal Rotterdam. Foto: Fred Ernst

Zaaloverzicht 'In the Black Fantastic' bij Kunsthal Rotterdam. Foto: Fred Ernst

Zoals veel van het werk in In the Black Fantastic fungeren de Soundsuits als een middel om de persoonlijke ervaring te verbinden met de geschiedenis. Doordat ze hun oorsprong vinden in een gedeelde geschiedenis, bieden de werken een gevoel van eenheid dat kan dienen als tegenwicht tegen het normatieve idee van ‘de ander’ dat sinds het begin van de Verlichting het westerse denken heeft gevormd. Op deze manier nadenken over het potentieel van Zwarte kunst werkt cathartisch. In een tijd waarin overal in het Verenigd Koninkrijk demonstraties worden gehouden om te protesteren tegen de zoveelste onrechtvaardige moord door de politie, is het vermogen om jezelf te kunnen definiëren door middel van artistieke praktijken des te belangrijker. Maar, benadrukt Eshun, deze tentoonstelling gaat niet uitsluitend over geweld. Volgens hem neemt elk van de kunstenaars in de tentoonstelling de geschiedenis van de aanwezigheid van Zwarte mensen in het Westen als uitgangspunt om een gevoel van schoonheid en verwondering te omarmen: ‘Dat al deze dingen naast elkaar kunnen bestaan vind ik enorm interessant.’

Een manier van kijken

Volgens Eshun kan je de black fantastic het best beschrijven als een lens, een manier van kijken. Geworteld in Zwart-feministisch discours zoals Tina Campts A Black Gaze: Artists Changing How We See (2021), belicht de black fantastic volgens Eshun de tendens waarin ‘Zwarte creatievelingen in verschillende disciplines de Zwarte geschiedenis, Zwart collectief geheugen en Zwarte culturele aanwezigheid centraal stellen in hun artistieke praktijk’. Hierbij gaat het niet alleen om het in de schijnwerpers zetten van Zwarte mensen, benadrukt hij. Het gaat erom een verschuiving teweeg te brengen in de positie en perceptie van alle toeschouwers, weg van het kijken naar Zwarte mensen en hun strijd, richting het kijken met hen om de wereld te aanschouwen zoals zij die zien. Eshun: ‘Het “In”-gedeelte van de titel is daarom echt belangrijk. Ik wilde een tentoonstelling maken waarin de bezoeker volledig wordt ondergedompeld. Ik wilde een ruimte creëren waarin je het gevoel hebt dat je in een voortdurend proces van ontmoeting en ontdekking zit.’

Zaaloverzicht 'In the Black Fantastic' bij Kunsthal Rotterdam. Foto: Fred Ernst

Wat Eshun hier precies mee bedoelt wordt duidelijk in het tentoonstellingsontwerp. Elke kunstenaar heeft een eigen ruimte gekregen, waar ze hun werk op eigen voorwaarden presenteren. Op een verhoging, net achter de installatie van Cave, staat bijvoorbeeld een serie sculpturen van Wangechi Mutu getiteld Sentinels. Deze krachtige sculpturen, vrouwelijke figuren die zowel goddelijk als mensachtig zijn, zijn uitsluitend uit natuurlijke materialen vervaardigd. Ze doorbreken de hiërarchie tussen man en vrouw, etniciteit en klasse. In de tentoonstelling gaan ze een dialoog aan met het werk van Cave.

Eshun: ‘Ik wilde een ruimte creëren waarin je het gevoel hebt dat je in een voortdurend proces van ontmoeting en ontdekking zit’

Zaaloverzicht 'In the Black Fantastic' bij Kunsthal Rotterdam. Foto: Fred Ernst

Kara Walker, 'Prince McVeigh and the Turner Blasphemies', te zien in 'In the Black Fantastic' bij Kunsthal Rotterdam. Foto: Fred Ernst

Verderop in de tentoonstelling voert de installatie van Lina Viktor Iris de kijker terug naar 1882, naar de stichting van Liberia, een geschiedenis die nog niet vaak is verteld. Aan de muren van de ruimte hangen grote schilderijen, waartussen drie totemachtige sculpturen van gepolijst brons en vulkanisch gesteente opgesteld staan. In de serie vergulde portretten A Haven. A Hell. A Dream Deferred (2018) vervaagt Viktor Iris de grens tussen het feitelijke en het fantastische om het verhaal te vertellen van hoe de American Colonisation Society de eerste geëmancipeerde slaven begeleidde naar een gebied dat nu bekend staat als Liberia. In de mixed-media schilderijen Second, Tenth and Sixth (2018) wordt de Libische godin Sibyl afgebeeld, omringd door Oud-Afrikaanse symboliek en kosmische abstracties. Sibyl voorzag noodlottige toekomsten, waaronder de trans-Atlantische slavenhandel, en kwam symbool te staan voor de bevrijding van tot slaaf gemaakten. Ze wordt door Viktor Iris afgebeeld als een baken van vrouwelijke intuïtie en kennis.

