metropolis m

Pieterjan Ginckels – NO BULL PREMIUM TAURINE. Initial Can Offering, 2018, performance tijdens de opening, Eating Each Other, Kunsthal Extra City, foto: Mark Rietveld

In Extra City wordt het cultureel kannibalisme van allerlei kanten belicht. Wat levert dit radicale model van uitwisseling ons op om na te denken over de huidige multiculturele manier van samenleven? 

Reappropriatie lijkt het nieuwe modewoord. Iedereen  heeft er een mening over, etnische groepen protesteren ertegen, definities worden herbekeken. Zo voert onder andere de recente, om meerdere redenen, maatschappelijk relevante superheldenfilm Black Panther (2018) de gesprekken aan. Er worden vanuit de media vragen gesteld over de toe-eigening van de authentieke Afrikaanse cultuur door de Afro-Amerikaanse acteurs en makers van de film. Anderzijds gaan er stemmen op die Black Panther beschouwen als een omkering van de blanke appropriatie van Afrikaanse culturele elementen.

Een soortgelijk debat lijkt te spelen in Extra City. Met de tentoonstelling Eating Each Other wil Kunsthal Extra City in Antwerpen deelnemen aan het debat rond culturele appropriatie. De tentoonstelling is niet zomaar een samenraapsel van kunstwerken die over appropriatie gaan. Precies door de inhoudelijke diversiteit van de gekozen werken brengt Extra City een genuanceerd beeld van de dynamiek van appropriatie. Appropriatie kan immers talloze verschijningsvormen aannemen en verschillende richtingen uitgaan.

Mashid Mohadjerin - Protest painted Black, 2013, courtesy de kunstenaar

Een heel duidelijk voorbeeld daarvan is het Anonymous-masker, wellicht het meest bekend als symbool voor de internationale hackersorganisatie Anonymous, die het overnam uit de stripreeks en film V for Vendetta. Tijdens de Arabische Lente werd het masker – zwart geverfd en met Arabische inscriptie – gebruikt door activisten tegen de Moslimbroederschap. Kunstenaar Mashid Mohadjerin plaatst dit zwarte masker in de tentoonstelling tegenover een gouden masker van Abdul Fatah al-Sisi, de huidige president van Egypte. Het is een perfect voorbeeld van hoe één symbool in rechte lijn kan reizen van populaire cultuur naar politiek, en vooral van hoe het daar weer vertakt naar heel verschillende, en vaak zelfs tegengestelde contexten.

Kannibalisme als samenlevingsmodel

Curator Michiel Vandevelde grijpt het Kannibalistisch manifest (Manifesto Antropofago, 1928) van de Braziliaanse modernistische dichter Oswald de Andrade aan als uitgangspunt voor Eating Each Other. De tentoonstelling stelt dan ook de metaforische vraag: ‘wie eet en wie wordt gegeten?’ In zijn manifest schrijft De Andrade eigenlijk een paradigma neer voor het creëren van een kosmopolitische cultuur waarbinnen etnische authenticiteit behouden blijft. Concreet stelt hij voor dat de Braziliaanse cultuur (en meer bepaald de poëzie) esthetische elementen van de kolonisator zou moeten integreren om zo de dualiteit tussen beschaving en barbaars of tussen modern en primitief op te heffen. Hij reapproprieert het beeld van de kolonie als een primitief terrein dat, door de inspanningen van de kolonisator, tot een reflectie van Europa moet verworden. Hij verteert zo als het ware de kolonisatie en kijkt verder naar een nieuwe autonome Braziliaanse identiteit.

Linah Dalifa - Claiming territory, 2018, Eating Each Other, Kunsthal Extra City, 2018, foto: Tomas Uyttendaele

De installatie Claiming Territory van Linah Dalifa is een visuele vertaling van De Andrade’s manifest. Met haar serie vlaggen claimt de Libanese kunstenares een heel herkenbaar, en misschien voor de hand liggend, representatief symbool. De vlaggen dragen quotes uit verscheidene antikoloniale teksten die westerse dominantie nuanceren, waaronder Manifesto Antropfago, maar ook het baanbrekende boek Orientalism van literatuurwetenschapper en postkoloniaal denker Edward Said. De vlaggen vormen een legioen in de tentoonstellingszaal, waar hun overgang van witte over grijze naar volledig zwarte tinten een niet mis te verstane indruk nalaten. De quotes zijn allemaal van politieke of zelfs militante aard. Extra City nam bovendien het initiatief om enkele vlaggen over de stad te verspreiden. Ligt dit kunstwerk té zeer voor de hand? Misschien wel. Anderzijds zet Dalifa enkele zeer vanzelfsprekende culturele codes naar haar hand op een manier die parallel is aan De Andrade’s kannibalisme. Bovendien zijn de gebruikte quotes allesbehalve eenvoudige statements of platitudes.

