metropolis m

Engadin Valley, courtesy Curdin Tones 

In een nieuwe serie spreken kunstenaars/researchers over hun lopende onderzoek. Als eerste interviewde Nim Goede de kunstenaar Curdin Tones over zijn kunstenaarsinitiatief in het bergachtige Zwitserse dorpje Tschlin, waar hij samen met anderen werkt aan wat hij crear in comunanza noemt, ofwel: gemeenschappelijk creëren.

In het bergachtige Zwitserse Engadin ligt dicht tegen de grens van Oostenrijk het dorpje Tschlin. Het plaatsje telt zo’n 170 inwoners. Sinds een aantal jaren leeft kunstenaar Curdin Tones hier enkele maanden per jaar. De rest van het jaar brengt hij grotendeels in Amsterdam door, waar hij lesgeeft aan de Gerrit Rietveld academie. Tones kocht een huis in het rustieke hart van het dorp, dat hij sinds twee jaar als gemeenschappelijke ruimte openstelt voor kunstenaars, wetenschappers en andere geïnteresseerden, die er voor onbepaalde tijd gezamenlijk komen werken en wonen met als doel verschillende projecten van de grond te krijgen die op één of andere manier verband houden met het dorp. De nadruk ligt hierbij op wat Tones crear in comunanza noemt, ofwel: het gemeenschappelijk creëren. Ik spreek met hem over zijn project.

Nim Goede: Kun je me wat vertellen over je onderzoeksproject in Tschlin?

Curdin Tones: Het kunstenaarsinitiatief Somalgors74 is een huis dat gesitueerd is in een klein dorp met een bepaalde sociale structuur. Ik heb dit huis nu een aantal jaar en sindsdien zijn een aantal dingen mij speciaal gaan interesseren. Ten eerste, wat kan ik met zo’n ruimte betekenen, hier te midden van een gemeenschap, waar ik tijdelijke projecten kan uitvoeren die inhoudelijk relevant zijn voor deze plek, dit dorp, deze mensen, en de geschiedenis die hieraan verbonden is? Ten tweede, hoe kan ik een artistieke positie ontwikkelen die zich definieert vanuit deelname aan een bepaalde maatschappij in plaats van zich hiertegen af te zetten? En als laatste, wat zou ik kunnen toevoegen aan deze gemeenschap om een toekomst mogelijk te maken voor dit dorp?

Somalgors74, courtesy Curdin Tones 

Wat deze plek zo interessant maakt, is dat ik hier in Tschlin in een bepaalde dorpsstructuur opereer. Ik wilde niet een zoveelste artist-in-residence worden die zijn werk in Amsterdam begonnen is en nu wordt uitgenodigd om het tijdelijk elders te tonen. Ik wil een gemeenschap creëren die hier werkt in verhouding tot deze plek.

Ik wil een gemeenschap creëren die hier werkt in verhouding tot deze plek

Deze zomer hebben we een eerste programma gedraaid, het jaar ervoor was een soort test. Ik had drie mensen uitgenodigd die me hebben geholpen de schuur uit te bouwen. Samen hebben we besproken wat we met deze plek kunnen doen, wat voor thema’s we kunnen behandelen, hoe het er praktisch moet gaan uitzien en hoe we hier tezamen kunnen leven en werken. Dat hebben we toen gezamenlijk een richting gegeven en deze zomer in werking gezet. De sleutel was de ontmoeting (the encounter), een mooi uitgangspunt. Vervolgens heb ik daaromheen een aantal mensen verzameld die interesse hebben in dit thema. Deze internationale groep bestond uit een student grafisch ontwerpen (Philip Ullman), een studente fine arts (Karin Itturalde), een politicoloog (Frank Müller), een antropologe (Laura Kemmer) en twee beeldend kunstenaars (Freya van Assem & Ian Jackson), elk met hun eigen perspectief op het thema. Ik vind het interessant dat je zo cross-disciplinair en over leeftijden en kwalificaties heen met elkaar gedachten kunt uitwisselen en zo gezamenlijk dit thema verder kunt uitwerken. Op die manier construeer je langzaamaan een groep mensen waarvan je hoopt dat ze elkaar inspireren en voor een tijd lang met je samen kunnen werken.

