metropolis m

Still uit Sophie Bates, ‘Magnets’, 2023

Stilaan biedt Rotterdam Zuid een steeds rijkere humuslaag voor nieuwe kunstinitiatieven. We schreven al vaker over de experimenten van Shimmer en Verhalenhuis Belvédère maar er is veel meer aan de hand. Een nieuwe plek is de projectruimte WET film. Nathalie Hartjes woont op Zuid (al heel lang en met veel plezier), doet er onderzoek naar de culturele ontwikkelingen, en weet dus waar ze over schrijft als ze een bij een bezoek aan een project bij WET film stuit op de hardnekkige strijd tegen stereotypering.

Verborgen op de bovenste verdieping van De Hillevliet, creatief en maatschappelijk verzamelgebouw in Rotterdam Zuid, vind je de projectruimte van WET film. De Hillevliet, een voormalige technische school, bevindt zich op de hoek van de Polderlaan en de plantsoengracht Hillevliet. De Polderlaan heeft recentelijk een opknapbeurt gehad, maar zijn gevels bieden nog altijd een pokdalig aanzicht en verraden sporen van achterstelling. De plantsoengracht Hillevliet toont zich daarentegen statig; de herenhuizen, waarvan sommige best een likje verf kunnen gebruiken, bezitten een zekere tijdloze allure.

De eerste beelden die in de projectruimte op je afkomen zijn afkomstig van de driekanaals video Tagged (2003). Te zien zijn jonge mannen met een migratieachtergrond, in een slaapkamer van bescheiden omvang. Er is steeds één persoon per scherm in beeld. De mannen wisselen af in het beeld, de slaapkamer blijft hetzelfde. Soms zien we dezelfde persoon verschijnen op meerdere schermen, maar gradueel worden nieuwe gezichten geïntroduceerd, die dan weer voor kortstondig de hoofdpersonen worden. Hun handelingen zijn steeds nagenoeg hetzelfde: de jongens rommelen door kledingstukken, trekken steeds een ander stuk naar voren, en kleden zich soms ook voor de camera om. Ze vertellen welke merken ze mooi vinden en hoeveel de kleding kostte. De kunstenaar, Julika Rudelius, blijft uit beeld, maar het is duidelijk dat de jongens op dezelfde vragen reageren. Hun bespiegelingen worden niet zonder aansporing gegeven. In intermezzo’s zijn de genoemde bedragen aan elkaar geplakt: ‘Vijftig euro, tweehonderddertig euro, honderdachtig euro…’ Het zorgt voor een ritmische, bijna hypnotische herhaling. 

Tagged is ongemakkelijk om naar te kijken; je vóélt het gebrek aan zeggenschap dat de mannen hebben over de manier waarop ze in beeld worden gebracht

Tagged is ongemakkelijk om naar te kijken; je vóélt het gebrek aan zeggenschap dat de mannen hebben over de manier waarop ze hier in beeld zijn gebracht. De ritmische herhaling van de bedragen doet ze overkomen als mensen die enkel op geld gericht zijn. Het stereotypebevestigende beeld lijkt in te stemmen met meer recente patserwetten. Maar, als je je oren spitst, hoor je de jongens óók getuigen van de maatschappelijke druk die ze drijft hun voorkomen met zoveel zorg te behandelen en vertellen over de spagaat die dit, in combinatie met de geldende sobere waarden aan het thuisfront, oplevert.

Julika Rudelius, 'Tagged', 2003, bij WET film, foto: Nick Thomas

Verderop in de ruimte staat een tv met een paar kussens ervoor. Op dat scherm zitten wat jonge mensen rondom een kampvuur. De camera schiet nonchalant langs het gezelschap, alsof slechts in één hand vastgehouden, de andere hand houdt waarschijnlijk een biertje vast. Op de achtergrond hoor je de filmmaker, Bates zeggen dat ‘it’s better when people just ignore the camera’. Een van haar vrienden reageert: ‘for you?’ 

Het beeld springt van de ene persoon naar de andere, blijft soms kort onveranderd en richt zich dan weer op het vuur, of op een paar schoenen. Het gezelschap fantaseert over de mogelijkheid om de borg verstek te laten gaan in ruil voor de mooie vuurkorf. Vanachter de camera vraagt Bates een van haar vrienden ‘You’re high aren’t you? You look high’. De camera beweegt nonchalant naar de persoon links van haar en vangt zijn gezicht. De jongen roept: ‘Don’t film me!,’ en verspreekt zich: ‘I’m not a human being’. Het beeld blijft even hangen, treiterend. ‘You’re not a human being? You’re just an object’ reageert Bates vanachter de camera.

