metropolis m

ICK Amsterdam, DIKKER + OOSTRIK & De Auditieve Dienst, Harmonic Dissonance, 2020

Als je ook maar een fractie uit de maat danst, voel je meteen hoe je lichaam je al snel weer in sync met de muziek probeert te trekken. Die momenten van het in- en uit balans raken bieden inzichten voor zowel kunst als wetenschap, ontdekt Nim Goede tijdens de vijfdaagse workshop Harmonic Dissonance van ICK Amsterdam, DIKKER+OOSTRIK en De Auditieve Dienst in het IDlab van de HKA.

In het IDlab (kort voor Interdisciplinary Digital Laboratory), gehuisvest in de Academie voor Theater en Dans in Amsterdam, vond een dikke week geleden een vijfdaagse workshop plaats rondom Harmonic Dissonance: een experiment dat zich op het kruispunt van kunst en wetenschap bevindt. Het is de laatste toevoeging aan het langer lopende INsync project opgezet door collectief DIKKER + OOSTRIK, bestaande uit cognitief neurowetenschapper Suzanne Dikker en mediakunstenaar Matthias Oostrik. Samen doen ze onderzoek naar de ‘menselijke verbondenheid’, waarbij ze zich focussen op het begrip synchroniciteit, wat letterlijk een samenvallen (syn) in de tijd (chronos) betekent.

Hun vorige project, de Mutual Wave Machine (2013-nu) spitste zich nog voornamelijk toe op het brein en het gevoel ‘op dezelfde golflengte te zitten’ door hersengolven van bezoekers (letterlijk!) te synchroniseren. In dit werk werd het brein nog voorgesteld als lichaamloos: voor de doorsnee neurowetenschapper maakt het immers weinig uit of wij ons vlezige lichaam zouden inruilen voor een vat sterk water, mits onze hersenen maar naar behoren functioneren. Dit neurowetenschappelijk perspectief wordt vandaag de dag veel bekritiseerd als beperkend. Daarom besloten Dikker & Oostrik in Harmonic Dissonance een samenwerking aan te gaan met danser en choreograaf Suzan Tunca van ICK Amsterdam, wiens innige kennis over het expressieve vermogen van het menselijk lichaam een onontkenbare verdieping toevoegt aan het denken over brein en lichaam, of wetenschap en kunst.

In tegenstelling tot zijn voorganger Mutual Wave Machine is Harmonic Dissonance vooralsnog geen interactieve installatie waarin het publiek naar hartenlust kan spelen met representaties van hun hersendata. Het publiek moet genoegen nemen met het passief aanschouwen van een dansopvoering. Twee dansers ontleden het begrip synchroniciteit door verschillende vormen van interactie met elkaar aan te gaan. Hun hersenactiviteit, en dat van enkele leden uit het publiek, wordt gemonitord gedurende verschillende fases. Eerst is er de afstem fase waarin de dansers intunen met zichzelf, de ander en het publiek. Dan volgt een anticipatie fase waarin de dansers alvast de geplande choreografie nalopen in hun hoofd. Daarna wordt er daadwerkelijk gedanst in de dans fase, en ten slotte is er de resonantie fase, waarin de dansers luisteren naar hoe hun bewegingen nagalmen in hun lichaam.

DIKKER + OOSTRIK, Harmonic Dissonance, 2020

Gedurende de hele opvoering vullen geprojecteerde beelden de wanden van het IDlab. Die beelden worden middels infrarood camera’s en motion tracking software aangestuurd door de bewegingen van de dansers en hebben wat weg van geësthetiseerde wetenschappelijke datavisualisaties. Wanneer de dansers in sync bewegen worden de sporen die hun bewegingen in de visualisaties achterlaten in intensiteit verdubbeld. Ook de soundtrack (waarvan de basiselementen opgesteld zijn door sound engineer Arnoud Traa van De Auditieve Dienst) wordt in zijn geheel gecomponeerd door de bewegingen van de dansers.

In Harmonic Dissonance ligt de nadruk dus op vergaring van data uit lichamelijke beweging en de verwerking hiervan in geprojecteerde beelden en geluiden. Wat in de hersengolven van de dansers gebeurt heeft geen invloed op de opvoering. In een voorgaande versie die getoond werd op het BNM fest in Marseille was dit wel het geval: daar smolten visualisaties van lichaamsbewegingen en visualisaties van hersengolven samen. Door technische limitaties konden beiden nu niet synchroon uitgevoerd worden.

