metropolis m

Saskia Olde Wolbers, Day-glo, 1999, video, 6 minuten.
Saskia Olde Wolbers, Deadline, 2007, video en foto's, 18 minuten.

Aan de hand van beelden van een, schijnbaar digitaal, landschap vertelt een zware mannenstem zijn persoonlijke verhaal. Al luisterend wordt je door een virtueel niemandsland geleid, bestaande uit een brede weg met kleine lichtjes. Zo nu en dan duikt er een ondefinieerbaar organisme op. Een themapark, zo blijkt uit de woorden van de man – een Spanjaard – dat hij graag zou willen verkopen. Zijn vrouw is in de loop der jaren de weg kwijtgeraakt in het park, verdwaald in haar aangename herinneringen aan het begin van hun huwelijk. Opnieuw verliefd op de jongere versie van haar echtgenoot, die haar langzaam is kwijt geraakt in het heden. Uiteindelijk besluit hij het park te verkopen, met zijn vrouw erin.

Saskia Olde Wolbers (Breda, 1971) is de ongeëvenaarde koningin van het verhalen vertellen. Ingewikkelde verhalen met mysterieuze wendingen in combinatie met vaak nog veel ongrijpbaardere videobeelden, gefilmd in miniatuurfilmsets gebouwd van allerhande bestaande materialen. Haar onuitputtelijke fascinatie voor mensen die een loopje met de werkelijkheid nemen komt terug in vrijwel al haar films.

Saskia Olde Wolbers, Day-glo, 1999, video, 6 minuten.

Het is dan ook geen verassing dat haar video’s Day-glo (1990) en Deadline (2007), onderdeel zijn van de tentoonstelling Virtuoze Zinsbegoochelingen in het Stedelijk Museum in Schiedam, waar ook werk van David Thorpe (Londen, 1972), Elmar Trenkwalder (Weissenbach am Lech – Oostenrijk, 1959) en Anne Wenzel (Schüttorf, 1972) te zien is.

Je zou voorzichtig kunnen stellen dat de tentoonstelling inhaakt op een tendens die zich al enige tijd in de kunstwereld aan het ontwikkelen is; dromerige kunst waarbij niet de idee, maar het verhaal voorop staat, als een pleidooi voor de verbeelding. Tentoonstellingen als Wonderland Through the Looking Glass (een directe verwijzing naar het verhaal van Alice) in kunsthal KAdE en Stressed Spaces in kw14 in Den Bosch waren hier ook al min of meer voorbeelden van.

Anne Wenzel, zonder titel (Edelhert), 2005, keramiek en metaal, 165 x 140 x 170 cm.

De sprookjesachtige bronzen van Anne Wenzel sluiten goed aan bij dit recept. Haar levensgrote Höllenhunde (2007) bestaat uit een zwarte massa waarin met wat inspanning een groep genadeloos vechtende honden te onderscheiden is. De reden van hun vechtpartij (een jong hert) is weggelaten en de bloeddorstige honden worden zo niet alleen dader maar ook slachtoffer van hun eigen gedrag. Ook de gesmolten trofeebekers die Wenzel eerder dit jaar in galerie Akinci uitstalde (Bright Solitude (2009)) hebben een prominente plek gekregen in Schiedam.

Anne Wenzel, Bright Solitude (trophy), 2008-'09, installatie met 19 beelden op metalen sokkels, keramiek, platinaluster, metaal.

De collages van David Thorpe zijn zorgvuldig opgebouwd uit stukjes boomschors, verschillende steensoorten en gedroogde planten en bladeren. Vaak zijn het naargeestige Caspar David Friedrich- achtige taferelen in combinatie met gebouwen, bestaande uit strenge, symmetrische driehoeken en lijnen. Met I Am Golden (2002) laat Thorpe het narratieve voor wat het is en gaat hij nog een stapje verder met zijn decoratieve lijnenspel. De stenen cirkels, gevuld met kleurige mozaïek en weelderige planten, doen sterk denken aan een utopisch monument uit de vorige eeuw.

David Thorpe, The Colonist, 2004, gemengde techniek collage, diameter 83 cm.
David Thorpe, I Am Golden, 2002.

Elmar Trenkwalder speelt met de zinsbegoocheling van een heel ander kaliber. Het kost niet veel moeite om in zijn beelden van gebakken en geglazuurd klei de grote piemels en de in elkaar verstrengelde mensjes te ontdekken. De gigantische werken met een alarmerend hoog kitschgehalte doen denken aan Oostenrijkse keramische tegelkachels of Aziatische Stupa- stijl altaarstukken. Het zijn eigenaardige beelden, zo nu en dan in combinatie met potloodtekeningen, die een vermenging van erotiek met architectuur lijken te bewerkstelligen.

Elmar Trenkwalder, WVZ 183, 2006, geëmailleerde keramiek, 290 x 500 x 500 cm.

Wat opvalt in deze tentoonstelling is de grote hoeveelheid kitsch die genadeloos op je af komt. Als een soort hedendaagse variant op de Rococo, maar dan wel met een kwinkslag. Tussen de geglazuurde altaarstukken van Trenkwalder, de bronzen van Wenzel, en de afstandelijke collages van Thorpe zijn de menselijke video’s van Olde Wolbers een verademing. Nou maar hopen dat dat de bedoeling is geweest.


Virtuoze Zinsbegoochelingen is nog tot 27 september 2009 te zien in Stedelijk Museum Schiedam

Recente artikelen