metropolis m

Tentoonstellingsoverzicht ‘The Classics’, 2019, Galerie Fons Welters, Amsterdam, met Berend Strik, Tom Claassen, Job Koelewijn en Maria Roossen, foto Gert Jan van Rooij

In een tentoonstelling met werk van Tom Claassen, Job Koelewijn, Maria Roosen en Berend Strik herkent Ton Kruse het streven naar een diepergravend kunstbegrip. Weg van de consumptieve jacht op het nieuwe.​ 

De nadruk op wat nieuw is en actueel in de hedendaagse kunst, is onder andere een uitwerking van consumentisme, waarbij de behoefte steeds vervuld moet worden door ’the next best thing’. In contrast hiermee heeft het kunstwerk een dimensie in zich, die de filosoof Martin Heidegger noemde het ‘bewaren’. Een kunstwerk is niet bedoeld om te gebruiken, als een gebruiksvoorwerp of een gereedschap (Heidegger munt hiervoor de term ’tuig’), maar om te bewaren. Wat in een kunstwerk tot werking komt behoort volgens Heidegger niet tot het terrein van de esthetica (kunstgenot), maar tot dat van de logica, het denken en het weten gericht op wat ‘waar’ is.

Bij Fons Welters heeft galeriedirecteur Nick Terra een groep kunstenaars bij elkaar gebracht die al zeker twintig jaar werkzaam zijn en voor wie de relatie met Welters terugloopt tot het begin van de jaren negentig (Strik), of tot halverwege de jaren negentig (de overigen). Het gaat hier dus niet om ‘het nieuwste’ of ’the next best thing’, maar – ik zou haast willen opschrijven: gewoon – om werk van wat vorig jaar in een publicatie van het Mondriaan Fonds nog genoemd werd: het gevorderd kunstenaarschap. Niet eens werd gekozen voor het meest recente werk van deze kunstenaars, die met een knipoog worden gepresenteerd onder de noemer: ‘the classics.’

De samenhang tussen het getoonde werk en de kunstenaars zit enerzijds in het niet-nieuwe maar juist gevorderde, en anderzijds in een gedeelde modus van werken en begrijpen. De kunstenaars zijn niet gebonden aan één medium, er wordt gewisseld tussen media en ook niet-traditionele media worden gebruikt. De werken kunnen niet fundamenteel begrepen en gewaardeerd worden vanuit al bestaande criteria over hoe een medium gebruikt en toegepast hoort te worden. Maar vooral wordt deze modus van werken en begrijpen gekenmerkt door eerder de logica dan de esthetica. Je zou ook kunnen zeggen: de werken hebben een eerder ‘conceptuele’ oorsprong dan een esthetische.

[blockquote]De samenhang tussen het getoonde werk en de kunstenaars zit enerzijds in het niet-nieuwe maar juist gevorderde, en anderzijds in een gedeelde modus van werken en begrijpen

Het werk van Job Koelewijn lijkt deze oorsprong en modus bijna te illustreren, ware het niet dat de term ‘illustratie’ natuurlijk geen recht doet aan zijn werk als kunst-werk. Koelwijn gebruikt het denken in de vorm van taal en tekst niet alleen als oorsprong, maar ook letterlijk als materiaal. Boeken met een beschouwende inhoud (kunst- en levensbeschouwing, filosofie) en artikelen worden expliciet en impliciet gebruikt: cassettebandjes met voorgelezen boeken, de boeken zelf, gestapelde en verlijmde tijdschriftartikelen dienen als zowel vorm als verwijzing. Het onderzoek van Koelewijn is concreet en gericht, maar tegelijk wordt het niet afgebakend. Het omvat meerdere disciplines van denken en beschouwen. Het is formeel en inhoudelijk en het legt zich niet vast op één enkele vraag. Het is literair en beeldend, filosofisch en kunstzinnig. Het gaat over cultuur, religie en kunstgeschiedenis, alsmede over het kunstenaarschap en de psychologie van hedendaagse mensen.

Tentoonstellingsoverzicht 'The Classics', 2019, Galerie Fons Welters, Amsterdam, met Berend Strik, Tom Claassen, Job Koelewijn en Maria Roossen. foto Gert Jan van Rooij 

