metropolis m

Depot Boijmans van Beuningen. Foto Ossip van Duivenbode

Zowel Museum Arnhem als Museum Boijmans Van Beuningen zijn momenteel gesloten vanwege grootschalige verbouwingen. Milo Vermeire spreekt met Saskia Bak, directeur in Arnhem, en Cathy Jacob, hoofd presentaties in Rotterdam, over de transitieperiode. Wat voor effect heeft de verbouwing op de toekomstige omgang met de collectie? Hoe passen de musea zich aan aan de veranderende tijden?

Museum Arnhem en Museum Boijmans Van Beuningen zijn respectievelijk al zo’n 100 en 170 jaar lang aan het verzamelen. De collectie in Arnhem is inmiddels uitgegroeid tot circa 30.000 objecten en in Rotterdam gaan ze zelfs over de 151.000 heen. Om al die objecten goed te kunnen huisvesten is veel nodig: degelijke tentoonstellingszalen, moderne klimaatsystemen maar ook flexibele depots die goed bereikbaar zijn. Wel zo handig als er regelmatig kunstwerken de zaal op en af gaan.

Beide musea ondergaan momenteel grote verbouwingen. In Arnhem heeft Benthem Crouwel Architects de voormalige herensociëteit op de stuwwal onder handen genomen en wordt er een ‘uitkragende’ constructie aan toegevoegd. Straks zal het niet alleen mogelijk zijn om in het oude Rijksmonument weer naar kunst te kijken, maar ook in de nieuwe vleugel zwevend boven de natuurhistorische locatie aan de Rijn. Alle objecten die voorheen in zeven verschillende depots verspreid over de stad lagen komen weer in één groot depot onder het museum zelf te liggen. De verwachting is dat in 2022 de deuren worden heropend. In de tussentijd organiseert Museum Arnhem op wisselende locaties tentoonstellingen en activiteiten zoals bij Collectie DE.GROEN, de Eusebiuskerk en tot voor kort bij De Kerk.

Museum Boijmans Van Beuningen heeft zichzelf in Rotterdam een dubbele opdracht gegeven door het depot los van het museum te koppelen. Francine Houben van architectenbureau Mecanoo gaat het museum verbouwen en Winy Maas van architectenbureau MVRDV ontwierp het fonkelnieuwe depot. Dit spiegelende collectiegebouw is inmiddels al voltooid, ingeburgerd en wordt dit najaar officieel geopend voor publiek. Het museum laat iets langer op zich wachten en staat gepland om in 2028 weer open te gaan.

Verbouwing nieuwe vleugel Museum Arnhem. Foto Eva Broekema

Depot Boijmans Van Beuningen. Foto Ossip van Duivenbode

Zowel in Arnhem als Rotterdam zijn er tegenslagen (geweest). De eerste aanbesteding van Museum Arnhem liep mis waardoor het project zo’n twee jaar vertraging opliep. Boijmans Van Beuningen heeft nog altijd de financiering voor de museumverbouwing niet helemaal rond en sommige plannen bleken te ambitieus.[1] Waar het in de berichtgeving over deze twee musea voornamelijk gaat over die obstakels of de fysieke eigenschappen van de nieuwbouw, ben ik benieuwd naar datgene waar musea uiteindelijk hun bestaan aan ontlenen: de collectie. Wat betekent deze fase van herbezinning voor de toekomstige publieke positionering van de collectie en haar ontsluiting in het depot en op zaal? Gebruikt het museum dit moment van architectonische vernieuwing ook voor een grondige inhoudelijke herevaluatie? Hiervoor ga ik in gesprek met Cathy Jacob en Saskia Bak. Bak is de directeur van Museum Arnhem en draagt de algehele verantwoordelijkheid voor de verbouwing en collectie. Jacob is hoofd presentaties van Museum Boijmans Van Beuningen en gaat over de manier waarop de collectie straks te zien zal zijn en is nauw betrokken bij de ontwikkeling van het depot.

Milo Vermeire

Hoe komt een museum tot een nieuwe toekomstvisie voor de collectie? Waar begint zoiets?