Sophie Bates, 'Magnets', 2023, bij WET film, foto: Nick Thomas

De video De Magnet Part 1 (2023), is een compilatie van beeld dat over een periode van ongeveer drie jaar is geschoten. Beelden van het uitje naar de camping – dat plaatsvond tijdens de verveelde maar ook onzekere coronatijd – worden afgewisseld met veelzeggende terug- en vooruitblikken. Naar Bates’ intrek in een nieuwe studio, bijvoorbeeld, en de ontmoeting met studiogenoten en vriendengroep die zichzelf ‘MAGNET’ noemt, een diefstal die hun band hechter maakt en keukentafelgesprekken. Die gesprekken zijn recent opgenomen. Bates vraagt haar vrienden hoe het voelde om zo in beeld gebracht te worden door haar.

Deze worsteling – wat mag je verlangen als autonoom maker en ten koste van wie?­ – zie je ook terug in de film. Bates’ vrienden komen dan wel in beeld, toch kijkt de camera vaker schichtig weg, en wordt er ingezoomd op schoenen of de rommel op tafel

Still uit Sophie Bates, 'Magnets', 2023

De ongelijkwaardige verhouding die bestaat tussen film- of beeldmaker en degenen die in beeld worden gebracht is het onderwerp van zowel de tentoonstelling als Bates’ eigen filmische onderzoek. De kunstenaar spaart zichzelf niet, brengt haar eigen zelfzuchtigheid nadrukkelijk in beeld. Als een van vrienden laat weten geen onderdeel van haar werk te willen worden, reageert ze ongevoelig:  ‘I don’t want to be censored’. Even later schikt ze toch weer in. Deze worsteling –wat mag je verlangen als autonoom maker en ten koste van wie?­–zie je ook terug in de film. Haar vrienden komen dan wel in beeld, toch kijkt de camera vaker schichtig weg, wordt er ingezoomd op schoenen of de rommel op tafel. Het beeld schiet dan langs de gezichten heen. Het is alsof Bates zichzelf, schoorvoetend dan wel, toch onderwerpt aan zelfcensuur. Alsof de camera letterlijk wegkijkt om oogcontact te vermijden en toch wat zachtheid te brengen.

In de films van Bates en Rudelius worden de personages in zekere zin beheerst door de makers. Het werk van Cheryl Dunye formuleert echter juist een krachtige claim op zelfbeschikking en zelfrepresentatie. Twee vroege werken van Dunye worden achtereenvolgens op een tv getoond: She Don’t Fade (1991) en The Potluck and the Passion (1993). Beide korte films voeren je mee in een faux-documentaire over de pseudo-intellectuele lesbische scene van New York van de jaren negentig. De cast bestaat uit een etnisch divers gezelschap van tomboys, dykes en femmes; allen delen interesses in fotografie, ontwikkelingssamenwerking en activisme. Aan de hand van smeuïge sensuele verhaallijnen tast Dunye intersectionele vraagstukken af zoals die zich voordoen in het banale leven. Van minachtende opmerkingen over elkaars bijdragen aan ‘the potluck’ tot hautaine veronderstellingen over elkaars geleefde ervaringen. ‘She doesn’t even identify as a lesbian’, beklaagt de gekrenkte witte Megan zich in de camera, wanneer haar liefdesinteresse Tracy, een zwarte vrouw, zich laat charmeren door de wat oudere en tevens zwarte Evelyn – op haar beurt overigens even onuitstaanbaar door de wijze waarop zij zich op haar ‘wereldwijsheid’ beroept.

In tegenstelling tot de films van Bates en Rudelius zijn de personen die de hoofdrol spelen in Dunye’s werk óók de mensen achter de camera. Soms wordt dat expliciet gemaakt, zoals wanneer Dunye de eerste film aftrapt door te verduidelijken dat zij zelf de hoofdrol, Shae, speelt. Soms is het implicieter, zoals wanneer je vanachter de camera de stem van Paula hoort – die zowel Dunye’s als de fictieve  Shae’s bestie speelt – om acteurs aanwijzingen te geven in een seksscène. De scène wordt met speels ongemak gefilmd, wat overigens vooral bijdraagt aan de sensualiteit. En dan blijkt er volgens de aftiteling ook nog een ‘echte’ Shae in de cast te zitten, vermoedelijk de acteur die de romantische overwinning van de fictieve Shae speelt in She Don’t Fade.