Het werk van Berend Strik bouwt op het schilderen als wellicht de meest archetypische kunstvorm, door het gebruik van opgespannen schildersdoek. Maar in plaats van te schilderen werkt Strik met een contrasterende, moderne techniek: de fotografie. In combinatie met textiele werkvormen. Belangrijker dan deze overschrijding (of uitbreiding) van de traditionele schildermedia is dat de oorsprong van het werk is gelegen in het denken. Strik toont recente werken uit zijn project ‘deciphering the artist’s mind’, dat alleen al als motto wijst op de logische – of zo u wilt: de conceptuele – oorsprong ervan. Het gaat Strik om het spel tussen het denken en het bedenken, het verwerkelijken (vorm geven) van het gedachte of bedachte, en omgekeerd om het begrijpen van dat wat zich fysiek aandient als ‘werkelijkheid’. Wat is nu ‘werkelijk’ aan de geest van de kunstenaar? Of werkelijkheid geworden? Zegt het werk van de kunstenaar nu echt iets over de geest van de kunstenaar, of is het een werkelijkheid op zichzelf? Hoe iemand zijn werkplek inricht, of hoe gekozen gereedschappen de sporen dragen van het gebruik, zegt veel over iemands denken. Het denken heeft die werkelijkheid vorm gegeven. Toch staat het ‘ontcijferen’ van een op die manier ontstane realiteit geen directe kennis toe van de geest van de maker. Strik gebruikt het fotografisch afbeelden van werkelijkheid en daarmee van de illusie van ruimtelijkheid op een plat vlak, om de dualiteit tussen geest en werkelijkheid aan het licht te brengen. In het denken wordt het beeld werkelijkheid, en opgevat als ruimte, maar het heeft een heel eigen stoffelijke realiteit (in dit geval: een schildersdoek met een fotoprint en diverse applicaties).

Bij Maria Roosen zorgt het schakelen tussen media ook voor een verdieping van haar onderzoek. Waar de glazen objecten van borsten en voeten (glazen muiltjes) het breekbare naar voren brengt en verwijst naar het lichaam als iets dat bevat (zoals een fles of een schoen iets kan bevatten), maar ook het affectieve genieten teweeg brengt (het ‘schone’ van een welvend en glimmend oppervlak met diepe kleuren), brengt een grote aquarel van lichaamssilhouetten zonder hoofden, handen of voeten, het kwetsbare aan het licht in het instabiele van medium en drager. Dat Roosens werk vaak wordt gekaderd in een feministische en emancipatorische ideologie, is wellicht begrijpelijk omdat zij haar eigen, vrouwelijke lichamelijkheid als bron neemt, maar vermoedelijk doet deze inkadering weinig recht aan wat het werk oplevert aan inzichten. Het lijkt me eerder te gaan om het menselijke lichaam in het algemeen, dus zowel mannelijk als vrouwelijk, dat als zacht, week, sensibel organisme, denkend en beschouwend bestaat als rationeel dier. Waarbij het ‘dierlijke’ in deze laatste term veel meer nadruk krijgt naast het rationele.

Het werk van Tom Claassen beperkt zich het meest tot een traditionele kunstdiscipline, althans in deze presentatie, in dit geval de sculptuur. Naast keramische sculpturen is er één wandobject in een ander medium, een marmerachtig gesteente. Ieder werk bestaat los als werk op zich, er lijkt geen onderliggend onderzoek te formuleren van waaruit de verschillende werken zijn ontstaan en waarin ze een conceptuele samenhang vertonen. Het meest in het oog springend in het werk van Claassen is het gebruik van een gladmakende, afdekkende glazuur op de beelden, waardoor een directe verwijzing naar de maker of het maakproces onmogelijk wordt. Een andere tactiele beleving dan hard, stralend en glad oppervlak lijkt te worden afgesneden. Het wandobject heeft een niet-verwijzende abstractie, maar de andere sculpturen tonen een vrij directe, figuurlijke referentie: paddestoelen, astronauten, een kip of een kuiken.

Een galerie, die toch zelf bestaat van wat verdiend wordt op de kunstmarkt, bekritiseert met een tentoonstelling met alleen maar werk van ‘gevorderd kunstenaarschap’ de eenzijdige hang naar het nieuwe, ’the next best thing’ van de kunstmarkt. Door deze kunstenaars (met een knipoog) te presenteren als ‘classics’, is deze kritiek ambigu, want wat klassiek genoemd wordt is van blijvende waarde, en dus ook economisch van blijvende waarde, de investering waard. 

Werk van Berend Strik, Tom Claassen, Job Koelewijn en Maria Roosen in 'The Classics', Fons Welters, foto Gert Jan van Rooij

Tentoonstellingsoverzicht 'The Classics', 2019, Galerie Fons Welters, Amsterdam, met Berend Strik, Tom Claassen, Job Koelewijn en Maria Roossen, foto Gert Jan van Rooij

Tentoonstellingsoverzicht 'The Classics', 2019, Galerie Fons Welters, Amsterdam, met Berend Strik, Tom Claassen, Job Koelewijn en Maria Roossen, foto Gert Jan van Rooij

The Classics: Tom Claassen, Job Koelewijn, Maria Roosen, Berend Strik, Galerie Fons Welters, Amsterdam, t/m 02.03.2019

Ton Kruse

is beeldend kunstenaar

Recente artikelen