Saskia Bak

‘In Arnhem is ons door de raad en de gemeente om een nieuwe toekomstvisie gevraagd om de gelden, die waren gereserveerd voor de uitbreiding en renovatie van Museum Arnhem, vrij te maken. Dit plan is gemaakt en omarmd. Pas in de loop van het bouwproject bleek echter dat we daarvoor dicht moesten en toen hebben we gezegd: dan gaan we ook de hele collectie onder handen nemen. De basisregistratie was niet op alle onderdelen in orde en in diezelfde periode zijn we ook gaan praten over het presentatie- en verzamelbeleid van het museum. Eigenlijk lopen al die processen een beetje door elkaar. Ze grijpen op elkaar in en vloeien organisch in elkaar over: het is niet zo alsof je de collectie doorloopt en dan even een nieuwe visie bedenkt.’

Cathy Jacob

 ‘Bij ons was er een andere aanvliegroute. Dan heb ik het over vijftien jaar geleden toen Sjarel Ex aantrad en ik nog niet bij Boijmans werkte. Sjarel Ex had al meteen door dat de depots afgekeurd waren en lanceerde toen de vraag aan de stad: “Willen we een box ergens in de haven waar we de collectie opslaan of juist iets midden in de stad zodat er ook publiek bij kan?” Daar is het depot uit voortgekomen, het gebouw dat er nu staat en wat in het najaar officieel opengaat. Dat heeft als uitgangspunt om honderd procent toegankelijk te zijn voor publiek. De voorbereiding van de verhuizing naar het nieuwe depot is natuurlijk ook al jaren geleden in gang gezet. Dat betekende eerst gewoon stelselmatig de collectie op orde brengen, want ook bij ons waren zaken als de basisinformatie niet helemaal op orde.’

Wij zijn al een paar jaar bezig met het aanscherpen van wat nou precies de identiteit en propositie is van ons nieuwe depot. Want we willen daar echt iets heel anders bieden dan in het museum

Dak Depot Boijmans van Beuningen. Foto Ossip van Duivenbode

Milo Vermeire

Je kunt een collectie zien als iets dat beweegt: omdat het groeit als verzameling en er telkens andere onderlinge verbanden worden gelegd. Tegelijkertijd is het tot op zeker hoogte ook statisch: een museum is nou eenmaal ooit begonnen met specifieke verzamelingen en uitgangspunten. Hoe flexibel is een museumcollectie en wat zijn de eigenschappen waar het museum niet omheen kan?

Saskia Bak

‘Over welk museum of collectie je het ook hebt: statisch is het nóóit. Het is eigenlijk altijd bewegelijk. Zowel in samenstelling van de collecties, maar in ook de manier waarop je zelf omgaat met je collectie. Wij hebben bijvoorbeeld de collectie hedendaagse kunst opnieuw beschreven met hele andere trefwoorden. In het verleden hadden we voornamelijk kunsthistorische beschrijvingen van kunstwerken. Deze zijn ook heel waardevol, maar als je dan in de collectie gaat zoeken dan komen bepaalde inhoudelijke hedendaagse sociale thema’s niet zo makkelijk naar boven. Als een werk bijvoorbeeld een vrij abstracte titel heeft, maar het is wel te relateren aan een thema als migratie, gespannen politieke verhoudingen of identiteitsvraagstukken, dan kan het zijn dat die link vanwege de enkel beeldende, feitelijke of kunsthistorische beschrijving niet naar voren komt. Met nieuwe beschrijvingen willen we zulke connecties wel naar boven laten drijven. Met steun van de Vereniging Rembrandt hebben wij een jonge onderzoeker ongeveer 2500 objecten opnieuw kunnen laten beschrijven. Dat is echt fantastisch, want het vormt een hele fijne basis voor herinrichtingen maar ook voor andersoortige collectie projecten. Het ging ons in dit project vooral om de toegankelijkheid van de collectie: zowel voor bezoekers als voor tentoonstellingsmakers.’

