metropolis m

Performance-opname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Sarah van Lamsweerde i.s.m. Alicia Hoost en Leroy de Böck, Sightless Seeing #4: Acquisitions, Stedelijk Museum Amsterdam, 2020, foto Maarten Nauw

‘Ga staan met je rechterhand in je zij. Rechtop, met je ene voet nét iets voor de andere.’ In de performance Sightless Seeing#4 worden bezoekers uitgenodigd Natasja Kensmils Huwelijksportret lichamelijk na te bootsen. Het vormt het begin van een tour door de tentoonstelling In the Presence of Absence, waarin een niet-visuele ervaring van de voorgestelde aankopen centraal staat. Want laten onvertelde geschiedenissen zich niet het beste vertellen wanneer we luisteren met ons hele lichaam?

Bij aankomst in het Stedelijk krijg ik een blauw handschoentje aan mijn rechterhand, en word ik uitgenodigd om op een van de gele stippen in de Audi zaal te gaan staan. Ik kan er geen vinden, dus blijf maar even staan waar ik sta. Even later lees ik uit de positie van de andere aanwezigen de gewenste opstelling van het ‘publiek’ af, en positioneer ik mezelf snel op een van de missende plekken. Vanaf mijn gele stip achteraan, kijk ik uiteindelijk recht naar de vrouw die ons aanwijzingen geeft. We doen een warming-up: ‘twee stapjes naar voren als je niet optimaal ziet’; ‘één stap opzij als je in de toekomst kan zien’. Gewend me via een choreografie van looprichtingen en stickers door publieke ruimtes te bewegen, voelt het niet eens zo raar wat we hier staan te doen. 

Ik loop mee met Sightless Seeing #4: Acquisitions, een performance die Sarah van Lamsweerde maakte in samenwerking met acteur Leroy de Böck en performer en erfgoedspecialist Alicia Hoost. Zowel Leroy als Alicia zijn visueel beperkt; Van Lamsweerde vroeg ze om haar te helpen bezoekers te inspireren tot een andere ‘kijk’ op de groepstentoonstelling In the Presence of Absence – voorstellen voor de museumcollectie. Als twee ‘fictieve gidsen’ leiden Leroy en Alicia mij en een kleine groep andere deelnemers langs de werken, die ieder bepaalde gaten in onze geschiedenis en ons ‘collectief bewustzijn’ aanwijzen. Aan ons de taak om verder te gaan dan een snelle blik met onze ogen, om met ons hele lichaam de ongeziene perspectieven en onvertelde verhalen te ervaren.

We lopen door en stoppen voor een werk dat meteen de aandacht opeist, het statige HUWELIJKSPORTRET van Johan de Witt en Wendela Bicker van Natasja Kensmil. We staan oog in oog met de twee personages, die omgeven zijn door symbolen en figuren ‘ten voeten uit’ zijn afgebeeld. ‘Ruik je de olieverf?’, wordt me gevraagd. ‘Voel het blauwe bloed door je aderen stromen, en ga staan met je rechterhand in je zij. Rechtop, met je ene voet nét iets voor de andere.’ Ik kijk strak vooruit, maar zelfs met mijn ogen dicht voel ik hoe mijn lichaam de houding aanneemt van de geportretteerden. Ik ‘beschouw’ het werk nu lichamelijk. Alicia nodigt me uit om de druk van macht aan alle kanten te voelen: het gewicht van de wereld op mijn schouders, het trekken van een korset om mijn middel. Ik neem de positie in van historische figuren waarvoor ik op andere momenten toch moeilijk empathie kan voelen.

[blockquote]Als twee ‘fictieve gidsen’ leiden Leroy en Alicia mij en een kleine groep andere deelnemers langs de werken. Aan ons de taak om verder te gaan dan een snelle blik met onze ogen, om met ons hele lichaam de ongeziene perspectieven en onvertelde verhalen te ervaren.

Zaalopname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Natasja Kensmil, HUWELIJKSPORTRET van Johan de Witt en Wendela Bicker, 2020. Foto Peter Tijhuis.