De wijze waarop het Zwarte vrouwenlichaam door Viktor Iris centraal wordt gesteld is even adembenemend als huiveringwekkend. Het voelt als een radicale daad. Een beroep doen op een Zwarte vrouwelijke godheid daagt de pathologieën van de kolonisatie uit en ondermijnt de lange geschiedenis van fetisjering, objectivering en misrepresentatie van Zwarte vrouwen in het Westen. Dat Viktor Iris haar eigen lichaam gebruikt als model voor deze werken maakt ze des te indringender. In zijn geheel functioneert de installatie als een reflectie op de toeëigening van macht door de geschiedenis heen, etnische profilering en imperialistische cartografie. Dit laatste wordt expliciet gemaakt in het schilderij Eleventh (2018). Het schilderij is een kaart van de prekoloniale gebieden in Liberia. Met 24-karaats goud heeft Viktor Iris de lijnen getrokken aan de hand waarvan het land werd verkaveld en gemeenschappen werden verdeeld, lijnen die dwars door de gevestigde orde en bevolking heen sneden. De schilderijen zitten vol met weelderig boeiende beelden en zijn moeilijk om van weg te kijken.

In een andere installatie duiken vier sculpturen van Hew Locke, getiteld Ambassadors (2021), te paard op als uit een duister dystopisch verleden. Hun onheilspellende oorsprong staat in schril contrast met hun rijkelijk versierde harnassen, teugels en helmen beladen met militaire regalia en medailles, Benin-bronzen en voodoo-schedels, en portretten van figuren zoals de Haïtiaanse revolutionair Toussaint Louverture. Gepresenteerd op hoge platforms torenen ze boven de bezoekers uit en overladen ze met beelden van historische gebeurtenissen die het Zwarte heden blijven vormgeven. Door zijn figuren te gronden in een gevoel van realiteit lijkt Locke de Eurocentrische westerse geschiedenis, wie daarin worden herdacht en waarom, in twijfel te trekken. Zijn ambassadeurs zijn even majestueus als ontwrichtend. Ze dwingen ons de Zwarte geschiedenissen die ooit gestolen, genegeerd of verloren zijn gegaan, opnieuw op te graven.

Een aangrijpende maatstaf

Door alle fantastische figuren lijkt de tentoonstelling In the Black Fantastic in de traditie te staan van het Afrofuturisme, een genre dat in de jaren negentig ontstond en dat gebruik maakt van technologie en sciencefiction om de Afrikaans-Amerikaanse ervaring te verkennen. Maar dat is niet de richting die Eshun de tentoonstelling wilde meegeven. Zijn doel was om een overzicht te bieden van het artistieke werk dat op dit moment wordt gemaakt, werk dat zich bezighoudt met het geracialiseerde alledaagse, en dat past in de tendens van de black fantastic. Het is geen verrassing dat Eshun om inspiratie op te doen voor de tentoonstelling rijkelijk putte uit een breed scala van culturele en theoretische referenties. Eshun: ‘Er is momenteel een verschuiving bezig, er wordt een groot cultureel gesprek gevoerd op verschillende artistieke platforms tegelijkertijd. Denk bijvoorbeeld aan Beyonce’s Lemonade (2016) of de recente Marvel-film Black Panther (2018). Het bijzondere daarvan is dat deze gesprekken plaatsvinden in de mainstream.’

Eshun hoopt dat bezoekers van de tentoonstelling er de handvatten vinden om een nieuwe wereld te verbeelden: ‘Het mooiste aan deze tentoonstelling is dat het dynamische, glorieuze, fantasierijke werken zijn die voortkomen uit een ander perspectief op hoe je een verhaal opbouwt en hoe je het vertelt.’ Als geheel is Eshuns tentoonstelling intellectueel avontuurlijk en een aangrijpende maatstaf voor Zwart verzet en verbeelding. Hoewel de kunstenaars in verschillende media werken, zijn ze verenigd in hun streven om 400 jaar gestolen geschiedenis terug te winnen, om lyrisch en metaforisch nieuwe gebieden van Zwarte mogelijkheden vorm te geven.

Deze tekst is uit het Engels vertaald door de redactie en verscheen eerder in Metropolis M Nr 6 – ZIGZAG 2022>2023

In the Black Fantastic, Kunsthal Rotterdamt/m 10.4.23 

Francesca Rechere

is schrijver, filmmaker en cultureel producent

Recente artikelen