metropolis m

Het is een beetje gênant om toe te geven maar het werk van Marijn Akkermans raakte me diep. De emoties overvielen me en geheel onverwachts stond ik daar ineens met tranen in de ogen. Even knipperen en hopen dat het overwaait. Nu moet ik er bij vertellen dat ik al een aantal nachten amper had geslapen en mijn gebruikelijke verdedigingsmechanismen deze maandagochtend niet optimaal functioneerden. Het kwam daarom, vermoed ik, allemaal harder binnen dan normaal.

Studio Marijn Akkermans

Akkermans beschrijft het effect van zijn werk zelf desgevraagd met “wegblazen”. En hij gebruikte dat woord om aan te geven dat hij niet wil dat het werk alleen maar wegblaast. Toen hij een aantal jaren geleden in een ander atelier werkte waren zijn werken met name zwart/wit, duisterder dan nu. Het kon voor hem soms ook deprimerend zijn hier al te lang tussen te verblijven. Nu werkt hij vanuit huis, in een prachtige, lichte ruimte die begrensd wordt door een grote boekenkast. De werken zijn kwetsbaarder geworden, zegt hij. Die kwetsbaarheid was precies wat me zo emotioneerde. En deze gevoeligheid ligt niet alleen op het vlak van wat er getoond wordt, maar evenzeer in de manier waarop dat getoond wordt.

Ik kende het werk van Akkermans voor dit bezoek niet en had online wat beelden bekeken (de ervaring het werk in het echt te zien is fundamenteel anders, Internet doet hier absoluut geen recht aan het werk). Gewoon om een indruk te krijgen. Online zag ik vooral dat duistere en beangstigende van zijn werk. Het deed me ergens aan Francis Bacon denken in zijn intensiteit en de centrale positie van de menselijke figuur (in de muziekwereld is het vrij gangbaar om muzikanten te duiden door aan te geven uit welke mix van stijlen hun muziek bestaat. In de kunstwereld vinden we dat ongemakkelijk. Maar ik doe het toch maar).

Akkermans bleek zelf alles behalve angstaanjagend. (En dat was wel een opluchting. Ik moet toegeven dat ik net voor het aanbellen nog snel even een Google Image search op zijn naam had gedaan om een idee te krijgen van de persoon die ik zou ontmoeten). We hadden een gesprek dat al snel persoonlijk werd. Achteraf tik ik mezelf dan steevast op de vingers, niet zoveel weggeven! bewaar nu eens afstand!

Studio Marijn Akkermans

Goed. Het werk zelf. Akkermans tekent en schildert. Op groot formaat vaak, ook al maakte hij recent een serie kleine werken en ook een kleine linoleumsnede die bij het Museum Boijmans van Beuningen recent te zien was in de context van Kunst4Kids. Tekenen en schilderen lopen soms door elkaar heen, dan zie je harde lijnen door zachte vlakken heen snijden. Maar voornamelijk zijn er die zachte vlakken in Oost-Indische inkt die in overlappende lagen een beeld vormen van een gezicht bijvoorbeeld of van menselijke figuren. Aan de muur hangt een werk van twee vechtende mannen die elkaar wegduwen maar elkaar ook naar zich toe trekken. Daarnaast een vrouw met een kind op schoot dat op zijn beurt een nog kleiner kind op schoot heeft. Een Droste-Madonna. Bij beide werken is er een doek tegen de achtergrond getekend waardoor het lijkt alsof de mensen poseren. Maar Akkermans werkt niet met modellen, ook niet met foto’s.

Aan de tegenoverliggende muur hangt een portret van een hoofd, in rood, daarnaast een zittende, half aangeklede man die een sok aantrekt. Ouder-en-kind beelden komen vaker terug in de werken die hij tijdens dit bezoek toont. De kinderen zijn daarbij niet echt jong meer, zo figureert er meerdere keren een jongetje met kaal bovenhoofd. Dit zijn de kinderen in ons die we ooit waren, of de oude mensen die we gaan worden. Op de grond liggen meerdere werken op elkaar. Akkermans begint ze uit te leggen. De meesten zijn redelijk recent gemaakt. Akkermans werkt overigens een aantal maanden aan een werk. Soms blijft het een tijd liggen om dan later weer opgepakt te worden. Het begin gaat doorgaans snel, het uitzetten van de eerste vlakken en het aftekenen van de contouren. Daarna vertraagt het proces en kan het maanden duren voor iets helemaal af is.

Studio Marijn Akkermans

De werken die Akkermans uitlegt zijn voor een groot deel in kleur. Dat zal je online nog niet vaak van hem vinden, werk in kleur. Deze werken zijn doorgaans nog niet tentoongesteld en het is voor Akkermans spannend ze te gaan tonen. Het zijn de kleuren die de werken kwetsbaar maken. In zwart-wit is alles harder, definitiever, volwassener ook. (Hetzelfde principe geldt voor de kleur, of afwezigheid van kleur, van kleding). Kleur heeft zoveel connotaties die oncontroleerbaar zijn. Is kleur kinderlijk? Is het een teken van een soft karakter? Wist je het wel zeker dat het zus of zo moest worden met dat blauw en groen?

En hier gebeurt het dan, iets wat me nog zelden overkomt, Akkermans legt een werk bovenop waarbij de tranen me in de ogen springen. Het is geen ouder-kind afbeelding, dan zou het makkelijk “wegverklaard” kunnen worden met ‘net moeder geworden’, ‘recent vader verloren’. Nee, wat hij toont is een portret van een vrouwelijke man die het hoofd enigszins naar beneden buigt, in de hoek die volgens populaire psychologie onderdanigheid uitstraalt. Het is de pose die je soms onbewust aanneemt als je ongevaarlijk wilt overkomen. Maar het is ook de stand van het hoofd van iemand die terneergeslagen is, die niet verslagen is maar deemoedig.

Akkermans heeft meerdere werken gemaakt waarbij gender en seksualiteit niet eenduidig zijn. Het zijn mannen die poseren als vrouwen, vrouwen die er mannelijk uitzien. Soms enkel het hoofd, soms tot aan de heup, dan weer met (grote) voeten en alles. Het zijn werken die in hun kwetsbaarheid enorm krachtig zijn. Het kost de afgebeelde figuren zichtbaar moeite ontspannen te zijn, allemaal zijn ze diep droevig op een niet-extroverte manier. Het is moeilijk in woorden te vatten, om hier precies over te zijn met taal. Maar de kracht zit hem in de enorme menselijkheid van Akkermans’ mensen. In al hun complexiteit, rommeligheid, ruwe randen en zachte kernen. Akkermans zegt op een gegeven moment dat hij zichzelf niet versleutelt in het werk, waarmee hij wil aangeven dat hij als maker zichtbaar blijft. Zijn proces is niet al te gericht, maar wil openheid behouden. De ervaring tussen werk en kijker komt voor een vooropgesteld of concreet plan. En dat heb ik geweten (of beter, gevoeld).

Dit is deel vier in de studio-estafette die Maaike Lauwaert elke week naar een nieuwe kunstenaar brengt. Het vorige bezoek was aan Benedikt Hipp

Maaike Lauwaert

Recente artikelen