Performance-opname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Sarah van Lamsweerde i.s.m. Alicia Hoost en Leroy de Böck, Sightless Seeing #4: Acquisitions, Stedelijk Museum Amsterdam, 2020, foto Maarten Nauw

Onze gids Alicia vertelt dat haar eigen zicht is zo’n tien procent is. Dit percentage zal zijn opgetekend in dossiers en met testen en meetinstrumenten vastgesteld, stel ik me zo voor. Maar cijfers zijn ook maar iets abstracts, stelt ze. Het zegt bijvoorbeeld niks over kleur, en kleur vertelt haar een hoop. Ze vertelt hierover bij de presentatie van Werker Collective, Werker 2 – A Gestural History of the Young Worker. In dit project kijkt het collectief naar de representatie van het lichaam van de arbeider door een analytische presentatie in tekst en beeld, samengesteld met LGBTQI+-activist en curator Georgy Mamedov uit Kirgizstan. Het onderzoek wordt gepresenteerd als een overvloed aan zwart-witte tekst en beeld, opgesteld op panelen die ons van de ene naar de andere ruimte van de tentoonstelling leiden.  

Zaalopname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Werker Collective, Werker 2 — A Gestural History of the Young Worker, 2019. Foto Peter Tijhuis.

Alicia pakt er een catalogus bij van het project, en probeert met haar meegebrachte iPad enkele afbeeldingen te ontcijferen. Staande voor de zwart-witte installatie van Werker, doet een ongemakkelijke robotstem een poging de afbeeldingen te omschrijven. De technologie laat behoorlijk wat te wensen over, en toont slechts aan hoe veel complexer het menselijk brein werkt op het moment dat het afbeeldingen ontcijfert. Alicia vergelijkt het met het ontcijferen van een afbeelding, maar dan zonder je referentiekader. Zonder voorkennis of bijschrift wordt het vrij moeilijk iets te begrijpen, laat staan ergens van te genieten. We lopen even door het “labyrint” van Werker, zoals Alicia het noemt, en komen we aan bij het werk van Farida Sedoc. 

Onze andere gids Leroy neemt ons mee door het werk van Sedoc, genaamd The Future Ain’t What It Used To Be: zeefdrukken op textiel die vertellen over de trans-Atlantische textielhandel die door Nederland gedreven werd met Indonesië en West-Afrika. In plaats van in te gaan op de verschillende visuele elementen van de textielen collages – de kleuren, de planten of de figuren, die Sedoc bij elkaar plaatste – verwerkt Leroy de verschillende beelden en prikkels die in de museumzaal aanwezig zijn in zijn eigen collage. Het ritme en de associaties van Sedocs katoenen doeken verweeft Leroy met de zijne. Hij beschrijft een marktplein, een vlakte, en mensen die de krant samen lezen en hierover discussiëren op ‘de negende verdieping’. Misschien ook, stelt Leroy, pikt hij dit ritme niet op van het werk van Sedoc, maar van de vlakken van de installatie van Wendelien van Oldenborgh, Prologue: Squat/Anti-Squat aan de andere kant van de zaal. In deze tweedelige film raken activisten van verschillende generaties met elkaar in gesprek, en Leroy wijst ons vluchtig op enkele elementen uit dit werk, die hij eruit oppikte. 

Een zaal verder vertelt Alicia over de werken van Ahmet Öğüt, die verschillende werken uit de collectie van het Stedelijk opnam in zijn werk Bakunin’s Barricade. Het werk is gebaseerd op het gedachtengoed van de 19e-eeuwse revolutionair, Mikhail Bakunin, die voorstelde om werken uit de nationale collectie te gebruiken in hun barricade, om te voorkomen dat de Pruisische soldaten de revolutie zouden neerslaan. Alicia leest de toelichting van het werk voor en begint met elk woord harder te praten, tot ze staat te schreeuwen in de museumzaal. 

We lopen doorrichting de blauwe vloerbedekking van tentoonstellingsontwerpers Müller Van Tol: een soort rustpunten die in de tentoonstellingsscenografie op meerdere punten terugkomen. Ik word uitgenodigd het me eens gemakkelijk te maken, in plaats van zo snel mogelijk door te willen lopen. Alicia gaat zitten. Wij gaan ook zitten. Alicia gaat liggen. Wij doen hetzelfde. Alicia vertelt ons de ogen te sluiten en het tapijt te voelen, met haar stem neemt ze ons mee. De zee in. Alle zorgen vallen haast meditatief van m’n schouders, terwijl we gezamenlijk wegdrijven in de vloerbedekking. Waar onze zorgen verzinken, haalt zij haar herinnering op aan deze plek. Zij vraagt ons het tapijt te gebruiken om de kunstwerken die wij hier ooit hebben gezien op te tekenen met onze vingers. Waar de muren doorgaans zo wit en leeg zijn dat ze je herinneringen aan de plek doen vergeten, tekenen we nu onze favoriete kunstwerken met onze vingers in het tapijt. 