Cathy Jacob

‘Ja ik herken dat wel. Wij zijn al een paar jaar bezig met het aanscherpen van wat nou precies de identiteit en propositie is van ons nieuwe depot. Want we willen daar echt iets heel anders bieden dan in het museum. Het depot gaat echt over het verzamelen en het laten zien wat je doet om de collectie te verzorgen. We willen daar vooral materiaaltechnische dingen vertellen: de verhalen die bij een object horen. Dus niet het kunsthistorische, maar dat het van hout is en dat het kan barsten bij extreme temperaturen of dat de verf eraf kan springen als er water over heen gaat. Die hele basale dingen. Hiervoor hebben we ook een publieksapp ontwikkeld die lanceert als het depot straks opent. Zo kan je als bezoeker kiezen welke delen van de informatie je wilt hebben. We willen daarnaast ook graag kritischer naar onze collectie kijken. Want, zoals Saskia al zei, een collectie is nooit statisch. Het beweegt de hele tijd en je vertelt er steeds weer andere verhalen over. In onze plannen gaat het ook veel over het kritisch kijken naar de eigen collectie. Die in ons geval, en dat is in Arnhem ook zo, van oorsprong heel westers georiënteerd is. Daar kan je nog steeds op veel verschillende manieren naar kijken.’

In Museum Arnhem is er al veertig jaar lang verzameld vanuit divers perspectief. Dat begon met het verzamelen van kunst van vrouwelijke kunstenaars. Later is hier het verzamelen van werk van kunstenaars met andere culturele achtergronden bijgekomen

Registratie project Museum Arnhem

Registratie project Museum Arnhem

Milo Vermeire

Op wat voor manieren precies? Hoe zelfkritisch is dat?

Cathy Jacob

‘Bij ons is de collectie ontstaan vanuit een aantal particuliere verzamelaars. Frans Boijmans en Daniel George van Beuningen zijn de bekendste omdat het museum naar hen is vernoemd, maar er volgden nog veel meer schenkers. Deze collecties zijn ontstaan vanuit een westers perspectief en dit moment vraagt erom om de werken in deze collecties met een kritische blik te bekijken en in breder perspectief te plaatsen. Maar dat is niet per se zelfkritiek. Je kijkt alleen met een andere bril naar wat vroeger is binnengekomen.’

Milo Vermeire

Voelt het museum geen druk vanuit de maatschappij om meer verschillende perspectieven te laten zien dan eerst?

Saskia Bak

‘In Museum Arnhem is er al veertig jaar lang verzameld vanuit divers perspectief. Dat begon met het verzamelen van kunst van vrouwelijke kunstenaars. Daar stond de wereld van op zijn kop! Later is hier het verzamelen van werk van kunstenaars met andere culturele achtergronden bijgekomen. Wij zijn dat als het DNA van het museum gaan zien. Dat is een lijn waar we nog steeds op door verzamelen, maar vooral de onderliggende gedachte vind ik erg belangrijk: dat je als museum altijd een kritische reflectie blijft houden en de achterliggende mechanismes probeert te blijven herkennen. Eigenlijk doen kunstenaars dat al. Als museum voor moderne en hedendaagse kunst zit je bovenop die bevragende houding van kunstenaars, dus dat laat je zien.’

Cathy Jacob

‘Ik zie het ook niet als een discussie die echt nu pas op gang is gekomen. Twintig jaar geleden hadden wij ook de tentoonstelling Unpacking Europe, de solo-tentoonstelling van Yinka Shonibare, en lieten we tal van kunstenaars zien die misschien nu ook heel goed in het plaatje passen van ‘‘niet alleen maar focussen op de westerse kwaliteiten’’. Het is een discussie die nu is opgelaaid maar het is niet nieuw. Als je kijkt naar onze hedendaagse collectie, en vooral onze presentaties, dan is daar de laatste twintig jaar een grote gevarieerdheid in gekomen. Denk bijvoorbeeld aan presentaties met Dinh Q. Lê, Abraham Cruzvillegas en bijvoorbeeld Latifa Echakhch.’ Volgens mij kun je wel stellen dat er echt een verandering gaande is in het hele museale veld van een benadering die object-gericht is naar meer samenleving-gericht. De thematieken en de manieren van het naar buiten brengen van de collectie zijn veel meer op de samenleving gericht. Dat zie ik als een tijdbeeld.’

