metropolis m

[blockquote]Komende maanden staan we in een serie artikelen in het tijdschrift stil bij de vele verschuivingen in de kunstwereld. Grote musea mogen in een jubelstemming zijn, bijna alle partijen in de sector zuchten onder de gevolgen van het snel veranderende werkklimaat. Oude formules werken niet meer en de nieuwe zijn nog niet bedacht, of lijken te prematuur om op te vertrouwen. In deze eerste aflevering over dat wat zich steeds meer laat definiëren als een systeemcrisis, staat JMG Jongma stil bij de ontwikkelingen in de galeriewereld.

Het gaat niet goed met de traditionele galerie. De markt wordt overvleugeld door enkele hypergrote galeries, in de schaduw waarvan de kleinere verdorren, en daarmee ook alle experiment en vernieuwing. Bood de kunstbeurs aanvankelijk uitkomst, nu die zich definitief verbonden heeft aan de wereld van het grote geld, werkt ook dat model niet meer. De eerste galeries hebben de beurs al demonstratief de rug toegekeerd. JMG Jongma, galeriehouder te Amsterdam, over de vraag: hoe moet het verder met de galerie?

De galerie had zijn beste tijd gehad, dat wist ook zij wel. Dat gaf niet, want als er ergens een deur sluit, gaat een andere open, hield zij zichzelf monter voor. Ze kon zich weinig herinneren van de afgelopen vijftien jaar en had daarom ook spijt dat ze nooit een echte knipselmap had bijgehouden. Dat leek toen allemaal niet zo van belang, er gebeurde zo veel, je kon wel blijven knippen. 

Momenteel sloeg ze vooral via internet de kunstwereld gade, zoals overduidelijk velen met haar, het galeriebezoek was nihil te noemen. Zelf had ze haar status quo in een gesprek met een collega vergeleken met het eigenaarschap van een videotheek; je voelt dat het een verloren strijd is. De handel zou zich weldra naar het internet verplaatsen. Er waren al veel handige twintigers met de kunstkennis van een dode zeehond die tonnen omzet maken met kunst op Instagram, had ze zojuist gelezen in een papieren krant. Ze was in schaterlach uitgebarsten om het verhaal van de twee jongemannen die hun zeer succesvolle Instagramkunsthandel begonnen waren naar aanleiding van het liedje Picasso Baby van Jay Z. De rest laat zich raden.

Maar goed, dit was dan de nieuwe generatie, daar was ze zelf ook ooit onderdeel van geweest. En gelijk hadden ze; het model was ook aan herziening toe. De afgelopen week had ze het in rap tempo voorbij zien komen. Als eerste was haar oog gevallen op een videoverslag van een rondetafelgesprek tijdens een beurs in de Italiaanse stad Turijn met de titel After the Castelli Model. De voor haar herkenbare galeriehouders, zittend achter de gesprekstafel, zagen er zonder uitzondering oververmoeid en uitgeput uit. De almachtige beursdirecteur, met het postuur van een sportschoolhouder, zat in het midden en probeerde de groep galeriehouders gemotiveerd in goede banen te leiden richting het gesprek dat vooral hij voor ogen had. Daar leken ze al jaren geen zin meer in te hebben. Het was duidelijk; de groep was aan het muiten, dacht ze aan hun lichaamstaal af te lezen. Het gesprek, of beter de beursdirecteur, leek zich vooral te willen richten op de complexe verhouding tussen kunstenaar en galeriehouder. Ze vroeg zich af of er niet een heel andere, zogezegd prangendere vraag speelde. Die diende zich inderdaad binnen een week aan middels een (versneld) nieuw publiek gesprek, zo mooi talk genoemd, langskomend op de sociale media. Dit keer van het Art Leaders Network 2018 (nog nooit van gehoord). Het was duidelijk; er moest met sterker geschut worden geschoten, met de corporate, evenals intimiderende titel The Art Fair Industrial Complex moest de kunstwereld in het gareel gehouden worden. Wederom was er een rijtje gastsprekers, met dit keer twee beursdirecteuren en een woordvoerder van de vereniging van verzamelaars.

De galeriehouders hadden het veld geruimd, zoals zij de komende jaren vaker zullen doen, vermoedde zij, en het gesprek richtte zich op de uitspraak van galeriehouder David Zwirner (één van de grootste en rijkste galeries van de wereld) dat hij geen enkel probleem had met het financieel bijdragen aan beursstands van jongere galeries. De kleinere, jongere galeries waren massaal opgehouden te bestaan. Er waren de afgelopen twee jaar zelfs meer galeries gestopt dan begonnen. Dat waren de schrikbarende cijfers. Ze konden financieel het hoofd niet meer boven water houden. De vinger was op de pijnlijke plek gelegd; de jarenlange druk van deelname aan het internationale discours had zijn slachtoffers gemaakt. Ze zag zweetdruppeltjes op het voorhoofd van de almachtige beursdirecteur die normaliter zo zelfverzekerd overkwam. Wat Zwirner aanbood, dat grote galeries de deelname van de kleinere galeries meefinancieren, leek beide beursdirecteuren niet de oplossing. Volgens de één was dat heel moeilijk te berekenen, de ander had een vrij makkelijke berekening toegepast en kwam tot de conclusie dat het weinig tot niets zou schelen op de totale kostenpost van de galeriehouders op haar kleinschalige, desalniettemin prestigieuze beursevenement. De slotsom volgens hen: er waren gewoon te veel beurzen. Het landschap was vergiftigd geraakt. Ja, ja, dacht zij, dat is echt niet het enige probleem.

Ups en Downs

De kunstwereld had vaker zijn ups en downs gekend sinds 2001. Denk aan 9 september 2001, de crisis na het omvallen van de Lehman Brothers. Nu leek de kunstwereld een forse worsteling met zichzelf te hebben. Er zat, geloofde ze, een existentiële crisis aan te komen. 

LEES VERDER IN METROPOLIS M Nr 4-2018 EXCHANGE-FOTOGRAFIE-EINDEXAMENS 2018. NU IN DE WINKEL. STEUN METROPOLIS M. NEEM EEN ABONNEMENT. ALS JE NU EEN JAARABONNEMENT AFSLUIT STUREN WE JE DIT NUMMER GRATIS OP. MAIL JE NAAM EN ADRES NAAR [email protected]

JMG Jongma

Recente artikelen