metropolis m

Tania Bruguera, A urinal at the Queens Museum of Art

Vier (deels ongemakkelijke) vragen over kunst en activisme naar aanleiding van enkele recente tentoonstellingen en manifestaties.

Het is opvallend hoeveel tentoonstellingen en programma’s er de laatste tijd gewijd zijn aan het thema kunst en activisme. Dat de samenleving zich roert en steeds verder polariseert is duidelijk. Ook in de kunst duikt steeds meer het gevoel op dat er iets moet gebeuren.

In het Trumpiaanse tijdperk dat ons in Orweliaanse post-truth omstandigheden heeft doen belanden, waarin de revolutionaire krachten aan de rechterzijde van het politieke spectrum de overhand hebben, de verschillen tussen rijk en arm steeds groter worden, mensen massaal op de vlucht zijn voor oorlogen en natuurrampen, en de klimaatcrisis in handen is van zwakke overheden die teveel macht aan het bedrijfsleven overlaten, zijn de relaties tussen kunst en politiek op scherp gezet.

[blockquote]1. Hoe kunnen we onze (kunst)instituten op een andere manier bemensen?

Steeds meer kunstenaars vragen zich af hoe ze zich als kunstenaar tot deze ontwikkelingen kunnen verhouden en daadwerkelijke impact op de maatschappij kunnen hebben in plaats van hun ideeën en vormentaal alleen in de kunstwereld te laten circuleren. Ook in andere sectoren wordt de kunst regelmatig naar voren gehaald als een middel om na te denken over en te experimenten met alternatieve manieren van (samen)leven. Nu onze politieke en economische systemen aan alle kanten falen, het managementdenken domineert en ook het vertrouwen in de wetenschap aan het afbrokkelen is, lijkt er een grote behoefte aan de verbeelding van de kunst om de weg naar broodnodige nieuwe toekomsten te wijzen.

In december vorig jaar organiseerde de Universiteit van Leiden een driedaagse conferentie Art en Activisme: Resilience Techniques in Times of Crisis. Eliza Steinbock, de initiator achter de conferentie, benadrukte het belang van ‘resilience’, een concept dat veel naar voren wordt geschoven als het gaat om de rol die kunst kan spelen in activisme en het best te zien is als een nieuwe grondhouding voor het overleven in het huidige politieke tijdperk. Resilience is de capaciteit voor rekbaarheid, om dat wat onder spanning gezet wordt te weerstaan en vanuit nieuwe verbeeldingen opnieuw op te bouwen. Volgens de schrijver en activist Gregory Sholette wordt de techniek van resilience in tijden van crisis belichaamd in de positie van de kunstenaar zelf. Precariteit wordt het middel waarmee de kunstenaar een emancipatoire en transformatieve relatie met de wereld en de ander produceert.

Het is opvallend hoeveel sprekers op deze dag autonomie als een belangrijke kritische strategie in de wereld zien. David Brazier haalde in zijn lezing In search of autonomy: functioning for an Alternate Present Tania Bruguera naar voren die een urinoir in een herentoilet ondertekende, in een omgekeerde beweging van Marcel Duchamp die ooit een gesigneerd urinoir in de kunstwereld zette. De autonomie van de kunst moet fungeren om andere waarden te bepalen en het waardeloze boven bruikbaarheid te stellen, om zo de instrumentalisering van menselijke tijd te verstoren en slow art als een verzetsstrategie tegen hedendaagse structuren in te zetten. Leaky Folds van Grober en Ahldag is een ander werk dat naar voren kwam. Kunstenaars werken zes maanden in Indische bedrijven waar ze nutteloze oefeningen doen, als het meest verstorende gebaar denkbaar in een bedrijf. Autonomie wordt hier een verzetsdaad, een negatieve sociale relatie op het terrein van arbeid dat tot nieuwe manieren van kennen en zijn kan leiden.

