metropolis m

Verwarring en treffend taalspel in de nieuwe performance van Keren Cytter, die in première ging in het Stedelijk Museum in Amsterdam. 

Het licht gaat aan en we zien een vierkant van wit tape op de zwarte vloer. De actrice start haar monoloog en volgt in een loop de witte lijnen. Net als in Keren Cytters films en boeken werkt ze in haar nieuwe performance There is no us in masterpiece opnieuw met gelaagde narratieve structuren.

Acteurs Susie Meyer en Fabian Stumm bewegen zich in de 1-uur durende performance in vaste patronen over de witte lijnen op de vloer. In veelal cryptische zinnen die zelden worden afgemaakt spreken de performers tot elkaar, het publiek en de lichttechnicus: “Can you turn on some light on the audience?” Ook worden veel van de zinnen herhaald, waardoor de toeschouwer de mogelijkheid krijgt de zin binnen een andere context te interpreteren. Zo ontstaan er meerdere betekenissen en worden verschillende lagen zichtbaar.

In de performance zien we hoe een stel terugkijkt op hun relatie. Het verhaal wordt met allerlei omwegen en onderbrekingen verteld en bestaat vooral uit droge gegevens: hij vertrok naar New York om te spelen in een reclame voor een bedrijf dat scheermessen produceert. Zij kwam erachter dat hij gay porn magazines bezat. Hij vond haar over-emotioneel, enzovoort. In videofragmenten zien we hoe de man en vrouw ruzie maken, het gezellig hebben, maar ook de aanloop van een vrijpartij tussen Stumm en een andere man. (Colby Keller genaamd, volgens Wikipedia een wereldberoemde homopornoster, blogger en kunstenaar.)

Zoals gebruikelijk in Cytters werk gaat het haar niet om de feitelijkheden van het verhaal of plot. Ze lijkt de verhaallijn vooral als opvulling van haar werk te zien, iets wat het geheel een textuur geeft. Belangrijker en interessanter lijken de verhoudingen tussen de acteurs en het publiek, en hun relatie tot de ruimte en lichttechnicus. En vooral de verhouding tussen hun personage als acteur en hun ‘ware’ zelf. Zo spelen Meyer en Stumm zichzelf als twee gefaalde acteurs: “We are both typical actors. We’re faking everything we can in the real world just to see if it works on stage and film.”

Naast slimmigheden in de vorm en structuur van het werk, houdt Cytter ook van vernuftige maar poëtische taalspelletjes. De titel There is no us in masterpiece komt op vele manieren terug: “There is no us in U.S.A.” (omdat Stumm in zijn eentje naar New York verhuist), “There is no u in me” (zowel waar op taalniveau als in de verhaallijn).

Na afloop van de performance is er de mogelijkheid de poster met daarop het script van het stuk mee te nemen. Daaruit blijkt dat het opgedeeld is in drie akten. Deze worden aangeduid door de positie van de stoelen op de vloer: in de eerste akte plaatst Stumm twee stoelen buiten het vlak aan de achterkant. In de tweede act nemen allebei de acteurs plaats op een stoel middenin het vlak. In de derde zetten ze hun stoel aan de voorkant van het vlak en zitten hiermee ongemakkelijk dicht op het publiek op de eerste rij. De reden voor deze specifieke plaatsing wordt niet echt duidelijk, vooral doordat er nauwelijks onderscheid gemaakt kan worden tussen de akten.

Net als in haar oudere werk speelt Cytter in There is no us in masterpiece met de eigenschappen, verwachtingen, beperkingen en clichés van het medium dat ze inzet. Een metaspel dat vaak op een boeiende manier in elkaar klikt en balanceert tussen logica en randomness. Deze ‘klik’ mist in There is no us in masterpiece, het stuk neigt te veel naar toevalligheden, waardoor het doorschiet naar een herhaling van lege, arbitraire tekst. Ten eerste is de keuze voor het witte vierkant niet logisch te verbinden aan de inhoud en doel van het stuk. Zo zou een rechthoekig vlak meer op zijn plek zijn, als een referentie naar theater of videoscherm. Ook blijft de reden van de positionering van de stoelen wat vaag. Iedere keer wanneer de stoelen verplaatst worden begint er een nieuwe akte, maar echt verder ontvouwen doet het verhaal niet en kabbelt in dezelfde hakkelige, herhalende stijl voort.

De postmoderne vragen die Cytter oproept met haast al haar werken blijken nog steeds in staat te verwarren en intrigeren; er zitten hilarische momenten in There is no us in masterpiece. Maar waar de lagen van haar metarealiteiten normaal gesproken slim samenvallen, lijkt hier de balans wat zoekgeraakt.

Keren Cytter, There is no us in masterpiece, Stedelijk Museum Amsterdam, 4 t/m 6.11.2016

Alle foto’s Ernst van Deursen, courtesy Stedelijk Museum

Anne Marijn Voorhorst

is dichter en schrijver

Recente artikelen