Momenteel werk ik samen met Tine Meltzer aan een werk getiteld Ein Haus als Sprachkurs. Wij kijken dan naar onze woonkamer vanuit het perspectief van schrijven, woorden en beeld, en maken daarmee een publicatie over die ruimte. Hierin maken we gebruik van Aspektsehen, het idee dat woord en beeld elkaar beïnvloeden en dat betekenis veranderd als meerdere mensen naar hetzelfde object kijken. Dit zie ik ook echt als een voorbeeld van crear in comunanza, ook al betreft het hier niet een grote groep mensen.

Stones and Shoes, courtesy Curdin Tones 

Je stelt dat je met dit project een toekomst mogelijk wilt maken voor dit dorp. Wat bedoel je hier precies mee?

Je merkt dat de inwoners van Tschlin zich afvragen: “hoe moet het verder met het dorp?” En niet omdat het nu al zo dramatisch leegloopt, maar in dit soort afgelegen gebieden blijft dit een urgente vraag. Velen hebben natuurlijk ook praktische zorgen; er is werkgelegenheid nodig, ook voor de jongeren. Daar kan ik beperkt wat aan doen, maar wat volgens mij belangrijk is, is dat je probeert bij te dragen.

Steeds meer realiseer ik mij hoe belangrijk dit is en hoe wezenlijk dit aan het maken van kunst raakt. Je weet nooit precies hoe een werk uitpakt, maar je wilt een gebaar maken. In eerste instantie is het belangrijk dat je vanuit ethisch oogpunt weet waarom je een bepaald gebaar wilt maken. Je zou het ook op een ander niveau kunnen bekijken. Wat er mis gaat met de bezuinigingen op kunst en cultuur in Nederland is dat de overheid te veel nadruk legt op hoeveel mensen er bereikt worden of wie er allemaal mee gediend worden in plaats van dat ze stellen dat het gebaar van iets creëren binnen een maatschappij belangrijk is, punt.

Wat er mis gaat met de bezuinigingen op kunst en cultuur in Nederland is dat de overheid te veel nadruk legt op hoeveel mensen er bereikt worden of wie er allemaal mee gediend worden in plaats van dat ze stellen dat het gebaar van iets creëren binnen een maatschappij belangrijk is

Ik vind het zowel interessant als confronterend om dit proces hier in Tschlin in het klein in zijn werk te zien. Sommige mensen interesseert het en anderen interesseert het niet, en het is dan vrij essentieel hoe je hiermee omgaat. Als je uit een visie van respect opereert, dan moet je er vrede mee hebben dat het sommige mensen gewoonweg niet interesseert, anders bevind je je op een heel ingewikkeld terrein. Aan de ene kant denken zowel nationale subsidiegevers als kleine initiatiefnemers zoals ik dat kunst en cultuur belangrijk zijn, maar tegelijkertijd willen wij mensen niet opvoeden. Anders gewordt een kunstenaarsinitietief als dit al snel tot een soort kolonialistisch gebaar, zo van, we komen vanuit de stad naar het platteland en we willen mensen nu cultureel opvoeden. Dat kan natuurlijk niet. In dat aspect is het belangrijk om zo zuiver mogelijk te zijn naar jezelf toe. Waarom wil je het doen? Voor mij ligt het antwoord in het maken van een gebaar. Dat staat of valt niet met of iedereen meedoet.

Working Together, courtesy Curdin Tones 

Zou ik kunnen stellen dat er in eerste instantie een gebaar is en dat de verantwoording hiervoor pas gaandeweg ontstaat?

