metropolis m

Schrijven over Radical Humanism, de huidige tentoonstelling van Tami Ben-Tor en Miki Carmi in 1646 is geen lachertje; in meerdere van de tentoongestelde video’s wordt namelijk uitgehaald naar intellectuelen en lezers van kunsttijdschriften, die niet echt in het werk geïnteresseerd zouden zijn, maar er enkel over willen lezen. Hier toch een poging.

Het is een gekende truc voor iedere criticus die even niet weet wat hij of zij schrijven moet; herhaal wat de kunstenaar eerder al over het werk zei. ‘Radical Humanism is an attempt to observe, record, imitate, impersonate, reduce, distill, dissect, cut off, detach and then amplify, enlarge and reveal ridiculously banal moments and turn them into an absurd representation of a disturbed human archetype’, zeggen Ben-Tor en Carmi zelf.

Een veel puntigere en daarom misschien wel betere definitie van het radicale humanisme dat de twee kunstenaars in Den Haag tentoonspreiden is te vinden in het videowerk The Homeless, waar een personage zijn familie parafraseert en op een gegeven moment zoiets zegt als ‘We love all of humanity, and we want to meet with no-one.’ Het moge duidelijk zijn: satire wordt hier niet geschuwd.

Zelf lijken Ben-Tor en Carmi nochtans geen menselijk contact uit de weg te gaan; hun passage in 1646 is een hoofdstuk in een samenwerking die al sinds 2009 op gang is. Beiden geven aan dat heel wat van de getoonde werken in samenwerking tot stand zijn gekomen en niet los van elkaar gekoppeld kunnen worden. Een voorbeeld: Ben-Tor verwerkt het beeldmateriaal dat Carmi gebruikt als documentatie voor zijn schilderijen van bejaarden, waarvan ook een aantal in Radical Humanism getoond worden, in sommige van haar video’s. In Girl Power steekt ze dan weer de draak met een (persiflage van een) curator die Ben-Tor aanschrijft en zich genoodzaakt voelt te benadrukken dat ze alleen in háár werk geïnteresseerd zijn, en dus niet in dat van Miki Carmi; het moet immers een tentoonstelling worden voor een jong en vitaal publiek, oude mensen zijn uit den boze.

Zo’n intensieve samenwerking, benadrukken de twee kunstenaars zelf in een kort praatje bij de opening van de tentoonstelling, is allerminst een sinecure in de kunstwereld. Niet alleen is er vanuit de commerciële optiek een grote druk om individueel te werken en autonoom functionerende kunstwerken te leveren, beweren ze, bovendien is men de format die ook Radical Humanism kenmerkt simpelweg niet gewend. Curators, bijvoorbeeld, zouden te zeer gefocust zijn op de aparte media en eerder kijken naar formele overeenkomsten dan naar inhoudelijke verbanden.

Bij dit alles moet natuurlijk wel opgemerkt worden dat beide kunstenaars in New York wonen en werken, en dat hun referentiekader, hun begrip van wat de ‘kunstwereld’ precies is, hierdoor getekend is. De galeriewereld in Brooklyn verschilt aanzienlijk van projectruimtes als 1646, die in de Verenigde Staten simpelweg niet bestaan. Het is belangrijk dit in het achterhoofd te houden bij een bezoek aan Radical Humanism; anders komt de extreme ridiculisering van de kunstwereld , die in Radical Humanism vaak als pars pro toto voor de gehele samenleving lijkt te functioneren, nogal gratuit over. Hoe erg de situatie in New York is, daarover zijn de twee kunstenaars wellicht beter geïnformeerd, maar in onze Europese context is het meestal toch niet echt nodig om medewerkers van kunstinstituten op een vrij expliciete manier als fascisten te bestempelen; gelukkig maar.

Ondanks het feit dat sommige van de grandioze statements van Ben-Tor en Carmi in Radical Humanism dus aan hun doel voorbij lijken te gaan, is het echter wel waar dat het samenwerkingsverband – waarbij materie gedeeld wordt tussen beide partijen en de werken dus onafscheidelijk worden, ondanks dat de kunstenaars toch beiden nog hun eigen werken maken – een productief gegeven is. Omdat in 1646 een mooi aantal co-geproduceerde werken getoond worden, is het inzicht dat je als bezoeker krijgt in het proces van wederzijdse beïnvloeding bovendien aangenaam groot. Of in de woorden van Ben-Tor en Carmi zelf: ‘This exhibition is a ripening of this ongoing collaboration and enables a symbiosis of raw materials and artistic subject matter while preserving the authors’ autonomic artistic voice’.

De auteurs hebben gesproken.


Radical Humanism
1646, Den Haag
14 februari t/m 23 maart

beeld: courtesy 1646

Steyn Bergs

is kunsthistoricus en criticus, en werkt momenteel bij Casco – Office for Art, Design and Theory in Utrecht

Recente artikelen