metropolis m

Sofía Hernández Chong Cuy in gesprek met Chris Kraus ikv haar nieuwe publicatie Social Practices, Witte de With, Rotterdam 2019

Eind vorige eeuw maakte ze furore als eigenzinnige schrijver en filmmaker. Nog altijd is Chris Kraus een naam die vele harten sneller doet kloppen getuige de recente populariteit van haar lezing bij Witte de With. Wat kwam ze vertellen?

Chris Kraus is de tweede grootheid uit de club rondom de in Los Angeles gevestigde uitgeverij Semiotext(e) die in korte tijd Nederland aandoet. Een week eerder stond dichter, kunstcriticus en cultlegende Eileen Myles op het podium van Perdu in Amsterdam en nu draagt Chris Kraus voor uit haar eigen werk in de onlangs tot MELLY omgedoopte ruimte van Witte de With. Tenger, op klomphakken met in jeans gestoken benen, een lange, tie dye blouse met daaroverheen een nonchalant wit colbert, en niet te vergeten haar dat niet zou misstaan op een afterparty op het strand. Het is duidelijk dat Kraus in Los Angeles resideert. Een meisjesachtig voorkomen heeft deze grande dame ook al is ze al enige jaren geleden de zestig gepasseerd. Ze heeft iets verrukkelijk onhandigs. Onaangepast zou je het kunnen noemen dat ontwapenend werkt tijdens de toch altijd wat stijve formule van een lezing.

De lezing is compleet uitverkocht. Op de Facebookpagina van het evenement wemelt het van de oproepen om een tweedehands kaartje. Chris Kraus is duidelijk populair. Maar waarom? Natuurlijk heeft de plotselinge herwaardering van haar in 1997 gepubliceerde boek met de lekker dubbelzinnige titel I Love Dick een aantal jaar geleden daarin een grote rol gespeeld. Ook bracht ze twee jaar geleden een biografie over Kathy Acker uit.

I Love Dick werd twintig jaar geleden niet goed ontvangen en was (tot de revival) een cultklassieker, vooral geliefd in feministische kringen. Nu is het echter plots bekend bij het grotere publiek. (Voor wie het heeft gemist: de gelijknamige televisieserie geproduceerd door Amazon werd een aantal jaar geleden in zo’n beetje alle kranten besproken). De roman draait om de hopeloze obsessie van hoofdpersonage Chris voor een cultuurcriticus genaamd Dick—tevens bevriend met haar man. Het boek is ontstaan uit een lange reeks brieven die Chris, in samenspraak met haar man, aan Dick schrijft en waarin niet alleen haar lust en verliefdheid aan bod komt, maar ook duidelijk wordt hoe die verliefdheid haar dwingt haar leven opnieuw de maat te nemen. De kritiek destijds was dat de roman navelstaarderig zou zijn. Het werd als te privé en daardoor oninteressant of gênant gezien. Tegenwoordig zijn we natuurlijk wel gewend bij andere levens naar binnen te kijken via sociale media en lijkt Kraus plots haar tijd ver vooruit te zijn geweest. Om indruk te maken op Dick (die al snel door het publiek en de media herleid wordt tot Dick Hebdige), waagt Kraus zich ook aan het bespreken van kunst die ze ziet. Die eerste stappen richting kunstkritiek zullen uiteindelijk uitmonden in de bundel Social Practices die vorig jaar is uitgekomen bij Semiotext(e).

Sofía Hernández Chong Cuy in gesprek met Chris Kraus ikv haar nieuwe publicatie Social Practices, Witte de With, Rotterdam 2019

Het is in het kader van dat laatste boek dat Chris Kraus nu Nederland aandoet. Social Practices is een bundeling van teksten die ze in de afgelopen decennia heeft geschreven over kunstenaars en kunstpraktijken. Kraus was literair schrijver en filmmaker voordat ze over kunst ging schrijven. Het is daarom ook geen sec academisch of objectief schrijven over kunst dat Kraus beoefent. Haar leven is op een dagboekachtige manier in haast elke tekst verweven. Van haar ervaringen als stripper in een nachtclub tot liefdesverdriet en de gentrificatie van haar voormalige woonwijk in New York, het persoonlijke (binnen)leven is nooit ver weg in de bundel. (Soms vraag je je als lezer daardoor af waar de kritische noot blijft). Privécorrespondentie in de vorm van e-mails tussen haar en kunstenaars of instellingen vormen ook af en toe een integraal onderdeel van een essay. Zo is in het essay “Kelly Lake Store and Other Stories” een subsidieaanvraag te lezen voor het runnen van een winkel in ruraal Minnesota die Kraus indiende bij het Guggenheim. Antwoord? De fondsen van het Guggenheim kunnen niet worden aangewend voor het runnen van ondernemingen.