Cheryl Dunye, 'The Potluck and the Passion ', 1993, bij WET film, foto: Nick Thomas

In tegenstelling tot de films van Bates en Rudelius zijn de personen die de hoofdrol spelen in Dunye’s werk óók de mensen die achter de camera de touwtjes in handen houden

Fictieve lijntjes knopen de verhalen van echte mensen aan elkaar, en door deze verwarring worden niet de personen in de film, maar de kijker speelbal van de filmmaker. Die kan immers vermoeden welke naam of welk verhaal bij welk gezicht hoort, maar zeker weten doet hij dat niet. Het enige wat overduidelijk is, is dat we op een of andere manier, tussen abstracties en anekdotes in, kijken naar een groep mensen die hun eigen verhaal vertelt.

Het werk van Rudelius lijkt niet goed stand te houden in deze tijd. We zijn ons collectief bewuster geworden van de mechanismen van framing en stereotyperingen die ook zij hier hanteert. En zeker op deze plek, in Rotterdam-Zuid, doet het pijn ernaar te kijken, omdat we ons midden in de gemeenschappen bevinden die nog altijd met die ongelijkwaardigheid en stereotyperingen geconfronteerd worden. Maar er is nóg een film van Rudelius, net verborgen in een andere zaal, die haar verlost van de rol als boeman. In Economic Primacy (2005) brengt zij met evenveel frontale hardheid vijf zakenmannen in beeld die vertellen over hun verhouding tot macht en geld. Ze zijn allen wit, goed gekleed, en gefilmd tegen de achtergrond van hun goed ingerichte kantoren. Hun overpeinzingen reiken van lichte ontkenning ‘Ik heb geen macht, maar wel vrijheid’ tot een botweg gebrek aan medeleven: ‘Dan heb je al die mensen met plastic tasjes vol problemen’. De laatste woorden uitgesproken door Ton Elias, die het later tot VVD-coryfee geschopt heeft.

Julika Rudelius, 'Economic Primacy', 2005, bij WET film, foto: Nick Thomas

Die ‘plastic tasjes’ vol problemen liggen hier precies op de aangrenzende straten. De alsmaar groter wordende kloof tussen arm en rijk kunnen we herleiden tot het hardheidsbeleid waar Elias´ partij jaren voor heeft gestaan. Gezien als tweeluik, want het is de bewuste opzet van Rudelius dat de films gezamenlijk worden getoond, kantelt de blik van vooroordelen over de jongens in de eerste film, naar een veroordeling van de gewichtige mannen in de tweede. Hun gemakzuchtige overdenkingen en vanzelfsprekendheid over macht en geld verklaren de nood van de jonge mannen zich met geld geworven status te profileren. Het voelt als een opluchting dat de macht van de camera hier zonder genade wordt ingezet tegen het onderwerp.

In Economic Primacy (2005) brengt Rudelius met evenveel frontale hardheid vijf zakenmannen in beeld die vertellen over hun verhouding tot macht en geld

De tentoonstelling van Bates is intiem en voelt als een opengeslagen dagboek. Ze maakt ons deelgenoot van haar zoektocht hoe om te gaan met de asymmetrische verhoudingen die ontstaan wanneer een persoon de camera in de hand neemt. Ze lijkt zich door middel van de tentoonstelling af te vragen ‘Hoe kun je er als filmmaker voor zorgen dat je eigen doen en laten rijmen met de wereld om je heen?’. Wat dat betreft is de tentoonstelling een zorgvuldige maar ook gedurfde bijdrage aan een discours over ethiek in makerschap, juist omdat het ook de keerzijde toont. Echter de expositie voelt beperkt binnen dat intellectuele domein. Het is niet de keuze geweest van WET film om hier nog publieksprogramma aan toe te voegen, vermoedelijk voor een klein collectief ook een gebrek aan capaciteit. Wellicht begrijpelijk, maar ook heel jammer omdat juist op deze plaats het gesprek over wat beeldvorming in de praktijk betekent doorleefd wordt. 

De tentoonstelling met werk van Sophie Bates, Cheryl Dunye en Julika Rudelius was tot 6 mei te zien bij WET film

WET film bestaat uit Anna Łuczak, Erika Roux, Marta Hryniuk, Nick Thomas en Sophie Bates, Aan de hand van hun eigen werk en dat van anderen tasten hun screenings en tentoonstellingen de praktische uitdagingen, verlangde werkelijkheden, maar ook moreel-ethische kwesties af waar je als filmmaker mee te maken krijgt. Naast hun publieksactiviteiten functioneren ze ook als support platform voor elkaar en de kunstenaars met wie zij werken, door arbeid, apparatuur en expertise voor elkaar beschikbaar te stellen.

Nathalie Hartjes

is directeur MAMA

Recente artikelen