metropolis m

Prishtina, foto door de auteur

‘Manifesta is een stap in de juiste richting’, zegt de een. ‘Manifesta is niets meer dan symboolpolitiek’, zegt een ander. Tijdens haar bezoek aan Prishtina, waar de nomadische biënnale momenteel haar laatste weken beleeft, ontmoet Laura van den Bergh enkele bewoners van de Kosovaarse hoofdstad en talloze door Manifesta geplaatste kunstwerken. Allemaal werpen ze andere perspectieven op een stad in ontwikkeling. 

Ik ontmoet hen in de lift van het Grand Hotel in Prishtina, tijdens een rondleiding, dansend bij een rave in de overweldigend grote hal van het Paleis van Jeugd en Sport, of via een gemeenschappelijke kennis. In die zonnige week in juli, tijdens de openingsdagen van Manifesta, waar we wandelen langs de betonnen boulevards, en in cafés onze stem verheffen om boven de altijd-net-iets-te-harde muziek uit te komen. Ze komen uit Duitsland, Bulgarije, Italië, Albanië, Servië, Zwitserland of Kosovo. Maar nu zijn ze allemaal hier, in Prishtina. Hun verhalen vormden mijn ervaring van de stad tijdens Manifesta en kleuren nog altijd mijn herinneringen aan de tijd die ik er doorbracht.

Prishtina. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Leart Rama

Prishtina, foto door de auteur

De nationale bibliotheek van Kosovo, foto door de auteur

Hertica School House, 2022. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Atdeh Mulla

Ik kom aan in de Kosovaarse hoofdstad als naïeveling en voel me, hoe meer verhalen ik hoor, steeds naïever worden. Keer op keer sommen mijn gesprekspartners geduldig de meer en minder recente geschiedenis van Kosovo op, de hedendaagse uitwerkingen ervan, de nog altijd onmetelijke invloed ervan op hun levens. Het zogeheten Kosovo-conflict dat tussen 1998 en 1999 ontplofte tussen de etnische Serviërs en de etnische Albaniërs was een culminatie van spanningen die al decennia voortduurden. Toen de NATO zich erin ging mengen door militaire doelwitten uit te schakelen aan de Servische zijde, reageerden de Servische en Joegoslavische machten eerst met een strenge segregatie en vervolgens met de etnische zuivering van de Albanese gemeenschappen in Kosovo. Geleidelijk aan waren de Albanezen niet langer welkom in publieke instellingen als scholen, universiteiten en ziekenhuizen. Er ontstond een ondergronds, parallel systeem, grotendeels ondergebracht in woonhuizen.

Het plan is uiteindelijk om van het verwoeste gebouw een museum te maken waarin de herinneringen aan het parallelle en geïmproviseerde systeem dat de Albanezen hadden opgebouwd, levend worden gehouden

School Without School, 2022 © ETEA. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Majlinda Hoxha

School Without School, 2022 © ETEA. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Majlinda Hoxha

Temidden van de toenemende segregatie werd ook de Hertica school in 1990 ondergebracht in een woonhuis aan de rand van de stad. Als onderdeel van het Manifesta-programma is in dit verwoeste gebouw de videoserie School Without School te zien, met daarin een tiental verhalen uit deze periode. Het gebouw is een ruïne; scherven glas en dakpan knerpen onder je schoenen, sommige muren zijn zwartgeblakerd, het dak dat het gebouw nu beschermt is er recentelijk door Manifesta opgezet. Op een van de videoschermen, opgesteld voor een rij vervallen schoolbankjes, vertelt Habibe Aliu, voormalig leerling van deze school, dat haar klasgenoten onderweg naar school regelmatig staande werden gehouden door Servische militairen. Als ze werden betrapt met studieboeken of schriften, werden ze bedreigd: ‘Als ik je nog eens met een schrift zie, laat ik je pas door als je het helemaal hebt opgegeten!’ De aangesproken leerling durfde een week lang niet meer naar school te komen. Uiteindelijk werd het gebouw door Servische militairen verwoest.

