metropolis m

What is the use of being a boy if you are going to grow up to be a man

Galerie Annie Gentils, te zien tot en met 18 augustus
www.anniegentilsgallery.com

De titel van de tentoonstelling is afkomstig uit een lezing van Gertrude Stein over meesterwerken en de daarvoor vereiste genialiteit. Stein stelde dat genieën en meesterwerken identiteit noch tijd kennen, maar daarover evenwel goed kunnen spreken. Gastcurator Alexander Mayhew belooft veronderstelde afwezigheid van identiteit en tijd, ofwel ontwikkeling en geheugen binnen een kunstenaarspraktijk af te tasten met werk van Martijn Hendriks, Gert Jan Kocken, Joseph Montgomery en Abigail Reynolds.

Reynolds’ ogenschijnlijk luchtige installaties van opengeslagen boeken waarvan de illustraties visueel rijmen en naadloos op elkaar aansluiten, suggereren dat identiteit en geheugen bestaan bij de gratie van overeenkomsten, verschillen en toeval. Het wezen en de herkomst van Hendriks maagdelijke, mysterieuze beelden verhullen zich, identiteit is afwezig. Montgomery’s assemblages van opeengemetseld goedkoop materiaal lijken overbekend. Institutionele context identificeert een object op problematische wijze als kunstwerk. Informatieve teksten maken deel uit van Kockens transparante fotografie: het toont slechts, het cijfert zichzelf weg, voldoet op wonderlijke wijze aan Steins stellingen.

Alle werken komen uit de meest recente periode, geven dus nauwelijks artistieke ontwikkeling weer. Ook lijken ze niet begaan met de vraag waarom goede kunst tijdloos zou zijn. Mayhews tentoonstelling doet fijn reflecteren, maar in een omtrekkende beweging rond een overdadig gegeven.

A Drawing Show / Curated by Dan Graham

Alentour

Galerie Micheline Szwajcer, beide tentoonstellingen te zien tot 28 juli www.gms.be

Matt Mullican, Untitled (7 Stadiums for the 5 Worlds), 2012, courtesy Galerie Micheline Szwajcer

Ook de groepstentoonstellingen bij Micheline Szwajcer zijn door gastcuratoren samengesteld. Deze zijn minder intellectueel van aard. Conceptuele grootheid Dan Graham selecteerde tekeningen die hij ontving van zijn favoriete kunstenaars, zoals Matt Mullican, Michael Smith, Jef Geys en William Wegman. Een verzameling cadeautjes, zo kan het geheel goed beschouwd worden: de werken zijn grappig (de meeste), vervelend esthetisch (Mieko Miguro), verwezenlijken hoge verwachtingen (Mullican) of zijn slordig ingepakt (Geys). Leuk om naar te kijken, maar Graham creëert weinig aanleiding tot reflectie. Ook lijkt zijn interesse voor architectuur, openbare ruimte en communicatie onzichtbaar.

In Alentour (ongeveer: rondom) zijn die thema’s juist mooi uitgewerkt, in lijn met curator Wouter Davidts’ expertise op het grensgebied tussen beeldende kunst en architectuur. Het belang van context is niet alleen materieel, zoals in indrukwekkende grootformaat zwart-witfoto’s van Wilfried Vandenhove. Met de pseudovertaling van Nothing to Lose / Niets aan verloren verbuigt Lawrence Weiner de referentiekaders van verschillende talen. Geïnstalleerd naast een videoregistratie van Jeremiah Days performance Autonomy, echoot het ook Davidts’ engagement met politieke besluitvorming binnen cultureel en publiek leven. In Autonomy kruipt Day over straat, van een kunstinstituut, via een casino naar een activistisch kraakpand, onderwijl van de hak op de tak filosoferend. De implicatie van context is meerduidig: cultureel, institutioneel, politiek.

Jef Geys, Ontwerp voor Buckyball, 1992 (links), en Ontwerp voor een Arno Breker-paard met Rekem paardje, 1992 (rechts), courtesy Galerie Micheline Szwajcer

Anthony Discenza, What Remains

Objectif Exhibitions, te zien tot 28 juli
www.objectif-exhibitions.org

Het 27 minuten durende geluidswerk What Remains omvat een veelheid aan beschrijvingen van visuele situaties, soms van kunstwerken, soms van totaal andere zaken, die steeds de woorden ‘what remains’ bevatten. Door die zinsnede als uitgangspunt te nemen, richt Anthony Discenza zich op hetgeen er gebeurt wanneer er weggelaten, geabstraheerd, of versoberd wordt. In de tentoonstellingsruimte van Objectif Exhibitions bevinden zich alleen een viertal zwarte zitjes, en een monotone vrouwenstem. Een omschrijving van een schilderij over puberteit en seksueel ontluiken, besluit de stem met de duiding, ‘what remains’, dat het uiteindelijk een intieme dialoog tussen kunstenaar en subject vormt, gemedieerd door fantasie en herinnering. Het zou een antwoord kunnen zijn op Gertrude Steins stellingname in Annie Gentils.

Zaalzicht lege ruimte Objectif Exhibitions, Anthony Discenza, What Remains

De zinnen die volgen op de woorden ‘what remains’ verwijzen soms naar het ‘minder is meer’-mechanisme, waardoor minimalisme en conceptuele kunst geschakeld zijn. Het is de rode draad in dit werk: als er bijna niets is, krijgt het wél aanwezige alle ruimte en vrijheid. Paradoxaal genoeg is What Remains beeldende kunst pur sang: de geestelijke beleving van de toeschouwer, die in hedendaagse kunst zo’n grote rol speelt, is het projectiescherm waarop de beeldende werking van Discenza’s stream of consciousness gestalte krijgt.

Jesse van Winden

Recente artikelen