En dat is nu precies waar voor Kraus de schoen wringt. “Art is transactional.” Kunst is immers een transactie, zo zegt ze in de introductie. De kunstwereld is een circulatie van waarde, een eindeloze rondgang van transacties. Het is tevens een vergankelijk waardesysteem, aldus Kraus, die het vergelijkt met de bitcoin en de Hollandse tulpenmanie in de Gouden Eeuw (geen al te gekke vergelijking als je kijkt wat sommige werken opbrengen op de veiling of hoe ze plots in waarde kelderen als blijkt dat het toch iemand anders was die het canvas had beschilderd). Aangezien kunst een transactie is, moet de titel Social Practices begrepen worden als een knipoog. De kunstenaars en kunstinitiatieven die Kraus bespreekt zijn vaak sociaal en lokaal gericht. Ze bekwamen zich in andere, zogenaamd nuttigere, beroepen of specialisaties (denk aan landschapsontwerpen, lesgeven, vertalen, tuinieren en het runnen van een community center). Die ommezwaai duidt volgens haar aan dat die beroepen ondergewaardeerd worden en enkel via het kunstsysteem een herwaardering kunnen krijgen. In plaats van sociale praktijken zijn het eigenlijk waardevermeerderingspraktijken. De transactiegekte in de kunstwereld wordt zo ingezet voor een herwaardering van verguisd vakmanschap, kunde of onroerend goed. Denk aan het werk van Felicia von Zweigbergk die eerst de artist-run space Lost Property (vernoemd naar het essay Lost Properties van Kraus) in Amsterdam-West runde en nu de microbrouwerij Butcher’s Tears.

Interessante gedachten die helaas weinig tot geen ruimte krijgen tijdens de middag in Rotterdam. Directeur van Witte de With, Sofía Hernández Chong Cuy, leidt het vraaggesprek met Kraus. Het gesprek blijkt van tevoren gescript te zijn als Kraus na de eerste woorden van Chong Cuy verbaasd in de rondte kijkt, dan zegt ‘oh is het mijn beurt?’, het A4tje voor haar nog eens bekijkt en prompt begint voor te lezen uit Social Practices. Nu ben ik niet de beste toehoorder als het gaat om voorgelezen teksten, maar gezien de fanbase in de zaal was het denk ik toch echt interessanter om Kraus antwoord te horen geven op vragen in plaats van ellenlange teksten voor te horen dragen die minstens de helft van het publiek al heeft gelezen. Toch gebeurt dat meermaals waardoor de urgentie uit het gesprek wegdruipt. Want waarom is Kraus nu eigenlijk hier in Witte de With? Gaat het alleen om de promotie van haar boek?

Sofía Hernández Chong Cuy in gesprek met Chris Kraus ikv haar nieuwe publicatie Social Practices, Witte de With, Rotterdam 2019

Chong Cuy vertelt dat ze eerder Kraus had uitgenodigd in het kader van een tentoonstelling rondom briefwisselingen bij Witte de With die eind vorig jaar te zien was (I Love Dick was een grote inspiratie voor die tentoonstelling), maar Kraus kon pas maanden later. Het is te betreuren dat ze destijds Rotterdam niet kon aandoen want dat bezoek zou inderdaad van grotere toegevoegde waarde kunnen zijn geweest voor het begrip van zowel het boek als de tentoonstelling. Nu voelt haar aanwezigheid toch wat vrijblijvend. Chong Cuy doet meermaals duidelijke pogingen om de lezing in te bedden in het programma van Witte de With, nu en eerder. Zo wordt het toch al mythische imago van het retrospectief van Paul Thek in Witte de With en de bijbehorende catalogus nog even aangezet. De catalogus van die tentoonstelling werd een soort bijbel voor het oeuvre van Thek en is door Kraus gebruikt voor haar boek Aliens & Anorexia (2000) waarin Thek een grote rol speelt. Ook blijkt Chong Cuy opgegroeid te zijn in de Mexicaanse grensstad Mexicali waar Kraus veel over heeft geschreven in het kader van de projectruimte Mexicali Rose die daar gevestigd is. De discrepantie in beleving van die stad—Chong Cuy herinnert het zich vooral als saai—levert kortstondig een interessante dynamiek op. Toch, hoewel zowel het gesprek tussen Chong Cuy en Kraus als het voorlezen onderhoudend is, moet geconcludeerd worden dat de urgentie mist. 

Misschien werkt de belofte die iemand als Chris Kraus met zich meedraagt belemmerend. Je hoopt toch stiekem bij het zien van bekende namen dat er iets nieuws of onverwachts gebeurt. Magisch is de middag niet. Verheffend ook niet. Wat er verteld werd, was veelal al te vinden in het boek waaruit ze voorlas. Daarmee pretendeer ik niet te zeggen dat Kraus niets waardevols meer te vermelden heeft (Social Practices bezit interessante analyses van de kunstwereld) maar in dit geval zou een lezing over het belang en de mogelijkheden van sociale praktijken in de kunstwereld waarschijnlijk boeiender zijn geweest dan een Q&A doorspekt met voordrachten (of een duidelijkere link met het programma van Witte de With). Het lijkt fans niet te deren. Na afloop van het gesprek vormt zich razendsnel een slingerende rij wachtenden. Een felbegeerde handtekening is in zicht.

Alle foto’s: Sander van Wettum

Chris Kraus was op 22 juni 2019 te gast bij Witte de With.

Zoë Dankert

schrijft

Recente artikelen