Saskia Bak

‘Ja, dat denk ik ook. Het kunstwerk is niet een illustratie van een maatschappelijk proces of fenomeen, maar het museum is dat natuurlijk wel, dat is een publiek instituut. Ik herken wat jij zegt, die verschuiving is echt gaande geweest en die is nog steeds gaande.’

Wat lang achter de coulissen van het museum gebeurde, dat maken we nu in het depot allemaal zichtbaar. Dit wel echt een keerpunt in ons bestaan

Binnenkant van Depot Boijmans van Beuningen. Foto Ossip van Duivenbode

Milo Vermeire

Het depot van het Museum Boijmans Van Beuningen is volledig ‘object-gericht’ in plaats van ‘samenleving-gericht’. Hoe rijmen die benaderingen op elkaar voor jou Cathy?

Cathy Jacob

‘Het gaat in het depot om de objecten en niet om de onderlinge (kunsthistorische) relaties tussen de objecten. Dat staat los van het feit dat we met het depot midden in de samenleving willen staan: we willen dat de bezoekers zich mede-eigenaar gaan voelen, wat ze ook zijn. Dat ze hun eigen verhalen kunnen gaan herkennen en komen vertellen.’

Milo Vermeire

Zijn jullie ook bezig om de staf van het museum inclusiever te maken? Zodat het museum meerdere ‘brillen’ in huis heeft?

Saskia Bak

‘Ja, daar zijn we mee bezig. Museum Arnhem doet ook mee aan Musea Bekennen Kleur.’

Cathy Jacob

‘Ja, wij zijn ook bezig met het opstellen van een vacature voor een Diversiteitsadviseur die ons gaat adviseren op het gebied van personeel en programma.’

Milo Vermeire

Is dit nu echt een nieuwe fase voor de musea door de verbouwingen en deze tendensen?

Cathy Jacob

‘Ja, bij ons is het echt een nieuwe fase omdat we met een heel ander concept bezig zijn. Wat lang achter de coulissen van het museum gebeurde, dat maken we nu in het depot allemaal zichtbaar. Dit wel echt een keerpunt in ons bestaan.’

Saskia Bak

‘Bij ons ook wel. Het is niet zo abrupt, maar wij kiezen er bijvoorbeeld voor om straks open te gaan met collectie presentaties. Daarbij willen we bezoekers aan het woord laten over wat ze ergens van vinden en wat ze graag terug willen zien. Dat is ook het onderwerp van onze BIS-aanvraag samen met Museum Het Valkhof. We onderzoeken daarin hoe we publiek intensiever bij de totstandkoming van projecten kunnen betrekken onder de noemer ‘Public in Residence’. De kern is dat je breekt met het museum als dé expert. Je blijft als museum een expert omdat je altijd onderzoek blijft doen maar je wordt veel meer een faciliterend expert. Je staat meer open voor andere visies en keuzes.’

Wat wij ook doen, omdat we dicht zijn, is het zoeken naar verschillende manieren waarop het museum in de stad kan verschijnen

Registratie project Museum Arnhem 

Milo Vermeire

Het Boijmans wil dat ook doen toch?

Cathy Jacob

‘Absoluut. Voordat het museum dicht ging hebben we een paar proefopstellingen gemaakt zoals we die in het depot willen gaan doen. We hebben bijvoorbeeld een grote kantcollectie en daar lieten we eerder nooit wat van zien. Dus daar moest iets mee gebeuren: Kijken wat het precies was, verbetering van registratie en eventueel een voorstel voor ontzameling doen. Dat hele proces hebben we op zaal gedaan voor het publiek. Er waren openbare expert-meetings en spreekuren waar mensen konden komen om vragen te stellen of om hun eigen kant te laten zien. En zo kwamen er mensen die gewoon meer wisten over dat kant dan dat we zelf wisten. Voor het depot zijn we momenteel aan het kijken naar de mate van participatie binnen een presentatie. De vraag is hoe ver willen we de participatieladder op gaan? Daar willen we de komende twee, drie jaar echt in gaan experimenteren. Er zijn twee galerieruimtes in het depot waar we presentaties gaan maken, maar de eerste drie maanden houden we deze nog relatief leeg. We willen dan iets laten zien over het ontstaan van het depot en de renovatie en nieuwbouwplannen van het museum. We gaan wel een suggestie geven van wat we daar de komende jaren kunnen laten zien en vooral ook aan de bezoeker vragen wat zij zouden willen.’