De videoserie is slechts een opmaat naar een groter project rondom de Hertica school. Het plan is uiteindelijk om van het verwoeste gebouw een museum te maken waarin de herinneringen aan het parallelle en geïmproviseerde systeem dat de Albanezen hadden opgebouwd, levend worden gehouden. Er zal nog veel moeten gebeuren voordat het gebouw veilig opengesteld kan worden voor het publiek. 

Not a word..., 2022 © Ugo Rondinone. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Ivan Erofeev

Middenin de stad, op het Adem Jashariplein staat een hoog monument dat in de volksmond ‘trekëndëshi’, de driehoek, wordt genoemd. Het werd in 1961 gebouwd in opdracht van Josip Tito. De drie punten die dit Monument aan de Helden van de Nationale Bevrijdingsbeweging sieren, staan voor de drie grote etnische meerderheden van Kosovo – Serviërs, Albanezen en Montenegrijnen – en zou symbool staan voor hun eenheid en broederschap. Het monument is altijd omstreden geweest en door de jaren heen zowel beklad als versierd en ingekleurd met graffiti. Inmiddels was het een halfvergeten meubelstuk in de woonkamer van Prishtina. Tot Ugo Rondinone het voor Manifesta inpakte met glimmende paarse folie en het een nieuwe, opzichtig lange titel gaf: Not a word not a thought not a need  not a grief  not a joy  not a girl  not a boy  not a doubt   not a trust  not a lust  not a hope  not a fear  not a smile  not a tear  not a name  not a face  not a time  not a place  not a thing. Met deze opvallende interventie plaatst hij niet alleen de elegantie van de sculptuur in een nieuw licht, ook de debatten en geschiedenis die erachter schuilgaan staan weer op scherp. Het is begrijpelijk dat deze interventie gemengde reacties heeft opgeroepen, met name onder de oudere bevolking van de stad. Ondertussen, zo vertelt onze gids, lijkt de jongere bevolking Rondinones ingreep vaker mooi of grappig te vinden.

Aphasia (Act Three) - A Kid from the Neighbourhood, 2019 © Jelena Jureša. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Atdeh Mulla

Om te ontsnappen aan het heetste moment van de dag, bezoek ik de tentoonstelling Good as Hell: Voicing resistance in de National Gallery van Kosovo. Hier blijf ik haken op het indrukwekkende video-essay Aphasia Act 3: A Kid from the Neighbourhood van Jelena Jureša. De tachtig minuten durende video draait om een bekende nieuwsfoto van Ron Haviv, waarop een man een ogenschijnlijk dode Moslimvrouw die door Servische paramilitairen is omgebracht, tegen het hoofd schopt. De man wordt later, tijdens de Joegoslavië Tribunalen, geïdentificeerd als Srđan Golubović, lid van de Servische vrijwillige militairen, Max voor vrienden, populair als DJ Max in Belgrado. In Jureša’s essay wordt de foto nooit getoond, maar wordt deze tot leven gewekt door een vrouw die vertelt hoe ze dansend in een club opeens de DJ herkende als de nooit veroordeelde oorlogsmisdadiger. Ze vergelijkt zijn bewegingen van toen en nu. Men vertelde haar dat hij een vrolijke man is, dat zijn ergste gebrek zijn ochtendhumeur is, dat hij gewoon ‘a kid from the neighbourhood’ was. Haar verhaal wordt aangevuld met muziek en een emotionele choreografie. Jureša bevraagt ermee op indringende wijze de absurditeit van collectief zwijgen, polarisatie en de verleiding van groepsgeweld.