Natuurlijk ben je verantwoordelijk voor de gebaren die je maakt, maar een project moet groeien, het moet ontwikkelen. Ik denk dat het een valkuil is om een project te beoordelen op hoeveel mensen er direct op reageren. Om je een voorbeeld te geven: één van de projecten, getiteld Stones and Shoes: the Politicized Human, bestond uit een aantal schoenen en stenen die geplaatst werden op een fontein. Het duurde een jaar voordat dorpsbewoners bij me terugkwamen en zeiden: “oh! Ik heb net op tv die beelden gezien van na die aanslag in Parijs waar mensen allemaal schoenen op straat hadden gezet als protest. Nu kijk ik ineens heel anders naar dit werk.” Hier komt de factor tijd goed in beeld. Je maakt een gebaar omdat je denkt: “dit is belangrijk,” maar dat kan op lange termijn effecten hebben. Daarom is het zo problematisch om onmiddellijk resultaten te willen zien.

Tijdens je presentatie bij Café Chercher beschreef je heel mooi hoe de mensen die je in je gemeenschap verzameld hebt allemaal een specifieke disciplinaire achtergrond hebben, maar dat zij niet, zoals bij interdisciplinair onderzoek veelal het geval is, de thema’s enkel beschouwen vanuit hun eigen hokje, vanuit hun eigen comfort zone, maar dat zij ook buiten hun eigen discipline durven te treden.

Iedereen is wel enigszins gegrond in zijn eigen discipline, en die gronding is ongelooflijk essentieel in het gezamenlijke gesprek, maar wat vervolgens belangrijk werd, was een vermogen om te switchen van rollen, je actief te bewegen op het terrein van de ander. De wetenschapper kon ook performen en ik als kunstenaar was bereid met de wetenschapper mee te theoretiseren.

Dit switchen van rollen speelt ook een belangrijke rol in de gemeenschap van het dorp. Wie geeft aan wie welke rol? Is een gemeeschap in staat die rollen te herverdelen of berust alles op de ooit gecreëerde status quo? In het bijzonder interesseert me het switchen tussen de rollen van performer en publiek. Ik heb hier net een tekst over geschreven, getiteld Participatory Hobbies, waarin ik het voorbeeld van de fanfare bespreek. Tschlin heeft een hele mooie culturele traditie als het gaat om muziek en zang. Het koor en de fanfare leven nog echt hier, mede omdat participatie hierin nog niet gedefinieerd is als hobby maar als drager van de gemeenschap. Een essentieel onderdeel hiervan is dat als de fanfare optreedt in het dorp het publiek voor een groot deel zelf ooit onderdeel van de fanfare is geweest en dat degenen die optreden zich ook identificeren met het publiek. De grens tussen performer en publiek is diffuus. Daarom is het ook belangrijk dat mensen uit het dorp zich verbonden voelen met Somalgors 74, zodat ze niet alleen publiek zijn. Net als bij interdisciplinariteit gaat het erom dat je in elkaars gebied kunt trekken en daar heb je nieuwsgierigheid, een avonturiersgeest, empathie en een interesse in de ander voor nodig. Voor mij zijn deze sleutelwoorden belangrijk in het creatieve proces.

Stones and shoes, courtesy Curdin Tones 

Nu we het toch over rollen hebben, wat is nu precies jouw rol in het geheel?

Dat is een goede vraag, en ik heb helaas geen eenduidig antwoord. Ik bekleed namelijk meerdere rollen. De meest vanzelfsprekende rol die ik bekleed is een soort facilitator die zijn huis, schuur en tuin beschikbaar stelt. Tegelijkertijd wil ik niet alleen degene zijn die faciliteert, maar wil ik als kunstenaar ook daadwerkelijk deelnemen aan de gemeenschap. Daarnaast heb ik in dit dorp ook een sociale rol, omdat mijn ouders en grootouders hier vandaan komen. Ik ken iedereen persoonlijk. Ik help bijvoorbeeld mijn achterneef op de boerderij met het melken van zijn schapen. Deze verbondenheid maakt me ook een soort moderator of mediator tussen de tijdelijke gemeenschap die ik uitnodig en de gemeenschap van het dorp. Ik heb enig inzicht in wat in Tschlin speelt en hoe het dorp over de eeuwen heen cultureel gegroeid is. Mijn rol is dus niet eenduidig.

