metropolis m

Deep Space, Ars Electronica Center / Florian Voggeneder

Groot-groter-grootst. De jubileumeditie van ’s wereld belangrijkste mediafestival in het Oostenrijkse Linz telt liefst 1.449 kunstenaars & wetenschappers, 548 individuele evenementen en 501 tentoonstellingen op 16 locaties. Ine Gevers pikt de hoogtepunten eruit.

Niet iedereen herinnert zich het eerste computerspelletje Pong uit de jaren zeventig. Maar kunstenaars Loren & Rachel Carpenter verzonnen er wat op. Ze maakten Alles Spiel tot een publieke performance waar 7000 mensen tegelijk aan meespeelden. Dat was Ars Electronica 1994. Wat er bijzonder aan was? Het publiek leerde met vereende breinkracht het balletje op het scherm van links naar rechts te brengen. Een mooie opmaat naar het ‘gedeelde bewustzijn’ van Out of the Box, waarmee Ars Electronic zijn veertigjarige bestaan viert. AI* & Life Art zijn de rode draad.

Ars Electronica, een jaarlijks festival van kunst, technologie en samenleving, startte in 1979, mogelijk gemaakt door de Östereichische RundFunk (ORF) en later de stad Linz. Deelname van internationale makers en wetenschappers onder artistieke en wetenschappelijke leiding van Herbert Franke en Peter Weibel deed Ars Electronica de afgelopen jaren uitgroeien tot een van de relevantste culturele evenementen van Europa. De Opening Specials stonden in het teken van die erfenis en de internationale claim to fame van Ars Electronica. De jubileumeditie sluit aan bij de trend groot-groter-grootst: 1.449 kunstenaars & wetenschappers, 548 individuele evenementen en 501 tentoonstellingen op 16 locaties. In de wandelgangen wordt Ars Electronica ook wel gekscherend het grootste jerk off festival genoemd: een oververtegenwoordiging van alleswetende, witte mannen die vanaf het allereerste begin hun stempel drukten. Hoewel directeur Gerfried Stocker probeert om aan dit imago te ontkomen wordt ook dat beeld bevestigd tijdens het openingsritueel.

Ars Electronica 2019 onderzoekt hoe technologie de samenleving verandert en onderstreept de relevantie van het artistieke perspectief. Juist het associatieve en horizontale denken kan een tegenwicht bieden aan de tech-reuzen die ongehinderd doorgaan met het vermarkten van alle levensvormen, van microben tot bewustzijn. Zulke kritische geluiden komen zeker aan bod, maar geplaatst binnen de techbeurs, die Ars Electronica ook is (met stands van Hyundai, de EU en meer) komen ze niet altijd tot hun recht. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de installatie van Disnovation, Online Cultural Wars, een overlay van honderden politieke memes, afbeeldingen van politici en symbolen, die digitale instrumenten en het internet inzetten om opinies te beïnvloeden. Het werk, onderdeel van het EU Starts programma ter bevordering van mensgerichte AI, kan nauwelijks ademen binnen deze beurscontext, plompverloren geplaatst tussen promo-stands, zonder enig tentoonstellingsnarratief.

[blockquote]In de wandelgangen wordt Ars Electronica ook wel gekscherend het grootste jerk off festival genoemd: een oververtegenwoordiging van alleswetende, witte mannen die vanaf het allereerste begin hun stempel drukten

Thom Kubli, Radiosands

De tentoonstelling Human Limitations- Limited Humanity, paradepaardje van Stocker, moet dit tekort goedmaken. Maar helaas slaagt ook deze er niet in om kunstenaars het conceptuele raamwerk, dramaturgie en ‘gespreksruimte’ te bieden om blijvend indruk te maken. En dat is jammer, want Human Limitations herbergt meerdere sterke installaties, waarvan sommige prachtig zijn geplaatst in de bunker van Postcity, het hart van Ars Electronica. Maar om een samenhang te zien tussen de werken, de verbindingen, moet de bezoeker over veel, te veel, kennis beschikken. Met deze inrichting gaat alle aandacht uit naar de grootste installaties, zoals de mooie, op sciencefiction geïnspireerde levende sculptuur I, Human, waar bezoekers empathie kunnen delen met een collectief AI-bewustzijn van de Roemeense Saint Machine (pseudoniem). Of naar direct op de verbeelding inspelende kunstwerken als het wel erg antropomorfisch ingekleurde Reading Lips (met behulp van natuurlijke en kunstmatige intelligentie) van het Institute for Inconspicuous Languages.

