metropolis m

In Amsterdam werd drie dagen door in totaal meer dan negentig sprekers gesproken met en over de Amerikaanse filosoof Judith Butler en de invloed van haar denken op een breed scala aan disciplines.

Met duidelijk zichtbare ontroering sprak Achille Mbembe de zaal toe, maar hij richtte zich vooral tot één van de aanwezigen: ‘Judith Butler, bedankt voor je theorieën, bedankt voor de invloed die je uitoefent binnen critical theory, bedankt dat je in deze tijd leeft, bedankt voor jouw bestaan.’ Het klinkt misschien wat dramatisch, maar dit sentiment lijkt zijn weerklank te vinden in een groot deel van de bezoekers van de conference Critical Theory in the Humanities, Resonances of the Work of Judith Butler. Studenten zijn bijna in shock als ze een knuffel krijgen van de Grande Dame van Critical Theory en een diep respect leeft bij alle geleerden in de zaal. Hoe bereikte een Amerikaanse filosofe internationale rockster status, wanneer gaan wetenschappers zich gedragen als groupies?

Drie dagen lang staat de Vrije Universiteit te Amsterdam in het teken van het werk van Judith Butler, professor in retorica en vergelijkende literatuurwetenschap aan de University of California in Berkeley. De Amerikaanse filosofe en gender-theoreticus is vooral bekend vanwege haar boeken Gender Trouble: Feminism and the Subversion of Identity en Bodies That Matter: On the Discursive Limits of Sex. In al haar werken trotseert Butler normatieve ideeën over gender, performativiteit- wanneer het woord een daad vormt en de mogelijkheid tot verandering in de herhaling en langzame verschuiving van conventies ligt- en de processen van in- en uitsluiting van verschillende groepen in de samenleving. Judith Butler is, zowel binnen als buiten het academische veld, misschien wel een van de luidste stemmen voor gelijkheid en ze creëert daarbij een platform en een alternatieve performativiteit voor groepen die maar zelden gehoord worden. Sinds haar eerste boek uit 1990 zijn haar theorieën er duidelijk niet minder relevant op geworden en haar werk vormt dikwijls de basis voor gesprekken over racisme, gender, discriminatie, activisme, bodypolitics, vluchtelingenproblemen en mensenrechten, vrijheid en gelijkheid in het algemeen.

De conferentie opent met een lezing van Amelia Jones over ‘Intimate Relations: Queer Performativity and the Theatricalization of Filiation’ waarin de curator en kunsthistoricus een genealogie onderzoekt van de concepten ‘queer’ en performativiteit zoals ze besproken worden door Butler. Helaas is deze lezing niet echt geschikt als instapmodel omdat de grote lijn en het argument wat verloren gaan in een termenmist, een kritiekpunt dat ook vaak over Butlers teksten wordt aangedragen. In de volgende lezing past Aagje Swinnen van de Universiteit Maastricht, Butlers gender theorie toe op de humanistische Aging Studies in een exploratie van de manier waarop leeftijd in de huidige maatschappij wordt verbeeld en geconstrueerd. Swinnen bespreekt deze concepten in relatie tot het fotoboek Mumbling Beauty waarin Alex Van Gelder met foto’s van kunstenaar Louise Bourgeois een discussie aan lijkt te gaan met ‘leeftijdsgeschikte’ normativiteit. Het is een leuke lezing en Swinnen weet de volle zaal te boeien, maar roept ook discussie op over de (vermeende) intentionaliteit van een kunstenaar in relatie tot de analyse van een theoreticus.

In de avond volgt de lezing van Achille Mbembe, professor geschiedenis en politiek te Johannesburg, waarin hij ‘Negative Messianism’ bespreekt en ingaat op wat hij typeert als de huidige ‘planetary entanglement’. Mbembe schreef in 2015 het boek Kritiek van de zwarte rede en is op het moment een van de belangrijkste denkers over de geschiedenis en politieke verbeelding van Afrika. Het schijnt dat hij als spreker lastig te vangen is, maar zijn overduidelijke dankbaarheid tegenover Judith Butler heeft hem dan toch naar Amsterdam weten te halen. Mbembe bespreekt met een bevlogenheid de dreiging van de processen van in- en uitsluiting in het letterlijke begrenzen van de wereld, waarbij de menselijke mobiliteit steeds meer wordt gereguleerd. Echter, hoewel de inhoud van zijn lezing vrij duister is en het publiek tot wanhoop zou kunnen drijven, is de kracht en passie van Mbembe zo aanstekelijk dat er vooral een verbroedering ontstaat in de zaal. De toon is gezet voor de volgende twee dagen.