Above Everyone, 2022 © Alban Muja. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Ivan Erofeev

Hoewel Kosovo sinds het einde van het Conflict in 1999 in relatieve vrede verkeert, zijn veel aspecten van het dagelijks leven nog altijd geïmproviseerd. Het merendeel van de gebouwen in Prishtina is illegaal gebouwd. Mensen, huizen, winkels worden niet altijd ingeschreven of geregistreerd. Kunstenaar Alban Muja maakte er voor Manifesta een kunstwerk over; hij bouwde een huis boven op het voormalige Germia warenhuis pal in het centrum van Prishtina. Het gebouw zou eigenlijk gesloopt worden, maar werd gered door aanhoudende protesten van de lokale bevolking. Tot ieders verbazing kreeg Muja toestemming om zijn bouwwerk er pontificaal bovenop te zetten, mits hij zou beloven dat hij het na Manifesta weer zou afbreken. Iemand vertelt me dat er nu een vriendin van hem woont en wijst me op het raam rechtsboven: ‘Daar heb ik gisteravond nog rakia gedronken!’

Hoewel Kosovo sinds het einde van het Conflict in 1999 in relatieve vrede verkeert, zijn veel aspecten van het dagelijks leven nog altijd geïmproviseerd. Het merendeel van de gebouwen in Prishtina is illegaal gebouwd. Mensen, huizen, winkels worden niet altijd ingeschreven of geregistreerd

Zo’n geïmproviseerde manier van leven geeft vrijheid, een vrijheid waar veel bewoners van Prishtina dankbaar gebruik van maken. Het aanvragen van een vergunning voor het openen van een winkel, het bouwen van een huis, het aansluiten van stroom of water; voor veel mensen lijken dit slechts optionele hinderingen. Ik vraag naar de enorme kluwen elektriciteitsdraden die zich vanaf de houten palen op elke straathoek in alle richtingen uitstrekken. Mijn gesprekspartner trekt haar wenkbrauwen op: ‘Je denkt toch niet dat die door de energiemaatschappij zijn aangelegd?’

Maar deze vrijheid kan ook omslaan in vrijblijvendheid daar waar orde en regelgeving juist gewenst zijn. Iemand vertelt me over de keer dat ze medische hulp nodig had en dat het ambulancepersoneel weigerde haar mee te nemen naar het ziekenhuis. Later bleek dat het ziekenhuis aan het sparen was voor nieuwe apparatuur. Iedereen die niet in acuut levensgevaar verkeerde moest genoegen nemen met zware pijnstillers of diep in de buidel tasten en aankloppen bij een private instelling. Ze verzekerde me dat haar verhaal geen uitzondering is. Zelfs in de publieke ziekenhuizen moeten sommige dokters, verpleegsters en ambulancebroeders worden omgekocht; er is geen vangnet voor mensen die geen geld hebben voor adequate zorg. Op straat lopen opvallend veel mensen met grote littekens op hun huid, ik ontmoet meerdere mensen die een oog missen.

The Flat. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Atdeh Mulla

Sister Flats, 2022 © Alicja Rogalska. Photo © Manifesta 14 Prishtina Ivan Erofeev

Een appartement aan de rand van een woonwijk van Prishtina, door Manifesta omgedoopt tot ‘The Flat’, is door Alicja Rogalska ingericht als feministische ‘safe space’. Ik ontmoet de kunstenaar in de woonkamer, waar ze zachtjes deinend en rondwandelend de baby op haar buik in slaap probeert te sussen. Ze vertelt over de achtergestelde positie van vrouwen in de traditionele Kosovaarse cultuur; dat ze hun hele jeugd worden aangemoedigd te werken aan hun bruidsschat, dat ze vanaf het moment van trouwen geen recht meer hebben op eigen bezit. Dat vrouwen door hun eigen familie verstoten worden als ze toegeven te willen scheiden van hun man. Het zijn niet haar eigen ervaringen, maar die van de vele vrouwen die ze sprak in de aanloop naar Manifesta. In het appartement staan verschillende werken opgesteld die hun verhalen vertegenwoordigen. Er wordt thee geschonken met zelfgebakken koekjes. Elke maandag is The Flat gesloten voor het publiek en zijn er vrouwelijke advocaten aanwezig waarbij lokale vrouwen kosteloos en anoniem juridisch advies kunnen inwinnen. Hoewel het ontegenzeggelijk een goed initiatief is, hoop ik dat ze The Flat weten te vinden.