Saskia Bak

‘Wat wij ook doen, omdat we dicht zijn, is het zoeken naar verschillende manieren waarop het museum in de stad kan verschijnen. De ervaring die we daarmee hebben opgedaan is zo goed bevallen dat we daarmee doorgaan.’

Cathy Jacob

  ‘Wij hadden deze zomer het drive-thru museum in de Ahoy hal. Dat was best exceptioneel. Om in zo’n hal met auto’s de collectie te laten zien.’

Saskia Bak

‘Ja, dat vond ik super.’

Cathy Jacob

‘Ja, maar ik had ook collega’s die met een zeer bezorgde blik zeiden: “Dit heb ik in mijn hele geschiedenis nog nooit meegemaakt.” Maar uiteindelijk was iedereen om vanwege het goede effect en omdat het inspeelt  op zo’n coronasituatie. Het lef hebt om kunstwerken op zo’n manier, in zo’n conditie te laten zien.’

Milo Vermeire

Sommige critici zien museale collecties als bij uitstek kapitalistisch: ze blijven immers alsmaar uitdijen. Nu kan je wel ontzamelen, maar dit gebeurt zelden op grote schaal. Hoe kijken jullie naar het museum als duurzaam concept? Moet er over twintig jaar weer een extra depot gebouwd worden?[1]

Saskia Bak

‘Het klopt wat je zegt hoor: museum collecties groeien overal. Ik denk echter dat dit juist duurzaam is want daarmee blijven collecties, geschiedenissen en verhalen behouden. Je hebt er alleen wel een gebouw voor nodig. Ik denk dat je in combinatie met kritisch kijken naar wat je verzamelt als museum en wat je met elkaar verzamelt als land, en door compact op te slaan en andere vormen van presentatie nog veel ruimte is om door te gaan en een totale verstopping van de depots in Nederland wel meevalt.’

Cathy Jacob

‘Het is een feit dat je makkelijker verwerft dan afstoot. Ik denk dat er bij ons best wel wat actiever afgestoten kan worden, maar dat is wel een hele moeilijke vraag. Ieder keer als we ermee bezig zijn levert dat veel principiële discussies op. Ons collectiegebouw is trouwens gebouwd voor grofweg twintig jaar groei, wat moeilijk te bepalen is, want je weet van tevoren niet hoe groot de werken zijn die je gaat kopen. Maar ook wij zijn veel kritischer over wat er binnenkomt dan in het verleden.’

[1] Zie: ‘Gestrand plan ‘Boijmans Modern’ eindigt met motie van treurnis’ in het NRC.

Tot en met december 2021 is via de website van Museum Boijmans Van Beuningen de online tentoonstelling ‘De afbreekeconomie’ virtueel te bezoeken: “..een online tentoonstelling die een kanteling in het economisch denken voorstelt, geen groei maar balans in de natuur”, aldus het persbericht.

Op 28 mei organiseert Museum Boijmans Van Beuningen een online symposium over openbare museumdepots. Onder de titel Opening Up. Collection Strategies spreken:  Sjarel Ex, directeur Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam; Joachim Hubert, consultant Prevart GmbH, Konzepte für die Kulturgütererhaltung, Winterthur; Tim Reeve, adjunct-directeur Victoria and Albert Museum, Londen; Markus Leuthard, Head of the Collections Centre, Swiss National Museum, Affoltern am Albis; Jane Dini, senior conservator Brooklyn Museum, New York;Isabel Friedli, conservator Schaulager, Basel. Klik HIER voor het hele programma; aanmelding HIER

 

Recente artikelen