De invloed die het werk van Butler uitoefent verspreidt zich over een groot aantal vakgebieden. Op deze conferentie zijn er al met al meer dan negentig sprekers en het is onmogelijk om ze allemaal hier te vertegenwoordigen. Er zijn sprekers vanuit de kunstgeschiedenis, theologie, politicologie, psychologie, literatuurtheorie, geschiedenis, rechten, filosofie, cultuurstudies, media studies, sociologie en antropologie. Op de donderdag en vrijdagmiddag ligt de nadruk op het intieme gesprek binnen wel 21 verschillende panelsessies met iedere keer drie verschillende sprekers en een geïnformeerde moderator. De conferentie toont zich als een dwarsdoorsnede van het hele veld van de geesteswetenschappen en onderzoekt zo de gemeenschappelijke basis.

Donderdagavond spreekt dan eindelijk Butler zelf de zaal toe in een compleet uitverkochte aula in de VU met negenhonderd belangstellenden. Dat Butlers werk een groot en divers publiek aanspreekt is hier wel erg duidelijk zichtbaar. Op sociale media ontstonden er zelfs ‘bidding wars’ op kaartjes voor deze lezing en een paar studenten proberen zonder kaartje alsnog naar binnen te glippen (soms met succes). Hoeveel bewondering ze ook mag ontvangen in deze dagen, Butler is er zelf vrij koeltjes over en lijkt wat overrompeld af en toe. Zij zal de eerste zijn om zichzelf van een voetstuk af te halen en probeert de complimenten dus des te harder weg te wuiven. Tijdens een van de panelsessies kondigt een spreker aan dat hij op het punt van zijn presentatie staat waarop hij de theorieën van Butler wil toepassen en uit een hoek van de zaal komt opeens de opmerking ‘we’ve heard enough about her’. De zaal reageert eerst wat ongemakkelijk, tot ze erachter komen dat het Judith Butler zelf was die de spreker onderbrak en een warme lach stroomt door de ruimte. De stem van de multiple is niet gebaat bij voetstukken en echte gelijkheid kan alleen ontstaan uit de open discussie. Juist deze kernconcepten van haar werken zorgen voor de bijzondere sfeer die hangt op de conference. Natuurlijk zijn er ook kritische vragen en is niet alles enkel adoratie, de kritische stem wordt juist niet uit de weg gegaan.

In het gesprek tussen Monique David-Menard en Butler grappen de twee wat af, onder andere over hun status als ‘Theorist Terrorists’. In een tijd waarin discussies zo zwaarmoedig zijn en vaak met agressie gepaard gaan en in de wereld het ene na het andere doembeeld wordt opgeroepen, is het een verademing om te zien hoe het gesprek ook in solidariteit gevoerd kan worden. De passie, de verontwaardiging over de ongelijkheid, de angst over de huidige ontwikkelingen en de wil tot verandering is des te sterker, maar het gesprek mag ook af en toe een glimlach opwekken. Juist daarmee is deze zestigjarige filosoof een bron van inspiratie en roept ze tegelijkertijd bewondering en de wil tot actie op.

Om de conferentie af te sluiten wordt het publiek uitgenodigd voor een performance van de Duitse kunstenaar Johannes Paul Raether in het Stedelijk Museum. In de hoedanigheid van een van zijn zogenaamde ‘zelf-zusters’ Transformalor, bevraagt hij aannames over identiteit, technologie en de realiteit. ‘In every real there is a potential for an alternate real, another real. We shift from the common real into the potential (…) reconstructing the relation of us’ klinkt Transformalor’s stem als een mantra door de headphones. Het publiek is wat lacherig door de vage sfeer en de kunstenaar is duidelijk overweldigd door de grote opkomst, maar daardoor ontstaat er ook een boeiende interactie. Transformalor vermaakt ons tot partikels in een ‘psychorealist repro techno tribe’ onder andere door ons in contact te brengen met de nakomelingen van de museumstaf en ons allemaal te vragen om een DNA sample (nogal deerniswekkend eigenlijk; de verzameling haren van zo’n driehonderd aanwezigen in een rubberrolletje).

Met het tribe-gevoel zat het al wel goed deze dagen en de vraag wie eigenlijk nog de Ander binnen het museum is, wanneer alles en iedereen daar zo geïnstitutionaliseerd is, trekt een parallel naar de discussies van de afgelopen dagen. Wie sluiten we in, wie sluiten we uit en (hoe) kan een groep denkers daar verandering in brengen? 

Alle foto’s (behalve de laaste): Steven Ligthert

Conference: Resonances of the Work of Judith Butler, Vrij Universiteit Amsterdam, 5-7 april 2017

Juliette Huygen

is een denkermaker met interesse in materialiteit en maken/cræft

Recente artikelen