Het publieke zwembad in Germia park, foto door de auteur

Voor iemand geboren in Kosovo is het niet mogelijk om zomaar naar het buitenland te vertrekken om daar betere zorg te ontvangen, een studie te volgen of om (reis)ervaringen op te doen. Van alle landen in de westelijke Balkan is Kosovo nog altijd het enige dat niet in aanmerking komt voor visumvrij reizen, wat betekent dat als je geboren bent in Kosovo je niet naar het buitenland kan gaan zonder een visum aan te vragen. Dat kost niet alleen handenvol geld maar kan weken of zelfs maanden duren. Voor de duidelijkheid: gemiddeld verdient een Kosovaar tussen de 150 en de 400 euro per maand, een visum kost minstens 200 euro.

Toen de president van Kosovo, Vjosa Osmani, in juni afreisde naar de Balkantop in Brussel, was ze de enige aanwezige die een visum moest regelen voor haar bezoek. Hoewel er uitgebreid vergaderd werd over de vrijwel complete stilstand in de toetreding tot de EU van zes andere Balkanlanden (naast Kosovo zijn dat Montenegro, Albanië, Noord-Macedonië, Servië, Bosnië & Herzegovina), werd wederom de huidige situatie van Kosovo niet eens besproken, tot Osmani’s enorme teleurstelling.[1] Ondertussen mogen alle andere Balkanlanden wel vrij reizen.

Grand Hotel Prishtina. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Atdhe Mulla

The Suite. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Majlinda Hoxha

In het centrum van Prishtina staat het Grand Hotel, een iconisch gebouw met een turbulente geschiedenis. Zo huisde het ooit de grootste kunstcollectie van Kosovo, had Josip Tito er zijn eigen appartement (bovenstaande foto), en werd de kelder gedurende het Kosovo-conflict gebruikt als martelkamer. Nu is het deels vervallen gebouw het middelpunt van Manifesta en wordt er de centrale tentoonstelling, The Grand Scheme of Things, getoond. Hier stuit ik op de film The Wanderers van Adrian Paci, een verstilde meditatie op het dwalen over de aarde. Verdeeld over twee schermen zijn mensen en dieren te zien die zich door de bergachtige landschappen van Albanië bewegen. Ze lopen, soms naar de camera toe, soms ervan weg. De camera glijdt langs een jongetje dat alleen loopt, langs een boer met geiten, een eenzaam paard, langs een bruid en bruidegom die voor hun bruidsstoet uitlopen. Onverstoorbaar en vanzelfsprekend lopen ze door, zonder een duidelijk vertrekpunt of bestemming. We dwalen en reizen nou eenmaal, lijkt de boodschap.

The Wanderers, 2021 © Adrian Paci. Photo © Manifesta 14 Prishtina

SIN, 2004 © Driton Hajredeni. Photo © Manifesta 14 Prishtina

In meerdere gesprekken word ik gewezen op het indrukwekkende videowerk SIN (2004), dat ook te zien is in het hotel. Hierin reflecteert Driton Hajredeni op zijn eigen identiteit als Albanese Kosovaar, zich afvragend waarom hij en zijn landgenoten dermate gediscrimineerd worden in Europa. Hoewel Hajredeni zelf moslim is, stapt hij in SIN over de drempel van een katholieke kerk om in het biechthokje te vragen of hij onbewust en onbedoeld een zonde heeft begaan door als Albanees in Kosovo geboren te zijn. Welke zonden hebben de Kosovaarse Albanezen toch begaan om door de geschiedenis heen zo consequent gestraft te worden? Het antwoord van de priester is ontkennend: ‘Geboren worden is geen zonde, je hebt niet gezondigd.’ In de kamer ernaast wordt SIN2 getoond, dat Hajredeni veertien jaar later maakte ter gelegenheid van Manifesta. De vraag is hetzelfde en het antwoord blijft wederom uit. Er is nog altijd geen verandering gekomen in de situatie van Hajredini en zijn landgenoten.