I Human, Saint Machine

Paul Vanouse, Labor

En daarmee dreigen gelaagde performance-installaties als Microbial Keywording van Lucie Strecker en Klaus Spiess te worden weggedrukt. Het werk roept herinneringen op aan endurance (klank)performances uit de jaren zestig. Tegelijk dient Microbial Keywording ook een concreet, wetenschappelijk doel: het onderzoeken van de relatie tussen de klanken die we uiten, het effect ervan op ons speeksel en de impact daarvan op microben in onze darmen, die vervolgens bijdragen aan onze seksuele (in)activiteit. Stiess wil onze ogen openen voor het belang van microbiotica in ons dagelijks (over)leven. Zo worden bij feces transplantaties (bijvoorbeeld om obesitas tegen te gaan) ook emoties en gedragingen van de ene persoon aan de andere doorgegeven. Zulke intelligente bio ‘software’ bewijst – naast de opkomende AI- dat wij bepaald niet zo speciaal en bijzonder zijn als we graag zouden denken.

Het verweven van AI gerelateerde kunstwerken en bio-kunst is op zichzelf al een esthetische uitdaging. Een tweedeling ligt voor de hand, zoals ook het geval was met voorganger Globale: Infosphere and Bioshpere, ZKM, 2016. Human Limitations – Limited Humanity ontkomt evenmin aan deze onbedoelde ’scheiding’, wat het overkoepelende narratief van AI & life Arts niet ten goede komt. De organisatie zou een voorbeeld kunnen nemen aan de centrale tentoonstelling van het Gogbot festival in Enschede, met onder andere een sterke presentatie van samenvloeiende info- en biotech in de Grote Kerk, waar zelfs de kroonluchters meezongen in een upbeat-ode aan de toekomst (met inbegrip van ethische en kritische overwegingen).

De organisatie van Ars Electronica zou een voorbeeld kunnen nemen aan de centrale tentoonstelling van het Gogbot festival in Enschede, met onder andere een sterke presentatie van samenvloeiende info- en biotech in de Grote Kerk

Deep Space, Expanded Animation

Ook onderdeel van Ars Electronica is de presentatie CyberArts in het OK Centre for Contemporary Arts, Linz. Deze presentatie weet genoemde valkuilen uitstekend te omzeilen. Een verademing om daar rond te lopen, boven door oude kloostergangen, beneden in de kelder waar de expanded animations werden gepresenteerd, en door de museumzalen met diverse werken van prijswinnaars die door de ruime opstelling en zorgvuldige plaatsing konden ademen én elkaar versterken. De installatie Labor (2019) van de Ars Nike winnaar Paul Vanouse is veruit mijn favoriet. De kunstenaar gebruikt AI om menselijk zweet te produceren op basis van ingevoerde gegevens van gecultiveerde huidbacteriën. Tijdens het omzetten van suiker en vetten door deze bacteriën komen er specifieke geuren vrij: geuren die mensen afscheiden onder angst en stress. Centraal, als relikwie in een monstrans, bevindt zich een T-shirt dat alle bekende geuren van arbeid in zich heeft opgenomen. Een geweldige symbiose van techinfo en bioinfo en een beeld dat vragen oproept over the future of work en de rol van de mens in dit geheel.

Takayuki Todo, SEER, emotional expression robot

Sasa Spaci, Earthlink

*Artificial Intelligence

 

Ars Electronica Linz, Out of the Box, 5-9.9.2019 

Ine Gevers

Recente artikelen