Wat jouw rol wellicht bijzonder maakt is dat jij in zekere zin een bepaalde verantwoordelijkheid draagt die anderen in de groep niet dragen.

Ja, je raakt hier gelijk een heel pijnlijk punt. Wie neemt welke verantwoording in zulke samenwerkingsverbanden? Ik wil zo genereus mogelijk faciliteren, maar heb ik daarnaast niet ook een selecterende of curerende rol en bijkomende verantwoordelijkheid naar de gemeenschap in het dorp? De vraag die zich dan opdringt is: waar zijn de grenzen van een project en wie legt de grenzen vast? Je wil de bewoners van het dorp niet bedienen, maar wel meenemen. Iemand uit de groep kan een heel provocatief idee hebben, en dat is vanuit artistiek perspectief natuurlijk interessant, maar wanneer gaat iets te ver? Eigenlijk wil je iedereen gewoon evenveel verantwoordelijkheid geven, maar kan ik erop vertrouwen dat iedereen zich altijd even bewust is van de consequenties die zijn handelen binnen de gemeenschapsconstellatie in Tschlin heeft? Dit is echt een heel ingewikkeld vraagstuk.

One More Time With Feeling, courtesy Curdin Tones 

De thema’s waarmee jullie werken, worden die voornamelijk door jou geïntroduceerd of komen die ook gemeenschappelijk tot stand?

Dat is verschillend. Soms introduceer ik een thema, soms ontstaat er een programma vanuit de mensen die in Somalgors 74 komen werken en soms komt er iets vanuit de bewoners van het dorp. Een goed voorbeeld is Cortegi dell’ uraglia’, ofwel de Processie van het oor. Naar aanleiding van een avond met performances over de liefde kwam een dorpsbewoner de dag erna terug en hebben we een avond lang gezamenlijk met hem gesproken. Kort door de bocht kwam het gesprek op het volgende neer: Hoe kun je respectvoller met elkaar omgaan? Toen benoemde iemand dat naar elkaar luisteren hierin een belangrijk gegeven is. Vervolgens ontstond als vanuit zichzelf het idee van een Processie van het oor. Niemand van ons heeft dit idee echt zelf bedacht, het was een idee van ons allemaal. En dat is het prachtige aan dit uitgangspunt.  

Participeren is niet alleen een middag meelopen in een processie

Op dit moment bestaat dit project alleen nog als concept. Als groep proberen we ons voor te stellen wat het zou moeten zijn. Tot december wil ik mij bezighouden met het verzamelen van beeldmateriaal, bijvoorbeeld van afbeeldingen van historische processies uit het dorp. Je weet niet waar je uitkomt. Misschien wordt het inderdaad een processie, of misschien ben ik uiteindelijk de enige die met een door de straten loopt, dat is niet zo belangrijk. Dat we met een groep geïnteresseerden gezamenlijk dit project laten groeien vind ik veel belangrijker dan dat ik nu iets ga ontwerpen waarin mensen een middag kunnen meelopen en dan weer naar huis gaan. Participeren is niet alleen een middag meelopen in een processie. Ik zoek een andere betrokkenheid. Bij het gemeenschappelijk creëren gaat het om het gemeenschappelijk laten groeien van het project, zowel in de verbeelding als in de praktische zaken daaromheen. In dat proces gebeurt de werkelijk interessante participatie en die bepaalt de uiteindelijke vorm. Die middag en een processie komen er misschien wel, maar het doel is niet deze in m’n eentje te voor te bereiden zodat mensen dan voor één keer kunnen meelopen en dat ze dan lekker hebben geparticipeerd. Zo’n vorm van participatie ben ik echt niet in geïnteresseerd!

Voor meer informatie over dit project, zie www.somalgors74.ch

Nim Goede

is promovendus bij ASCA (Amsterdam School for Cultural Analysis, UvA)

Recente artikelen