Culturele appropriatie heeft natuurlijk veel te maken met de dominantie van de ene cultuur over de andere. Het probleem begint bij een overheersing op politieke, maar ook op culturele en andere vlakken. Een vaak voorkomend gevolg van dergelijke overheersing is het ontstaan van een ongenuanceerde geschiedschrijving. In zijn reeks SEWN kaart Ermias Kifleyesus de hiaten in de westerse geschiedschrijving over Afrika aan. De kolonisering, en vooral de ongevraagde ontginning van plaatselijke grondstoffen, komen niet of nauwelijks aan bod binnen die westerse geschiedschrijving. Kifleyesus vermengt zijn bezorgdheid hierover met een subtiele hint naar de (westerse) kunstgeschiedenis: ook daar worden sommige thema’s verwaarloosd. De kunstenaar naait stukken van oude, gevonden schilderijen omgekeerd aan elkaar, zodat de achterkanten zichtbaar zijn. Daarop kerft hij wereldkaarten – als om de kijker te doen nadenken over de achterkant van de geschiedenis.

Appropriatie als kritiek

Pieterjan Ginckels eigent zich als kunstenaar westerse vrijetijdsobjecten toe. Hij verleent ondermeer een Lamborgini, een trampoline en Red Bullblikjes een DIY-karakter, waardoor ze gestript worden van hun commerciële esthetiek. Hun betekenis binnen de westerse cultuur verandert waardoor je als bezoeker anders naar de objecten gaat kijken. Opvallend is dat hij ook vaak speelt met latente statussymbolen, zoals zonnepanelen. Tijdens een performance bij de opening van de tentoonstelling deelden acteurs, gekleed in zogenaamde hippe outfits, een zelfgemaakte kopie van Red Bull uit aan de bezoekers. De vertolkers bewogen zich als leeuwen in kooien – uit hun houding sprak een ogenschijnlijke verveling, die de bezoeker echter toeliet om hun gedrag te observeren. Ook in die performance is duidelijk hoe Ginckels zich neoliberale elementen toe-eigent met de bedoeling er kritisch naar te kijken.

Pieterjan Ginckels - NO BULL PREMIUM TAURINE. Initial Can Offering, 2018, performance tijdens de opening, Eating Each Other, Kunsthal Extra City, foto: Mark Rietveld

Wat De Andrade beschrijft, en waar Ginckels op inspeelt, gebeurt in de praktijk natuurlijk wel vaker. Wanneer er in een stad ruimte is voor culturele elementen van nieuwkomers, evolueren verschillende patronen tot een nieuwe cultuur. Dit soort thema’s behandelt Extra City vaker. De kunsthal heeft zich er immers op toe gelegd de komende drie jaar – zolang als het huidige artistieke team van drie curatoren aanblijft – het begrip burgerschap te onderzoeken, en met name de betekenis ervan in een snel evoluerende samenleving. In 2018 zou Antwerpen volgens berekeningen meer inwoners met een migratieachtergrond kennen dan autochtone Belgen. De vraag rond de invulling van hedendaags burgerschap behoeft dan ook geen verdere legitimatie. Nog steeds draait dat debat immers (té zeer) rond de aloude verlichte westerse waarden.

Extra City heeft zich, met haar belofte om de betekenis van burgerschap in de hedendaagse stad te onderzoeken, geëngageerd om meer vragen te stellen dan pasklare of voorgekauwde antwoorden te bieden. Dankzij een weloverwogen balans tussen complexe installaties en meer toegankelijke werken die de spreekwoordelijke spijker op de kop slaan, en tussen verscheidene kunstenaars die het thema elk vanuit een eigen achtergrond op een unieke manier behandelen, behoudt Extra City ook in Eating Each Other een genuanceerde positie – zonder afstand te nemen en zonder het debat te willen sturen.

Eating Each Other, Extra City, Antwerpen, t/m 01.07.2018

met werk van Linah Dalifa, Pieterjan Ginckels, Hamza Halloubi, Ermias Kifleyesus, Jaha Koo, Mashid Mohadjerin, Radouan Mriziga, Ogutu Muraya, Amanda Piña, Aneta Rostkowska & Jakub Woynarowski, Myriam Van Imschoot, Arkadi Zaides en Oliver Zahn & Julian Warner 

Tamara Beheydt

schrijft over kunst, o.a. voor Glean

Recente artikelen