Het liefst zou ik mijn gesprekspartners tijdens mijn verblijf in Prishtina hebben uitgenodigd bij mij thuis in Nederland, maar het blijkt juist dit land dat, samen met Frankrijk, de visum ontheffing voor Kosovo blokkeert. Een van mijn gesprekspartners heeft politicologie gestudeerd en zich verdiept in de criteria waar Kosovo al aan heeft moeten voldoen om in aanmerking te komen voor visum-vrij reizen. Het zijn er veel meer dan voor andere Balkanlanden, benadrukt ze. Inmiddels verschuilt de Nederlandse overheid zich achter de term ‘corruptie’, volgens haar een te gemakkelijk excuus. Landen als Servië, Turkije en Albanië, die volgens de Corruption Perception Index van 2021 hoger scoren op corruptie, mogen weliswaar ook niet zomaar toetreden tot de EU, ze mogen wel visum-vrij reizen. Ze voegt eraan toe: ‘En zelfs al zou mijn overheid corrupt zijn, waarom moeten wij, Kosovaren, daar dan dermate onder lijden?’

Çelësa Punues, Key Service, 2022 © Liz Broto. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Atdeh Mulla

Çelësa Punues, Key Service, 2022 © Liz Broto. Photo © Manifesta 14 Prishtina, Atdeh Mulla

Meet a local/visitor. Swap a copy of your house key.’ Met deze op het oog eenvoudige instructies nodigt Luz Broto met het project Key Service bezoekers en bewoners van Prishtina uit om deel te nemen aan een artistiek experiment. Bij de Çelësa Punues sleutelmaker in het centrum van Prishtina kun je kosteloos je sleutel laten namaken en ruilen tegen een sleutel die er door een ander is achtergelaten. Als ik de kunstenaar tref op een terrasje, vertelt ze me dat de intentie was om drempels te verlagen: de grenzen van Kosovo mogen dan nog deels gesloten zijn, onze deuren staan voor elkaar open. Het is een mooi idee. Toch voelt het wrang dat ik een sleutel in handen kan krijgen van een huis dat hier om de hoek staat, terwijl mijn voordeur voor veel Kosovaren nog zo ver weg is.    

Manifesta is een stap in de juiste richting, op weg naar Europa, naar gedeelde waarden, naar een vrij verkeer van mensen en goederen, klinkt het voorzichtig als we in een café zitten. Manifesta is niets meer dan symboolpolitiek, wordt geroepen aan de eettafel. In de lift vertelt iemand me teleurgesteld dat ze had gehoopt dat de bezoekers en de medewerkers van Manifesta zich bewuster hadden getoond van de lokale situatie. Terwijl we koffie drinken, vertelt iemand me dat Manifesta de meeste bewoners van Prishtina onverschillig laat. Als ik ’s avonds een Peja, het meest gedronken bier in Kosovo, opentrek, bruist mijn gesprekspartner juist over van enthousiasme: ‘Het is fantastisch dat Manifesta hier plaatsvindt, en het had niet op een beter moment kunnen gebeuren!’ Of Manifesta ook de opmaat zal vormen voor politieke veranderingen, valt nog te bezien. Ik hoop vooral dat ik binnenkort mijn nieuwe vrienden kan uitnodigen in Nederland.

*Deze tekst is geschreven naar aanleiding van zo’n acht ontmoetingen die plaatsvonden tijdens en na de persrondleidingen van Manifesta in Prishtina. 

 

Manifesta is nog t/m 30 oktober geopend, klik hier voor meer informatie. Zie voor een gesprek met curator (creative mediator) Catherine Nichols Metropolis M Nr 3-2022 Make Friends, Not Art

[1] https://www.nrc.nl/nieuws/2022/06/21/al-veel-te-vaak-heeft-de-europese-unie-kosovo-teleurgesteld-a4134210

Laura van den Bergh

is eindredacteur van Metropolis M

Recente artikelen