Performance-opname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Sarah van Lamsweerde i.s.m. Alicia Hoost en Leroy de Böck, Sightless Seeing #4: Acquisitions, Stedelijk Museum Amsterdam, 2020, foto Maarten Nauw

Zaalopname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Ghita Skali, Ali Baba Express: Episode 2, 2020. Foto Peter Tijhuis.

Zaalopname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Remy Jungerman, PROMISE IV, 2018–2019 (links) en Sadik Kwaish Alfraji, Sing like the Southerners Do, 2019 (rechts). Foto Peter Tijhuis.

Het tapijt loopt tussen verschillende zalen, en eindigt ter hoogte van de installatie facade suspended, waar kunstenaar Pieter Paul Pothoven ons meeneemt naar 1985. Alicia vertelt ons hierbij dat het object een winkelpui voorstelt en wel die van de Overtoom 274. Hier zouden vermoedelijk destijds leden van RARA, een collectief dat streed tegen apartheid, een aanslag op een onbemande winkelruimte van de Makro in Duivendrecht hebben voorbereid. Dit deden zij als protest tegen de medeplichtigheid van Nederlandse bedrijven aan het apartheid regime in Zuid-Afrika. Alicia beeldt zich die medeplichtigheid in: ‘Na afloop verbrand je je kleren in de kachel, en doe je alsof je er niks mee te maken had.’ Ze imiteert de vlammen van de kachel door een van de posters te verkreukelen, die in stapels in de installatie te krijgen zijn.  

Zaalopname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Pieter Paul Pothoven, facade suspended, 2018. observatie contra observatie, 2020. Foto Peter Tijhuis.

Na door het portaal van Pothoven heen te zijn gestapt worden we uitgenodigd de rest van de tentoonstelling in ons eigen ritme te ervaren: ‘Loop door de ruimte, maar probeer geen van de werken te koloniseren’, geeft Alicia ons nog mee, als wijsheid ter afscheid.  

‘Loop door de ruimte, maar probeer geen van de werken te koloniseren’, geeft Alicia ons mee, als wijsheid ter afscheid

Ik zie nog het werk van Anna Dasović Before the fall there was no fall. Episode 01: Raw material, waar ik getuige ben van een rollenspel waarin een traumatische historische gebeurtenissen worden uitgespeeld vóórdat ze hebben plaatsgevonden. Enkele ruimtes verder zit ik in een witte tuinstoel, en kijk ik naar installatie van Rowena Buur, Zonder hoop heb ik geen dromen, een droefgeestig registratie van een poging van vader en kind om elkaar opnieuw te leren kennen. Ik dwaal nog even door een bijna mediatieve, sensoriele ruimte bij Leonardiansyah Allenda, waarin complexe verhalen –over de ‘nieuwe vorm van onderdrukking’ die in Indonësie ontstond nadat Nederlandse en westerse opgelgde ideologieën niet werkten– verteld worden zonder er te veel woorden aan vuil te maken.

Anna Dasović, Before the Fall there was no Fall. Episode one; Raw material, 2019, still. Met dank aan de kunstenaar.

Zaalopname In the Presence of Absence. Voorstellen voor de museumcollectie. Leonardiansyah Allenda, Chapter 6: Marni, 2020. Foto Peter Tijhuis.

De performance van Van Lamsweerde rijgt de reeks verhalen in de tentoonstelling aaneen, en zet voor de verandering het niet-kijken centraal. Met Sightless Seeing #4 wordt het Stedelijk even méér dan een witte, steriele omgeving waar je ogen het werk doen, en je de rest van je lichaam in principe net zo goed thuis had kunnen laten. Ik word uitgenodigd om het me gemakkelijk te maken, om een geschilderde houding aan te nemen en soms zelfs om een werk aan te raken. Zo komen de gedeelde verhalen des te meer binnen. De tentoonstelling is er een om naar terug te keren. Meerdere keren. Ik doe m’n ogen open, maar doe ze vooral ook eens dicht, om eens te ervaren wat er nog meer te zien is.  

Sightless Seeing #4 vindt nog plaats op 28 nov 2020, 9, 12, 16 dec 2020, 2 jan 2021

 

In the Presence of Absence is nog te zien t/m 31 januari 2021.

Minke van Schaik

is schrijver en kunsthistoricus

Recente artikelen