metropolis m

Martha Jessen, ‘Architectural Recalibration’

[h1]Martha Jessen

Martha Jessen, 'Architectural Recalibration'

In de kleine kamers van het Benthem Crouwel gebouw vertonen de studenten van de afdeling VAV, wat staat voor Voorheen Audiovisueel, hun afstudeerkunsten. Een daarvan is Martha Jessen, wiens werk dit jaar werd bekroond met de GRA prijs, voor het grootste talent van de Rietveld Academie.
De opzet van haar werk is tamelijk simpel. Langzaam maar zeker ontwikkelen ijzerdraadjes en zeepbellen zich tot fragiele wolkenkrabbers, die uit een bak met water en zeepsop lijken te verrijzen. Hoewel het werk sterke associaties oproept met de huidige financiële malaise vertelt Martha dat ze haar Architectural Recalibration al veel eerder maakte.

‘Het werk legt een link met de grote oppervlakten van glas in moderne monumentale architectuur. Toen men net begon met het bouwen van grote glazen gebouwen durfden mensen niet dicht bij de rand te staan, omdat ze bang waren dat het glas plotseling zou barsten. Die angst kennen wij vandaag de dag niet meer. In mijn werk zoek ik de hybride tussen techniek en poëzie en probeer dat uit te laten komen in iets wat vooral met gevoel ervaren kan worden. Architectural Recalibration gaat over het instorten, knappen en verliezen, hand in hand met het opnieuw opbouwen, de triomf en de drang om te spelen.’

Robin Wasch

Wat vooral opvalt in de schilderijen van Robin Wasch is de bijna primitieve aanwezigheid van striphelden als Mickey Mouse en Batman. Alsof ze compleet vanzelfsprekend deel zijn van het geheel vormen de personages onderdeel van de compositie.

Robin Wasch
Lilian Bense

Hoe en waarom heeft jouw werk zich op deze manier ontwikkeld?

Robin Wasch

‘Het werk komt voort vanuit een streven twee beelden met elkaar te integreren die elkaar zowel tegen, als in de hand werken. Film is een grote inspiratiebron, aangezien het berust op een narratief en een bepaald verwachtingspatroon. Het feit dat mijn werk al snel als ‘Pop’ wordt beschouwd begrijp ik, omdat mijn beelden zich vaak aan die cultuur ontlenen. De enige reden die ik daarvoor kan geven is dat ik wil dat mijn werk kan putten uit een zo groot mogelijk deel van ons collectieve geheugen. Ik hou van het universele, en dat ontleent zich vaak aan een soort realisme. Zoals Tuymans zegt; “no imagination could overrule reality.” Dat is voor mij de eigenlijke zin van het schilderen, een spel met dat westerse ‘geloof’ in het beeld. Hierbij is het de kunst reden te geven aan de schilderspraktijk zelf. Hoe vertaal ik de beelden? In hoeverre laat ik het realisme regeren?’

Sander Cedee

Opvallend zijn ook de schilderijen van Sander Cedee, waarop voornamelijk interieurs van auto’s te zien zijn.

Sander Cedee, 'Ignition Circuit for Certain Individuals'
Lilian Bense

Wat is de reden dat je hebt gekozen voor dit specifieke onderwerp?

Sander Cedee

‘Tijdens de eindexamenexpositie herinnerde ik me ineens dat ik vijf jaar geleden werd toegelaten met een schilderij, dat een jongen weergeeft die een andere jongen oraal bevredigt op de voorbank van een Amerikaanse auto. Het auto-interieur is in het eindexamenjaar ineens teruggekomen. Auto’s, metronetwerken, stedelijke structuren en porno hebben mijn fascinatie en soms komen die goed samen. Binnen de cocon van de auto doen mensen soms hun navigatiesysteem aan, terwijl ze de weg wel weten. Het gaat om het blauwe licht op het dashboard. Ik wil die realistische dingen in een soort ’twighlight zone’ brengen. Schilderen biedt daarvoor veel mogelijkheden.

Lilian Bense

Wat is jouw plek binnen dat geheel?

Sander Cedee

Ik denk dat het berust op het klassieke motief van ‘verlangen’; ik zoek of maak scènes die geen reële herinneringen zijn, maar herinneringen die ik zou willen hebben. Op die manier wil ik afrekenen met de omgeving waarin ik leef. Misschien is het wel ‘afrekenen met mezelf’, met de ‘ik’ die, om te overleven, in het dagelijks leven de neiging heeft om allerlei rollen te spelen al naar gelang de sociale groep waarin hij zich bevindt. Ik zoek een eigen domein.

Recente artikelen