Tania Bruguera, A urinal at the Queens Museum of Art

Eva Kalyva spreekt in haar lezing Embodiment and the Semiotics of Creative Disobedience over creatieve ongehoorzaamheid dat ze definieert als een politieke mobilisering om de wereld anders te verbeelden en in te breken in dominante narratieven. Ze behandelt het werk van een activistengroep die feest viert in een bank elke keer als iemand zijn bankrekening komt afsluiten. Hoe kunnen we onze instituten en het publieke opnieuw belichamen is in veel van deze acties de centrale vraag. We zien een teruggrijpen op veel strategiën van de jaren zestig tijdens ‘the long march through the institutions’. Om de samenleving te veranderen moeten de instituties veranderd worden.

2. Wat heeft het voor zin op maatschappelijke kwesties te reflecteren als het instituut nauwelijks reflecteert op het eigen functioneren, bijvoorbeeld de relatie met sponsors?

Onder de titel Against the Anthropocene: Visual Culture, Artistic-Activism and Environment Today verzorgde TJ Demos de keynote tijdens de bijeenkomst in Leiden. TJ Demos, een kunsthistoricus die in al zijn werk ecologie en postkolonialisme aan elkaar verbindt om zich uit te spreken voor sociale rechtvaardigheid in milieukwesties (lees ook het interview met hem in Metropolis M Nr6-2017/18 Doorbraak), is bij uitstek een woordvoerder voor een kunst die zich verbindt met activistische en sociale bewegingen. Hij ziet weinig heil in instituten die kritische kunst binnen halen die op allerlei manieren reflecteert op maatschappelijke kwesties maar zelf nauwelijks reflecteert op het eigen functioneren en bijvoorbeeld de relatie met sponsors. In het uitbreidende begrip van kunst dat TJ Demos ontwikkelt, maakt hij weinig onderscheidt tussen kunstenaars die zich activistisch positioneren of artistieke strategieën binnen het activisme. Zo noemt hij bijvoorbeeld veelvuldig de Laboratory of Insurrectionary Imagination die in 2015 tijdens COP 21  de Climate Games organiseerde, een actie/avontuurspel voor mensen om creatieve strategieën van interventie te entameren.

Wayne Modest, curator van het Research Institute for Material Culture, Museum Volkenkunde in Leiden waar de conferentie plaatsvond, valt hem bij door te stellen dat instituties onwelwillend zijn in het erkennen dat ze een politieke ruimte innemen. In zijn onderzoek naar de toekomst van het postkoloniale etnografische museum is het volgens hem onmogelijk het culturele zonder het politieke te denken: of ze willen of niet musea bezetten een politieke ruimte alleen al door de keuzen wat ze wel en niet aan hun muren hangen. Hij ging zelfs zover zichzelf de vraag te stellen of hij niet uiteindelijk werkt aan het opheffen van het museum.

In lijn met het denken van Demos en Modest is het de taak van kunst verbindingen te leggen tussen de specifieke geschiedenissen van kolonialisme en kapitalisme en zaken als klimaatvervuiling en racisme. Wat de kunst bijdraagt aan activisme is de vaak eendimensionale kwesties door de lens van complexe geschiedenissen en culturen te zien zodat we meer dan alleen praktijken onze grondhouding zelf gaan veranderen. De grote uitdaging van het kunstactivisme is om het publieke opnieuw te claimen en te belichamen en onze instituties opnieuw vorm te geven, zodat we als burgers weer onze politieke rol innemen en onszelf weer als deelnemers van sociale bewegingen leren te zien.

3. Hoe kan de kunstenaar werkelijk solidair met sociale bewegingen zijn in plaats van alleen maar iets te thematiseren en de eigen carrière na te streven?

