metropolis m

links Matea Bakuma, rechts Sam Samiee

Unfair begon in 2013 in Loods6 in Amsterdam. Een jaar later verhuisde de jonge kunstbeurs naar de NDSM-werf, om in 2016 te belanden op het Westergasfabriekterrein waar hij zich zichtbaar thuis voelt. De grote Zuiveringshal is voor vier dagen omgetoverd tot een kunstbeurs die zich op de website omschrijft als: ‘We used to be an art fair, but that was boring.’ Unfair noemt zichzelf liever vol ambities ‘een kunstbeurs, expositie en festival ineen’.

Kunstenaars en oprichters Adam Nillissen, Boris de Beijer en Peter van der Es hebben in een aantal jaar Unfair uit weten te bouwen tot de hipste kunstbeurs van Nederland. Hier geen saaie galeries die in rechttoe rechtaan hokjes te veel kunst in te krap bemeten ruimtes tonen, maar grote reeks solo-presentaties van jonge talentvolle kunstenaars die met zorg bij elkaar zijn gezocht. Unfair is ontstaan uit de onvrede van de initiators zelf. Ze wilden iets doen voor kunstenaars in de lastige eerste jaren kort na de kunstacademie, wanneer je als kunstenaar misschien wel al betiteld bent als ‘veelbelovend talent’ maar geen vaste galerie hebt en nog lang niet tot de ‘gevestigde orde’ behoort.

Unfair neemt als uitgangspunt de kunstenaars zelf in een tentoonstellingsarchitectuur die voor een beurs letterlijk out of the box wil opereren, zonder helder omlijnde hokken, meer in een vloeiend patroon, van wanden en gangen, met tal van doorkijkjes. Het tentoonstellingsontwerp van architect Tomas Dirrix is een absolute eyecatcher, een ingenieus labyrint, dat je als bezoeker opslokt, en de aandacht volledig op kunst richt.

Het ontwerp is geïnspireerd op de geschiedenis van beurzen. Toen in de negentiende eeuw de beurs als beurs werd uitgevonden en naar binnen verhuisde in de vermaarde glaspaleizen als het Parijse Grand Palais, werden elementen van de tent vaak gebruikt als decoratie. Dit is precies wat Dirrix als uitgangspunt heeft genomen en dat werkt verrassend goed. Door middel van puntige uitsneden in de wand, alsof er een tent openslaat is, en ronde wanden die overgaan in rechte hoeken en ellipsvormige doorkijkgaten raak je als bezoeker als prettig verdwaald. De presentatie van de ene kunstenaar loopt vloeiend over in de volgende en om iedere bocht is weer een opvallende doorkijk op een anders gevormde ruimte.

links Tim Hollander, rechts Daan Liu

Koen Doodeman

Als ik in de coulisse van de hal een jongen aanspreek blijkt hij een vrijwilliger te zijn die bij het uitkijkpunt staat. Door de steile trap is het op eigen risico om naar boven te gaan. Architect Tomas Dirrix houdt van boomhutten vertelt de vrijwilliger, vandaar dit uitkijkpunt. Ik moet toegeven dat ik erg hoogtevrees heb, maar mijn partner is mee en klimt vrolijkt naar boven. Vanaf het hoogste punt is het hele speelveld te overzien.

De kunstenaars die werk mogen tonen in dit vrolijke en speelse ontwerp zijn geselecteerd door een commissie bestaande uit onder anderen Merel Brem, Adriana Gonzalez Hulshof en Bas Koopmans. Zij hebben veertig kunstenaars gekozen.

Er is nu bijvoorbeeld het werk Still gold rushing (2017) van May Heek te zien. Een Iphone op een dolly (een klein autootje waarop je een camera stabiel kunt laten rondrijden) rijdt over abstracte gekleurde vlakken. De camera van te telefoon filmt en de beelden worden op de wand life gestreamd. Bij iedere rand die de sensor voorop registreert stopt de dolly en kiest een nieuwe weg. Als de camera een oppervlakte met glitters filmt wordt door de beweging de vonkelingen zichtbaar. Heek is zelf aanwezig en ik spreek met haar over de waarde van abstractie en de positie van de mens ten op zichtte van de constante registratie van camera’s om ons heen.

May Heek

Helemaal aan de andere kant van de Zuiveringshal in de coulisse staat een graafmachine. Per twee mag je erbij en krijg je een koptelefoon op met Israëli male folk singers muziek. In de graafmachine zit een man. Hij is zichtbaar verveeld, maar als ik een foto van hem maak kijkt hij boos en dreigend in de camera. My tool, my everything (2018) is een performance van Adam Nillissen, één van de initiators van Unfair. Ondanks dat het werk wellicht een toevoeging is vraag ik mij af of je nog eigen werk moet tonen tijdens je eigen evenement waarbij je ook nog zelf in het selectiecomité zit.

In een andere hoek de ruimte maakt het werk Déploiements (Deployments) (2018) van Stéphanie Lagarde indruk. De videoanimatie toont grote groepen geanimeerde demonstranten die door straten heen rennen en straaljagers die een oneindig teken in de lucht in de kleuren van de Franse vlag vliegen. Ook is er een computeranimatie van een stad te zien. Als er wordt uitzoomd wordt duidelijk dat het een eiland is omringd door water en bergen.

Op de wand van een ronde bocht bekijk ik het video werk If You Go Down to the Woods Today (2016) van Inge Meijer. Een lang bospad. In de verte komt een oudere man aanlopen met een grizzlybeer aan een koortje. De dunne scheidlijn tussen compassie en overheersing worden prachtig in beeld gebracht.

Janine van Oene

links Jurre Blom

Dit zijn maar enkele hoogtepunten. Er is zoveel meer te zien, van schilderijen tot ingenieuze installaties (hoewel veel toch wel op mogelijke verkoop gekozen lijkt en dus handzaam is), van kunstenaars van wie er enkelen al eens in Metropolis M gesignaleerd en besproken zijn. Er is ook een veelbelovend performance- en filmprogrammering.

Het idee om een kunstbeurs die niet alleen een beurs maar ook een expositie en een festival ineen was neer te zetten leek wellicht overambitieus een paar jaar geleden, maar Unfair is een heel eind op weg om deze droom werkelijkheid te maken.

Nicholas Riis

Thomas Trum

Sanja Marusic

Ricardo van Eyk

Joeri Woudstra

Tim Breukers

Maurice van Es

Max de Waard

Puck Schot

Joeri Woudstra

Jaya Pelupessy

Marijn Ottenhof

Sanne Vaassen

Riley Harmon

Alex Farrar

 

Alle foto’s redactie Metropolis M

Unfair18, Westergasterrein, 29.03. t/m 02.04.2018, unfairamsterdam.nl

 

Lotte van Geijn

is beeldend kunstenaar en schrijver

Recente artikelen