Tijdens de performance bewegen de dansers soms moedwillig in dissonantie, een term die Dikker en Oostrik definiëren als het moment waarop synchroniciteit verbroken wordt. Op momenten dat bewegingen uit de pas beginnen te geraken ervaart het lichaam een compenserende kracht die haar weer in sync probeert te trekken. Recente wetenschappelijke inzichten suggeren dat zulke momenten van in- en uit harmonie raken ons meer kunnen vertellen dan langdurige, stabiele periodes van synchroniciteit.

DIKKER + OOSTRIK, Harmonic Dissonance, 2020

Ook op andere momenten tijdens de workshop van IDlab lijken processen van afstemmen, oprekken en uitbreken een prominente rol te spelen. Het vergt enige tijd voordat alle deelnemers van de workshop op dezelfde golflengte zitten. Afkomstig uit verschillende disciplines – reikend van de klinische psychologie tot aan dans en van de kunstgeschiedenis tot aan sound engineering – duurt het even voordat ieders vocabulair en denkkader afgestemd is op dat van de anderen. Zelf heb ik een achtergrond in zowel de hersenwetenschappen als de kunstgeschiedenis: een interdisciplinaire basis waarmee ik mij in de meeste discussies wel dacht te kunnen mengen. Ik kwam er echter al snel achter dat ik een analfabeet ben als het aankomt op de taal van het lichaam en kreeg ik ontzag voor de gedreven dansers en choreografen.

Harmonic Dissonance, workshop met publiek

Toch blijken verschillende perspectieven soms ook onverenigbaar. Bijvoorbeeld als de discussie zich begeeft in de richting van Carl Jungs notie van synchroniciteit. Jung definieerde synchroniciteit als betekenisvolle coïncidentie tussen twee ongerelateerde gebeurtenissen. Denk hierbij aan Jungs bekende anekdote dat op het moment dat zijn patiënt hem vertelt over een droom waarin een scarabee voorkwam een dergelijk insect door het raam de kamer in vloog. Een causaal verband kan hier niet aan ten grondslag liggen, beargumenteerde Jung, vandaar dat hij zijn begrip synchroniciteit ontwikkelde om een verband als dit te kunnen duiden dat voorbij lijkt te gaan aan de wetten van de psychologie en de natuurkunde. Waar kunstenaars zonder enige terughoudendheid aanspraak maken op dit concept,wordt het in wetenschappelijke kringen juist met argusogen aanschouwd. In die zin ontbreekt het in de wetenschap aan elasticiteit of in de kunst aan een gegrond realiteitsbesef. Het is maar net hoe je er naar kijkt.

Het rekken en strekken dat in verschillende oefeningen steeds centraal staat kan zodoende ook als metafoor gezien voor het oprekken van de grenzen van kunst en wetenschap

Het rekken en strekken dat in verschillende oefeningen steeds centraal staat kan zodoende ook als metafoor gezien voor het oprekken van de grenzen van kunst en wetenschap. Zo slingeren tijdens de repetitie de EEG headsets van de hoofden van de dansers wanneer zij een uitgesproken draaibeweging maken. Vanuit artistiek oogpunt is dit een rijk gebaar, vanuit neurowetenschappelijk oogpunt is het onacceptabel: geen headsets, geen hersendata. De volgende dag heeft een van de deelnemers elastiekjes meegenomen om de headsets te fixeren. Ergens is het jammer dat dit subversieve element ongedaan wordt gemaakt

Op andere momenten zijn de dansers wel geoorloofd om de grenzen van de techniek te overschrijden. Zo treden zij meermaals het kader van de motion trackers te buiten en maken zij soms gebaren van zulke intensiteit dat de techniek hen niet kan bijbenen. Op dit soort momenten wint de esthetische waarde het van de wetenschappelijke validiteit en sluipen er kritische noten in het werk omtrent het alkunnend vermogen van technologie en wetenschap. Zo toont Harmonic Dissonance ons dat waar het om disciplinaire grenzen gaat zowel de kunst als de wetenschap enige rek in zich hebben. De één wellicht wat meer dan de ander, maar wanneer de de twee velden elkaar ontmoeten is er zeker de mogelijkheid voor een harmonieuze dissonantie.

MEER OVER KUNSTENAARS DIE VERDER KIJKEN DAN HET OOG IN METROPOLIS M Nr 1-2020 SENSORY. NU IN DE WINKEL. ALS JE NU EEN JAARABONNEMENT AFSLUIT STUREN WE JE DIT NUMMER GRATIS OP. MAIL JE NAAM EN ADRES NAAR [email protected]

ICK Amsterdam, DIKKER+OOSTRIK en De Auditieve Dienst, Harmonic Dissonance, workshop IDlab, Amsterdam, februari 2020

Nim Goede

is promovendus bij ASCA (Amsterdam School for Cultural Analysis, UvA)

Recente artikelen