Matthijs de Bruijne, installatiefoto Compromiso Político, BAK, Utrecht, 2018

Matthijs de Bruijne, Liquidacion.org, 2005, in Compromiso Político, BAK, Utrecht 2018 

Matthijs de Bruijne is een kunstenaar die zich verbonden heeft aan sociale bewegingen vanuit een gedeelde ervaring van precariteit. Al meer dan vijftien jaar heeft hij zijn artistieke praktijk verbonden aan sociale bewegingen, organisaties en groepen die buiten de kunstwereld naar sociale rechtvaardigheid streven. Een tentoonstelling van zijn werk met sociale bewegingen in Argentinië, China en Nederland is nog tot half april te zien bij BAK. Het is de eerste grote tentoonstelling in het nieuwe gebouw, een ruimte die anders dan de oude locatie meer projectmatig ingezet kan worden en een auditorium heeft om het discursieve karakter van het tegenwoordig als onderzoeksinstituut opererende BAK te faciliteren.

De titel van de tentoonstelling Compromiso Político, betekent in het Spaans een toewijding en verplichting om naar hetzelfde politieke doel toe te werken, voor zowel de beweging als de kunst. De Bruijne zet de term in tegen de sociaalgeëngageerde kunst, een term die hij te vrijblijvend vindt en te vaak leidt tot compromissen die alleen in de kunstwereld rond blijven zingen, vrij van verplichting en werkelijk commitment. Voor de Bruijne moet kunst, en de kunstenaar, nauw verbonden zijn met de samenleving. Hij onderzoekt welke rol de kunst van binnenuit kan spelen in plaats van alleen maar iets te thematiseren; hoe hij werkelijk solidair kan zijn met sociale bewegingen en dezelfde doelen en niet slechts de eigen carrière nastreeft.

De Bruijne werkte in Argentinië, waar hij van 2001 tot 2005 verbleef ten tijde van een zware economische crisis, als kunstenaar samen met enkele sociale bewegingen. De afwezigheid van kunstinstituten dwong kunstenaars destijds op zoek te gaan naar andere ruimten en publieken en zij gebruikten winkels en straten om hun kunst te laten zien. De Bruijne ervoer dat hij als kunstenaar meer kan zijn dan een reflecterende observeerder en een actieve rol kan spelen binnen de politieke strijd. Een van de werken in de tentoonstelling is in die tijd gemaakt met de Cartoneros, mensen die afval als karton en papier verzamelen en doorverkopen. Hij vroeg hen objecten te verzamelen en plaatste deze samen met hun verhalen over het vinden ervan te koop aan op een website. Dat deze ook buiten de kunst veel aandacht kregen deed hem realiseren dat kunst een rol kan spelen in politieke bewustwording.

Matthijs de Bruijne, Dependance, Buenos Aires, 2005, in Compromiso Político, BAK, Utrecht 2018 

Jeremy Deller en Piero Gilardi, BAK 2018, in Compromiso Político, BAK, Utrecht 2018 

Een deel van de tentoonstelling is gewijd aan de Bruijnes langdurige samenwerking met de Vakbond van Schoonmakers van de FNV (2011–heden) waarmee hij aan de campagne Schoon Genoeg werkte voor een betere positie en zichtbaarheid van de meest onzichtbare arbeid, de huishoudelijke werkers in Nederland. Het initiatief voor deze samenwerking lag bij de Vakbond van Schoonmakers die op zoek naar nieuwe manieren om haar ideeen te communiceren uit kwam bij de kunst. Het beeldmerk van de Nederlandse schoonmaker werd de gele vuist, die nu voor iedereen herkenbaar is.

Het hervormen van onze instituties om te zoeken naar nieuwe publieken, talen en waarden en de rol die kunst daarin kan hebben is ook een belangrijk streven voor De Bruijne. Zo maakte hij in samenwerking met de schoonmakers het Afvalmuseum dat getoond werd op het Centraal Station in Utrecht. Objecten die de schoonmakers tijdens hun werk in de treinen vonden werden samen met verhalen over hun werkomstandigheden getoond op een groot doek van aan elkaar genaaide gele schoonmaakdoekjes. De nadruk op instituten – de vakbond, het museum – gaat niet alleen over een andere output maar om het veranderen van de hele modus operandus.

Matteo Lucchetti, curator van Compromiso Político, beschrijft de tentoonstelling als een dialogische ruimte tussen straat en tentoonstelling: een plek waar sferen elkaar ontmoeten en de kunstenaar een facilitator van processen wordt. Dit krijgt een toepasselijke vorm in het nieuwe gebouw van BAK dat momenteel gerenoveerd wordt. De tentoonstelling Compromiso Politico is onderdeel van BAK’s vierjarige onderzoeksprogramma Propositions for Non Fascist Living waarin een ander soort samenzijn onderzocht wordt. Tijdens de tentoonstelling gebruikt de Vakbond van Schoonmakers FNV het gebouw voor bijeenkomsten en ook hielden zij een toespraak tijdens de opening. In haar openingswoord benadrukte directeur Maria Hlavajova dat BAK als instituut eenzelfde commitment aan de kunst en politiek voorstaat Compromiso Político. BAK presenteert zichzelf momenteel nadrukkelijk als een onderzoeksinstituut dat zich heeft toegelegd op het ontwikkelen en testen van institutionele modellen binnen een programma van kunst, kennis en het politieke om, althans in ambitie, met nieuwe vormen van burgerschap te experimenteren en nieuwe verbindingen in de samenleving aan te gaan.

Mattijs de Bruijne met leden van FNV Schoonmaak Schoon Genoeg, 2017

Matthijs de Bruijne met Detour Het Afvalmuseum, 2011, in Compromiso Político, BAK, Utrecht 2018 

4. Kunstenaars worden opgesloten in de cel na een performance-actie in het Van Gogh Museum en wat doet de kunstwereld? Niets!

De inzet van De Bruijne is niet alleen de vakbond op een andere manier te organiseren maar ook jezelf aan anderen te verbinden. Dit is een grote uitdaging voor de kunstwereld waarin solidariteit vaak ver te zoeken is, zoals ook uit de reacties op de grootschalige bezuinigingen in het afgelopen decennium bleek. Het is een van de grootste problemen van onze tijd dat juist nu we ons grootschalig moeten mobiliseren tegen de enorme krachten die aan het werk zijn, we te individualistisch en cynisch geworden zijn om ons te verbinden aan gemeenschappelijke doelen.

Dit bleek vorig jaar weer eens toen kunstenaars die zich scharen onder de naam Fossil Free Culture tijdens een niet aangekondigde performance in het Van Gogh museum protesteerden tegen de sponsorrelaties van het museum met Shell en enkele dagen gevangen werden gezet. Terwijl de milieubeweging massaal bijeenkwam en vrijlating van de kunstenaars eiste, was het in de kunstwereld oorverdovend stil. Het museum haastte zich het belang van zijn sponsor te verdedigen.

Transversale bewegingen vormen en solidariteit is iets wat we opnieuw moeten leren, iets waar zowel activisten als kunstenaars in allerlei projecten en trainingskampen mee bezig zijn. Hoe kun je alternatieve politieke gemeenschappen van mensen vormen en hoe brengen we solidariteit in praktijk en verbinden onze levens aan die van anderen in een gemeenschappelijke strijd, ongeacht onze uiteenlopende levensstijlen en achtergronden is wellicht de meest urgente uitdaging van onze tijd. Het belang van activistische kunst ligt dan ook vooral in het slaan van bruggen om een brede sociale beweging te vormen en het experiment met nieuwe verbeeldingen van samenzijn voorbij de one issue slogans als een breder cultureel debat in de maatschappij plaats te laten vinden.

Matthijs de Bruijne, Compromiso Político, BAK, Utrecht, 10.-2.2018 t/m 16.04.2018 , meer INFO

Alle zaalopnames van Compromiso Político door Tom Janssen

Alice Smits

curator Zone 2 Source Amsterdam en kunstcriticus

Recente artikelen